Interventies en evaluaties bbl

Methodisch werken
Interventies Evalueren






S.B. 2020
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Methodisch werken
Interventies Evalueren






S.B. 2020

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

waar gaan we het over hebben?
interventies 
Wat is evalueren
Evalueren in de gezondheidszorg
Stappen plan Evalueren 
Evaluatie gesprek
Evaluatierapport
Tevredenheidsonderzoek

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Interventies formuleren 

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een verpleegkundige interventie?

Slide 5 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Verpleegkundige interventies 
Bestaat uit de activiteiten die je als verpleegkundige plant en uitvoert om de verpleegkundige doelen te behalen.
Door:
  • Eigen kennis inzetten
  • Bespreken van interventies met de zorgvrager
  • Afstemming met collega’s en andere disciplines

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verpleegkundige interventies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Formuleren van verpleegkundige interventies

Slide 8 - Tekstslide

Wie
Benoem in je formulering wie de activiteit uitvoert, jij als verpleegkundige of een andere zorgverlener, de zorgvrager of een naast-betrokkene.
Wat
Beschrijf wat er moet gebeuren. Benoem hoe je bij de eerste keer de uitleg geeft en verwijs eventueel naar een protocol.
Waar
Benoem waar de interventie plaatsvindt. Dit kan zowel een plaats op het lichaam zijn (onderbuik) als de locatie waar de activiteit wordt uitgevoerd (badkamer).
Waarmee
Beschrijf welke hulpmiddelen of verpleegkundige materialen nodig zijn om de interventie uit te voeren.
Wanneer
Benoem op welk moment de interventie wordt uitgevoerd. Geef hierbij ook aan hoe vaak de activiteit moet worden herhaald, zoals driemaal daags bloeddruk meten.




Voor goede interventies kijk je naar de oorzaak van het probleem.

Probleem: Risico op huidbeschadiging/decubitus
Oorzaak: Voeding? Ziekte? Ondergewicht? Mobiliteit?

Afhankelijk van je oorzaak kies je dan je interventies


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorwaarden
  • Moet veilig en passend zijn voor deze zorgvrager gezien zijn leeftijd, gezondheid en zelfzorgmogelijkheden.
  • Moet uitgevoerd kunnen worden met de aanwezige hulpmiddelen.
  • Moet samengaan met de wensen van de zorgvrager.
  • Moet samengaan met andere therapeutische afspraken.
  • Moet gebaseerd zijn op verpleegkundige kennis en ervaring.
  • Moet passen in het beleid van de zorgsetting

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

 Interventies wat is belangrijk?
  1. ACCEPTABEL  
  2. VERPLEEGKUNDIG 
  3. RELEVANT 
  4. UITVOERBAAR 
  5. EENDUIDIG  
  6. DUIDELIJK 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De verpleegkundige interventie is voorzien van:
  • een datum;
  • de paraaf van de verantwoordelijke verpleegkundige;

  • de begindatum van de actie als deze langer dan één dag zal duren (of de datum van de eenmalige actie).

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

casus voorbeeld
Naam: Kees Leeftijd: 45 jaar
Diagnose: Verstandelijke beperking (IQ 50) en autisme.
Woonsituatie: Kees woont in een woonvoorziening voor mensen met een verstandelijke beperking, waar hij begeleid zelfstandig woont. Hij heeft vaste begeleiding en een duidelijke dagstructuur. Kees krijgt dagelijks hulp bij persoonlijke verzorging, koken en het plannen van zijn dag.

Probleem: De laatste twee maanden is Kees meerdere keren agressief geworden tijdens de gezamenlijke eetmomenten. Dit gebeurt vooral wanneer er veranderingen zijn in het menu of wanneer de maaltijd later begint dan gepland. Zijn agressie uit zich in het gooien van spullen, schreeuwen, en soms fysieke agressie (duwen van medebewoners). 

Dit gedrag zorgt voor angst bij medebewoners en onrust in de groep.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stap 1: gegevens verzamelen
Subjectieve gegevens (vanuit Kees en zijn omgeving):
Kees heeft moeite met veranderingen in zijn vaste routine.
Kees geeft vaak aan dat hij boos of gefrustreerd is als dingen anders gaan dan gepland, maar weet niet goed hoe hij dit kan uiten.
Begeleiding merkt op dat Kees meer gespannen is tijdens eetmomenten, vooral als er iets afwijkt van de routine.
Objectieve gegevens:
De begeleiding heeft de afgelopen twee maanden vier incidenten van agressief gedrag gerapporteerd tijdens de maaltijden.
Observaties tonen aan dat de agressie van Kees voornamelijk optreedt bij onverwachte veranderingen (bijv. later serveren van de maaltijd of wijzigingen in het menu).
Kees is fysiek in goede conditie en er zijn geen medische redenen voor zijn agressieve gedrag gevonden.
Gedragsobservaties:
tijdens stressvolle momenten (zoals veranderingen in het dagritme), vertoont Kees tekenen van toenemende spanning, zoals nerveus heen en weer bewegen, verhoogde stemvolume, en gefrustreerd herhalen van vragen.
De fysieke agressie uit zich meestal in het gooien van voorwerpen en soms in het duwen van medebewoners.



Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stap 2: probleem vormen
PES:
P: Agressie tijdens eetmomenten.
E: Moeite met veranderingen in het dagritme en het omgaan met onverwachte situaties.
S: Agressie uit zich in gooien van voorwerpen en fysieke agressie, waardoor medebewoners angstig worden en de groepsdynamiek verstoord raakt.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stap 3: doelen
SMART-doel
Specifiek: Kees leert op een constructieve manier omgaan met veranderingen tijdens eetmomenten, zonder agressie te vertonen.
Meetbaar: Het aantal agressieve incidenten tijdens maaltijden neemt binnen twee maanden met 75% af.
Acceptabel: Kees, de begeleiding en zijn familie zijn akkoord met het plan en de interventies. Kees geeft zelf aan graag rustiger te willen reageren.
Realistisch: Met intensieve begeleiding en training in het omgaan met stress en frustraties kan Kees leren zijn gedrag te veranderen.
Tijdsgebonden: Het doel wordt binnen drie maanden bereikt, met wekelijkse evaluaties.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

stap 4: interventies
Aanpassing van de eetstructuur: De maaltijden worden elke dag op hetzelfde tijdstip geserveerd. Als er veranderingen zijn in het menu of de tijd, wordt Kees van tevoren op de hoogte gebracht en wordt dit visueel aangekondigd via zijn dagplanning (bijv. met pictogrammen).

Crisisinterventieplan: Er wordt een plan opgesteld voor wanneer Kees boos wordt. De begeleiding wordt getraind om vroegtijdige signalen van frustratie te herkennen, zoals verhoogde spanning of herhaaldelijk vragen naar het menu. Ze bieden dan directe begeleiding, zoals het geven van een korte pauze of het aanbieden van een time-out.

Communicatie ondersteunen met hulpmiddelen: Kees krijgt een communicatieboekje met pictogrammen waarmee hij tijdens eetmomenten zijn voorkeuren en emoties kan uiten, zoals "Ik ben boos" of "Ik wil iets anders eten."

Gedragsobservatie en evaluatie: Gedurende drie maanden worden zijn eetmomenten door de begeleiding geobserveerd en genoteerd. Wekelijks vindt er een evaluatie plaats om te bepalen of de interventies effectief zijn, en waar nodig worden deze aangepast.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is evalueren?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is evalueren?
- Terugkijken om te bepalen of doel behaald of verwachting is uitgekomen

- Productevaluatie: resultaat voor de zorgverlening tussen beroepsbeoefenaar en client– doel behaald
- Procesevaluatie: de weg er naar toe samenwerking/interactie met beroepsbeoefenaars en client

- Product en proces gaan hand in hand. Zorgproces te beoordelen en de evaluatie zijn alle stappen goed gezet en afspraken om tot goede zorg ook goed geweest.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer evalueer je in de zorg?

Slide 21 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer evalueren?

1. Geplande evaluatie 
- Binnen 6 wk na starten van zorg (eerste gesprek voor definitief zorgplan)
- 2x per jaar (vast gelegd in zorgplan
)
-Beëindiging van de zorg





 2. Op verzoek
- zorgvrager, familie andere zorgprofessionals

3. Onverwachts
- niet-pluis gevoel
- verandering van situatie

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Stappen plan evalueren:
- plan genoeg tijd in
- gebruik maken van kernwoorden, samenvatten en doorvragen
- betrek familie, zorgprofessioinals e.d. bij de evaluatie
- bekijk vorige evaluaties als uitgangspunt
- bekijk of eerde gestelde doelen nog actueel zijn
- bekijk of vorige interventies goed uitgepakt zijn
- is de zorgvrager tevreden!!!?

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie gesprek
- Plan dit op tijd in, zodat ook de zorgvrager (en familie) zich kan voorbereiden
- geef duidelijk de tijd weer, mbt de onderwerpen die besproken moeten worden. 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een MDO?
A
Een gesprek tussen zorgvrager en zorgprofessional
B
Een gesprek met meerdere zorgprofessionals en de zorgvrager
C
gesprek met mantelzorgers
D
Een gesprek over de zorgvrager met naaste zorgprofessionals

Slide 25 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

MDO
Multidisciplinair overleg
- complexe problemen besproken 
- ervaringen??

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Evaluatie rapport
- Gesprek wordt vastgelegd
- Bijstellen van de zorg
- Betrokken personen

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een KTO?
A
Klant tevredenheidsonderzoek
B
Kappers tegoedovereenkomst
C
Ander woord voor MDO
D
geen van bovenstaande

Slide 28 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tevredenheidsonderzoek
Doormiddel van (groter) onderzoek evalueren
- KTO klant tevredenheidsonderzoek
- MTO medewerker tevredenheidsonderzoek

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht en afronding

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies