Paragraaf 3

Hoofdstuk 3
Paragraaf 3 Bouwstenen van stoffen
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3
Paragraaf 3 Bouwstenen van stoffen

Slide 1 - Tekstslide

Planning
Herhaling
Moleculen en atomen
Molecuul model
fasen van stoffen
Micro- & macroniveau

Slide 2 - Tekstslide

Herhaling
Massa en volume
  • Massa is (m) in kg & Volume is (V) in mL of cm3
Dichtheid
  • Dichtheid is (ρ) in kg/cm3
Dichtheid berekenen
  • 𝝆=𝒎/𝑽

Slide 3 - Tekstslide

Moleculen en atomen
Een molecuul is het kleinste deeltje
van een stof met nog de eigenschappen
van die stof.

Atomen zijn de individuele bouwstenen
van moleculen.

Slide 4 - Tekstslide

Hoeveel verschillende atoomsoorten zijn er bekend?
A
ca. 35
B
ca. 87
C
ca. 100
D
oneindig

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Tekstslide

Molecuul model
Molecuul modellen zijn schematische weergaves(/tekeningen) van moleculen.

Slide 7 - Tekstslide

Fase van stoffen
Vast            (Solid)
Vloeibaar (Liquid)
Gas             (Gas)

https://phet.colorado.edu/sims/html/states-of-matter-basics/latest/states-of-matter-basics_nl.html

Slide 8 - Tekstslide

Micro- & Macroniveau
Macroniveau is alles wat tastbaar en waarneembaar is

Op microniveau kijk je naar de moleculen & atomen

Slide 9 - Tekstslide

Vragen?

Slide 10 - Tekstslide

Hoe noem je de individuele bouwstenen van stoffen?

Slide 11 - Open vraag

Hoe noem je de afbeelding ?

Slide 12 - Open vraag

Hoeveel verschillende fases zijn er?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 13 - Quizvraag

Als je naar moleculen en atomen kijkt dan kijk je op
A
microniveau
B
macroniveau

Slide 14 - Quizvraag

Huiswerk
32 t/m 43

Klaar?:
44 t/m 47

Slide 15 - Tekstslide

Wat is een atoom?
A
Een molecuul
B
Een bouwsteen van een molecuul
C
Onderdeel van een ion
D
Een stof

Slide 16 - Quizvraag

Vul het goede woord in, dat op de lege plaats hoort:
Stoffen bestaan uit...............

Slide 17 - Open vraag

Vul het goede woord in, dat op de lege plaats hoort:
Moleculen bestaan uit...............

Slide 18 - Open vraag

Hoeveel atoomsoorten heeft het water molecuul?
H2O
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 19 - Quizvraag

Hoeveel atomen heeft een amoniak molecuul?
A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 20 - Quizvraag

Hoeveel atoomsoorten heeft een ethanol (alcohol) molecuul?
A
1
B
3
C
4
D
9

Slide 21 - Quizvraag

Het periodiek systeem
Uitleg
Het periodiek systeem is een schema met rijen (perioden) en kolommen (groepen). Alle elementen staan hierin overzichtelijk geordend. 
De elemten staan in de rijen op volgorde van atoomnummer (aantal protonen in de kern, komt in deel 2 aan bod). 
Elementen met dezelfde eigenschappen staan onder elkaar. 
Extra
Het periodiek systeem kan je in je BiNaS vinden. In elk vakje staat een element met zijn eigenschappen. Zo staat in de afbeeldingen hierboven het atoomgetal rechts bovenaan en het massagetal links bovenaan. Verder worden de elementen aangegeven met hun symbool/afkorting. 

Slide 22 - Tekstslide

Leg uit wat een atoom is.

Slide 23 - Open vraag

Vragen over het huiswerk

Slide 24 - Open vraag