3 vmbo gt 4.6 Planten en 4.7 dieren

Wat gaan we doen vandaag
4.6 plantenrijk
oefening
4.7 Dierenrijk
oefening
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen vandaag
4.6 plantenrijk
oefening
4.7 Dierenrijk
oefening

Slide 1 - Tekstslide

Plantenrijk

Slide 2 - Tekstslide

Planten
Domein: Bacteriën archaea en eukaryoten
Eukaryoten: planten, dieren, schimmels en protisten
Plantenrijk: 4 stammen * Mossen (sporen)
                                                  * Paardenstaarten (sporen)
                                                  * Varens (sporen)
                                                  * Zaadplanten en bedektzadigen

Slide 3 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 4 - Tekstslide

Wieren (algen)
Kunnen zowel eencellig als veelcellig zijn

De meeste groeien in het water
hierdoor geen wortels en
 stengels nodig
Ook geen bladeren en bloemen

Slide 5 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 6 - Tekstslide

Sporenplant

Planten zich voort met sporen

Mossen: geen stengels, geen echte wortels, geen bloemen

Paardenstaart: stengels hol en geleed

Varens: veervormig blad

Sporen zijn geslachtcellen en dus nog niet bevrucht in tegenstelling tot zaden.

Slide 7 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 8 - Tekstslide

Mossen
Voortplanting:
  • Mosplantjes vormen sporendoosjes die boven plant uitsteken
  • In de sporendoosjes komen sporen

Slide 9 - Tekstslide

Paardenstaart 
  • Hebben holle stengels.
  • Sporen groeien in     sporenvormende organen.



Holpijp

Slide 10 - Tekstslide

Varens
Voortplanting:
  • Varens vormen sporenhoopjes aan onderzijde het blad.
  • De sporen zijn de voortplantingscellen van de sporenplant

Slide 11 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 12 - Tekstslide

Zaadplanten
  • Wortels, stengels, bladeren en bloemen
  • Voortplanting door zaden


Slide 13 - Tekstslide

Zaadplanten
  • Naaktzadigen
  •  Zaden tussen de schubben (kegels)
  •  Bladeren meestal naaldvormig
  • Bedektzadigen
  •   Zaden in vruchten
  •   Bladeren niet naaldvormig

Slide 14 - Tekstslide

Naaktzadig: tussen de schubben zitten zaadjes

Slide 15 - Tekstslide

Van bloezem tot appel
De zaden zijn bedekt

Slide 16 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 17 - Tekstslide

maakwerk
aan de slag:
Maak 4.6: 50, 51 en 52

Slide 18 - Tekstslide

DOMEINEN

Slide 19 - Tekstslide

 Dierenrijk
Op aarde leven 1.300.000 diersoorten!
We delen ze in, in  stammen. We leren er 7.
Bij de indeling spelen twee kenmerken een belangrijke rol:

- Symmetrie
- Skelet

Slide 20 - Tekstslide


Symmetrie
Symmetrisch wil zeggen dat een organisme (levend wezen) twee gelijke helften heeft. 
De ene kant is het spiegelbeeld van de andere kant. 
Bijvoorbeeld de mens. Als ik van boven naar beneden een lijn trek, zijn beide kanten erg gelijk. 
Als ik ga inzoomen zal dit niet zo zijn. De linkerkant heeft misschien meer sproetjes dan de rechterkant. Maar vanaf een afstand is de mens symmetrisch.

Slide 21 - Tekstslide



Symmetrie
Net als bijvoorbeeld dit lieveheersbeestje. 
Heel veel dieren zijn symmetrisch. 

Slide 22 - Tekstslide



Verschillende soorten symmetrie

Tweezijdig-symmetrisch


Veelzijdig-symmetrisch


Niet symmetrisch 

Twee dezelfde kanten
Veel dezelfde kanten
Nooit dezelfde kanten

Slide 23 - Tekstslide

Pantoffeldiertje Symmetrisch?

Slide 24 - Tekstslide



Skelet
Waarom hebben dieren een skelet?

Voor stevigheid 

Voor bescherming 
(Longen, schedel)
En beweging: gewrichten
Anders zak je als een pudding in elkaar 

Slide 25 - Tekstslide



Skelet
Sommige dieren hebben geen skelet, veel daarvan leven in het water 
zeenaaktslak

Slide 26 - Tekstslide



Skelet

Inwendig skelet = binnenin 



Uitwendigskelet = aan de 

                           buitenkant

Slide 27 - Tekstslide



Slide 28 - Tekstslide

Het dierenrijk wordt in veel stammen verdeeld, een aantal die jij moet kennen zijn: 
Sponzen
Holtedieren
Weekdieren
Geleedpotigen
Stekelhuidigen
Gewervelden
Wormen
Ik kan me voorstellen dat je nu denkt woooowie veeeeel! maar het komt goed.

Slide 29 - Tekstslide

Sponzen

Niet symmetrisch


Skelet van hoornvezel


Leeft op de bodem van de zee

-

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Video



Neteldieren

Veelzijdig symmetrisch


Geen skelet


Leven in het water


Vangen prooi met tentakels

Slide 32 - Tekstslide

Portugees oorlogsschip
Als een zeilboot 'vaart' deze kwal door de oceanen 

Slide 33 - Tekstslide


Tweezijdig symmetrisch


Geen skelet


Lichaam lang en dun

Wormen

Slide 34 - Tekstslide


Weekdieren

Tweezijdig symmetrisch


Meestal huisje of schelp

Of niet..... 

Het volgende filmpje bewijst dat deze octopus geen skelet heeft 

(wel een inwendige schelp)


Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Geleedpotigen (de kriebelbeestjes)

Tweezijdig symmetrisch


Skelet is een pantser



betekent : ze hebben stukjes poten
aan de buitenkant

Slide 37 - Tekstslide



Stekelhuidigen

Veelzijdig symmetrisch


Inwendig skelet van kalk


Huid is bedekt met stekels of knobbels


Leeft in de zee

Slide 38 - Tekstslide


Gewervelden


Tweezijdig symmetrisch


Inwendig skelet



betekent : ze hebben een wervelkolom/ruggengraat

Slide 39 - Tekstslide

maakwerk
aan de slag:
Maak 4.7: 57, 61, 67

Slide 40 - Tekstslide

Het rijk van de planten
Het rijk van de planten kun je verder indelen in de volgende 3 stammen:
  1. Wieren (algen)
  2. Sporenplanten
  3. Zaadplanten
De stam zaadplanten kun je verder indelen in de klasse:
  1. Naaktzadige planten
  2. Bedektzadige planten
Het rijk van de planten

Slide 41 - Tekstslide

DOMEINEN

Slide 42 - Tekstslide

schoolwerk:

L: thema 4 leren 1 t/m 6
LZ: hoofdstuk 8, basisstof 1 en 2
M: 
4.6: 50, 51 en 52
4.7: 57, 61 en 67

Slide 43 - Tekstslide