Hoofdstuk 1: Facilitaire dienstverlening les 1

Facilitaire dienstverlening
Les 1
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Facilitaire dienstverleningMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Facilitaire dienstverlening
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Inhoud
  • Kennis maken met het vak dienstverlening
  • intro facilitaire dienstverlening
  • een aantal opdrachten op lessonUp
  • Aan de slag op dubbelklik
  • evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les weet je welke beroepen er binnen facilitaire dienstverlening vallen.
  • Aan het einde van de les kun je vertellen wat facilitaire dienstverlening inhoud.
  • Aan het einde van de les weetje wat representatief inhoud.

Slide 3 - Tekstslide

Facilitaire dienstverlening

Slide 4 - Woordweb

facilitaire dienstverlening omvat alle activiteiten die ervoor zorgen dat een organisatie goed kan functioneren. Het gaat om de ondersteunende diensten die ervoor zorgen dat het primaire proces van een organisatie soepel verloopt. Hierbij kun je denken aan diensten zoals schoonmaak, catering, beveiliging, onderhoud, postverwerking en logistiek.

De facilitaire dienstverlening is dus van groot belang voor de werkomgeving en de medewerkers van een organisatie. Door het goed organiseren van deze diensten, wordt de werkomgeving gezonder en prettiger om in te werken, wat weer bijdraagt aan de productiviteit van medewerkers.

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een facilitaire beroep?

Een Facilitair Medewerker is iemand die zich binnen een bedrijf of organisatie bezighoudt met diverse huishoudelijke werkzaamheden. Van het onderhouden en schoonmaken van gebouwen en kantoren tot het bereiden en klaarzetten van lunches en het beheren van de voorraad.

Slide 6 - Tekstslide

Dit hoort niet bij de facilitaire dienstverlening
A
catering
B
veiligheid
C
danser
D
schoonmaak

Slide 7 - Quizvraag

Hoe neem je de telefoon op als facilitair medewerker?
A
je eigen naam, daarna naam van het bedrijf
B
de naam van het bedrijf, je eigen naam,
C
goedendag
D
Goedendag, naam van het bedrijf , je eigen naam

Slide 8 - Quizvraag

Horeca en gastvrijheid
Handhaving en veiligheid
Administratie en Facilitaire dienstverlening
receptionist
Gastvrouw
Politieagent
Conciërge
Ambulance
De ober
Kok
Beveiliger
Secretaresse

Slide 9 - Sleepvraag

Een dienstverlener moet representatief zijn. Wat betekent ‘representatief’?

Slide 10 - Open vraag

Wat is representatief
Je laat met je uiterlijk en gedrag zien dat je bij het bedrijf of de organisatie hoort.

Slide 11 - Tekstslide

Representatief uiterlijk
  • Schone en verzorgde haren
  • Verzorgd gebit
  • Verzorgd gezicht
  • Schone en nette kleding (evt. bedrijfskleding)
  • Schone handen en nagels
  • Goede persoonlijke hygiëne

Slide 12 - Tekstslide

Een baliemedewerker moet representatief zijn. Wat betekent ‘representatief’?
A
Dat je aardig en klantvriendelijk bent
B
Dat je de omgangsregels die gelden in het bedrijf kunt toepassen.
C
Dat je het bedrijf en alle medewerkers goed kent.
D
Dat je met je uiterlijk en gedrag laat zien dat je bij het bedrijf hoort.

Slide 13 - Quizvraag

Denk aan: wat is representatief, waar heb je dat nodig, wie zijn representatief.
timer
1:00
Wat hoort bij representatief?

Slide 14 - Woordweb

Sleep de afbeeldingen naar het juiste hokje. Is het wel of niet representatief?
Wel representatief
Niet representatief

Slide 15 - Sleepvraag

Jullie mogen aan de slag op dubbelklik!

met de kaart: FAC1 Kennismaking, basiskennis Facilitaire dienstverlening.

Slide 16 - Tekstslide

Leerdoelen behaald?
  • Aan het einde van de les weet je welke beroepen er binnen facilitaire dienstverlening vallen.
  • Aan het einde van de les kun je vertellen wat facilitaire dienstverlening inhoud.
  • Aan het einde van de les weetje wat representatief inhoud.

Slide 17 - Tekstslide

Einde les
tot over twee weken na jullie stage!

Slide 18 - Tekstslide