Water - introductie+§1

Hoofdstuk 3: Water
1. Ijs, water en waterdamp
2. Temperatuur
3. Veranderen van fase
4. Kookpunt en smeltpunt
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeNatuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, tLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 3: Water
1. Ijs, water en waterdamp
2. Temperatuur
3. Veranderen van fase
4. Kookpunt en smeltpunt

Slide 1 - Tekstslide

Stellingen

Slide 2 - Tekstslide

Zonder water kunnen we niet leven
A
waar
B
niet waar

Slide 3 - Quizvraag

Ons lichaam bestaat voor ... uit water
A
een tiende, 1/10, 10%
B
een kwart, 1/4, 25%
C
twee derde, 2/3, 66%
D
negen tiende, 9/10, 90%

Slide 4 - Quizvraag

Op de wereld is ... water
A
1,4 miljoen m3
B
140 miljoen m3
C
14.000 miljoen m3
D
1.400.000 miljoen m3

Slide 5 - Quizvraag

Hoeveel van dit water is drinkbaar?
A
1%
B
10%
C
30%
D
50%

Slide 6 - Quizvraag

IJs, water en waterdamp

Slide 7 - Tekstslide

LEERDOELEN

3.1.1 Je kunt de drie fasen benoemen.
3.1.2 Je kunt de drie fasen van water herkennen in de praktijk.
3.1.3 Je kunt beschrijven dat ijs en veel andere vaste stoffen een kenmerkende kristalstructuur hebben.
3.1.4 Je kunt verschillende soorten neerslag beschrijven.

Slide 8 - Tekstslide

Water komt op veel
manieren voor in
de natuur.
Welke vormen ken je?

Slide 9 - Woordweb

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Slide 12 - Tekstslide

Sneeuwkristallen

Slide 13 - Tekstslide

Gas
Vloeibaar
Vast
Wolk
Stoom
Ijsklontje
Zeewater

Sneeuw

Slide 14 - Sleepvraag

Aan de slag!
MAAK de opdrachten van H.3§1

Slide 15 - Tekstslide

water uit de kraan is in de ..... fase
A
vaste
B
vloeibare
C
gas

Slide 16 - Quizvraag

De rijp op de takken in de winter is water in de ..... fase
A
vaste
B
vloeibare
C
gas

Slide 17 - Quizvraag

wanneer stoffen verhit worden, zullen de deeltjes sneller bewegen.
A
waar
B
niet waar

Slide 18 - Quizvraag

opdr 11a
Een ijsblokje heeft een volume van 10,2 cm3. De massa van het ijsblokje is 9,2 g.

a) Bereken met deze gegevens de dichtheid van ijs.

Slide 19 - Tekstslide

opdr 11b
Het ijsblokje wordt in een leeg glas gedaan. Na een tijdje is al het ijs water geworden.

b) Bereken het volume van het water. 
Gebruik hiervoor de formule: 
volume = massa / dichtheid
.

Slide 20 - Tekstslide