(P2) Les 4: Landen vergelijken (Engeland-India)

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• vmbo, mavo, havo, vwo
• Leerjaar 1-6

Startklaar

Waarom AK? 

VWO bovenbouw

4 vwo

5 vwo

Geografische disciplines:

1. Milieuwetenschappen 
2. Stedelijke planning
3. GIS (geografische informatisystemen) 
4. Global studies (geopolitiek, internationale betrekkingen)
5. Geologie en aardwetenschappen 
6. Sociologie en antropologie (menselijke geografie)
7. Economie 
8. Toerisme en gastvrijheid 
9. Rampenmanagement 
10. ...

Kennen we dit nog?

1. De leerlingen weten wat een hegemoniale staat is. 

2. De leerlingen weten waarom landen gekoloniseerd werden. 

3. De leerlingen weten wat tijd-ruimte compressie is. 

4. De leerlingen weten waarom India Speciaal Economische Zones

     (SEZ) hebben gebouwd.

Welke voorkennis is nodig voor het doel.
Controleer of de leerlingen deze voorkennis beheersten door het stellen van Controle van Begrip vragen

Terugblik 

Centrum landen

Perifere landen

Terugblik 

Waarom kwam Engeland in de 18e en 19e eeuw op als hegemoniale wereldmacht?

Door de fabrieken en machines van de industriële revolutie.

Door nieuwe olievelden in Engeland in de 18e eeuw. 

Door de vraag naar grondstoffen en handel in nieuwe gebieden.

Door een grote samenwerking met China voor handel.

Waarom outsourcen naar India?

Lage loonkosten

Engelssprekende mensen

Goede IT-vaardigheden

Grote Tijdzoneverschil 

Hoge transportkosten

Strenge handelsregels

Terugblik 

Wat zijn kenmerken van Speciale Economische Zones (SEZ) in India?

 SEZ's hebben minder belasting om bedrijven aan te trekken. 

SEZ's liggen op handige plekken voor vervoer.

 SEZ's helpen bij het maken van moderne technologie.

SEZ's zijn gemaakt om boeren meer te laten verdienen.

Vorige les

Terugblik

Vorige les

Terugblik

D                A                D                B        

      Lesdoel

Vandaag leren we over hoe de wereld met elkaar verbonden is. We kijken naar braindrain, remittances en ruimtelijke afwenteling. We ontdekken hoe deze dingen ongelijkheid in India veroorzaken en bedenken oplossingen om die te verkleinen.

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen

Globalisering

Door tijd-ruimte compressie gaan landen in de wereld steeds meer met elkaar samenwerken

Voordelen India	Nadelen India
1. ......	1. ......
2. ......	2. ......
3. ......	3. ......

Globalisering

Door tijd-ruimte compressie gaan landen in de wereld steeds meer met elkaar samenwerken

Voordelen India	Nadelen India
Economische groei	Braindrain
Remittances	Ruimtelijke afwenteling
Toegang wereldmarkt	Regionale ongelijkheid

Braindrain 

Wat valt er op?

Een ander probleem

Ruimtelijke afwenteling:

Beeldvorming: 

Welk(e) afbeelding(en) horen bij India?

Wat past bij India?

Sociaal-culturele kenmerken:

Hindoeïsme: Godsdienst waarbij men gelooft in meerdere goden en een leven na de dood.

Kastenstelsel in India

Ongelijkheid India

Slumvorming

Waarom verhuizen zoveel mensen naar de stad?

Waarom kunnen zulke grote slums ontstaan?

Wat is de oplossing?

Zelf aan de slag

Lees par.5.3 blz.84-85

maak de opdrachten 1 t/m 9

+  5.1

opdrachten 1 t/m 4 en 7

5.1 opdr. 1 (blz.99)

b. Als je India vergelijkt met Europa, zie je dat India een heel groot land is. In Europa zijn ook verschillende talen, godsdiensten en gewoonten, dus is het logisch dat dat in India ook zo is.

5.1 opdr. 2 (blz.99)

a India was een exploitatiekolonie.

b Vijf landen gevraagd:

 1) India

 2) Pakistan

 3) Bangladesh

 4) Sri Lanka

 5) delen van Myanmar

c Een federatie is een land met één centrale regering met daarnaast in elke deelstaat een eigen hoofdstad en een eigen regering, met eigen ministeries die eigen wetten en regels maken. 

d India heeft heel veel verschillende talen en godsdiensten. Bij de indeling in deelstaten heeft men de grenzen zo getrokken dat deze groepen (zo veel mogelijk) een eigen deelstaat hebben.

5.1 opdr. 3 (blz.99)

b Er zijn 27 talen officieel erkend en in het diagram staan 8 talen. De categorie overig bestaat dus uit 19 andere talen.

 

c Dat zou politiek erg gevoelig liggen. (Slechts 44% van de Indiase bevolking heeft het Hindi als moedertaal, de overige 56% heeft een andere moedertaal.)

5.1 opdr. 3 (blz.99)

d Engels is een wereldtaal. / Engels wordt gebruikt in de internationale handel en communicatie.

e

1 China: Mandarijn

2 Indonesië: Bahasa Indonesia

 

Andere goede antwoorden:

 3) Rusland: Russisch

 4) Iran: Perzisch

5.1 opdr. 4 (blz.100)

a. het hindoeïsme

b. Het holifeest en baden in en bidden bij de Ganges horen bij het hindoeïsme.

c. W4 Godsdiensten in Pakistan en India. 

d. d In Pakistan overheerst de islam en in India het hindoeïsme.

5.1 opdr. 7 (blz.101)

b De dalits zijn de kastelozen / behoren tot geen enkele kaste.

c 1 Er zijn meer dalits dan brahmanen.

 2 De dalits staan op de laagste plaats qua aanzien en de brahmanen op de hoogste.

d Door het kastenstelsel zijn er verschillen in welvaart en ontwikkelingskansen tussen de verschillende kasten; en omdat je tijdens je leven niet naar een andere kaste kunt, blijven die verschillen bestaan.

Zelf aan de slag

     Kleine afsluiting

braindrain

remittances

ruimtelijke afwenteling

regionale ongelijkheid

nationale ongelijkheid

economische migratie

Kleine lesafsluiting (5 min) 

Docent controleert begrip door opdrachten of vragen die de begrippen en vaardigheden van het lesdoel toetsen.

Leerlingen werken zelfstandig of in een groepje aan opdrachten, kunnen vragen stellen aan de docent maar werken grotendeels zelfstandig.

Controle van begrip vragen

     Grote afsluiting

Vandaag leren we over hoe de wereld met elkaar verbonden is. We kijken naar braindrain, remittances en ruimtelijke afwenteling. We ontdekken hoe deze dingen ongelijkheid in India veroorzaken en bedenken oplossingen om die te verkleinen.

Het lesdoel (2 min) 

Docent benoemt het lesdoel en bespreekt kort wat de leerlingen zullen leren en waarom dit belangrijk is.

Leerlingen luisteren naar de leerdoelen en krijgen een duidelijk beeld van wat er van hen verwacht wordt tijdens de les. Uitleg van leerdoelen, korte discussie over belang van de leerdoelen

retrieval practice

Retrieval practice (10 min)

Docent geeft de leerlingen de tijd om zelf te oefenen met de lesstof en biedt ondersteuning indien nodig.

Leerlingen oefenen zelf met de lesstof door begrippen te oefenen met Quizlet, flashcards te maken en zichzelf te overhoren of topografie spellen online te doen.

Quizlet, flashcards maken, zichzelf overhoren, topografie spellen online

quizlet.com