Paragraaf 5 De drukkerij

programma
herhaling paragraaf 4
huiswerk paragraaf 4  
uitleg en maken paragraaf 2.5  
timer
5:00
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

programma
herhaling paragraaf 4
huiswerk paragraaf 4  
uitleg en maken paragraaf 2.5  
timer
5:00

Slide 1 - Tekstslide

Er zijn 3 productiefactoren, welk antwoord is geen productiefactor?
A
Natuur
B
Werk
C
Arbeid
D
Kapitaal

Slide 2 - Quizvraag

Welke productiefactor
zien we hier?
A
Kapitaal
B
Arbeid
C
Natuur
D
Ondernemerschap

Slide 3 - Quizvraag

Hout behoort tot de productiefactor
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal

Slide 4 - Quizvraag

Een schilder behoort tot de productiefactor
A
Natuur
B
Arbeid
C
Kapitaal

Slide 5 - Quizvraag

Investeren is:
A
Het kopen van nieuwe kapitaalgoederen
B
Het kopen van nieuwe consumptiegoederen
C
Het in dienst nemen van geschoolde werknemers
D
Het in dienst nemen van ongeschoolde werknemers

Slide 6 - Quizvraag

Wat heb je nodig van de productiefactoren?
Natuur, arbeid en kapitaal.

Slide 7 - Tekstslide

huiswerk 
paragraaf 4 en rekentrainer paragraaf 4

Slide 8 - Tekstslide

paragraaf 5 De drukkerij 
Leerdoelen

Ik kan redenen noemen om te werken
Ik kan omstandigheden noemen die werken leuk of minder leuk maken

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

Arbeidsomstandigheden
Alles wat werken prettig en minder prettig maakt.

Slide 11 - Tekstslide

Arbeidsomstandigheden
- licht of zwaar werk
- gevaarlijk of ongevaarlijk werk
- samen met collega's of alleen
- regelmatige of onregelmatige werktijden

Slide 12 - Tekstslide

De Arbowet verplicht de werkgever om ervoor te zorgen dat werknemers hun werk veilig kunnen doen.

Voorbeelden: Een bouwvakker moet een helm op en een lasser moet een lashelm.
Arbowet

Slide 13 - Tekstslide

Waarom zou je gaan werken?
Wat is je motief/reden?

Slide 14 - Tekstslide

Arbeidsmotieven

- nuttig zijn

- zinvol bezig

- contacten met anderen

- geld verdienen

Slide 15 - Tekstslide

Hoeveel werk je...
Deeltijdbaan
Voltijdbaan
  • Fulltimebaan
  • Parttimebaan
  • 36-40 uur per week
  • minder dan 36 uur per week

Slide 16 - Tekstslide

huiswerk
Maken paragraaf 2.5 en rekentrainer paragraaf 2.5

Slide 17 - Tekstslide

paragraaf 5 De drukkerij 


Leerdoelen
Ik kan redenen noemen om te werken
Ik kan omstandigheden noemen die werken leuk of minder leuk maken

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video