C. Vul in.
Gebruik: Present Simple of Present Continuous.
Geef bij elke zin aan of het een feit of gewoonte is. En vul de juiste vorm van het werkwoord in. Lees eerst goed het voorbeeld hieronder:
Vraag: (speak) I............right now with my sister, so don't call me!
Juiste en volledige antwoord: Nu aan de gang / am speaking (=am+speak+ing)
1. (speak) Please be quiet, I .................. on the phone to my mother.
2. (work) She never..................on Tuesday.
3. (invite) They always...................their neighbours for their birthdays.
4. (design) Look at his work. He .........................an amazing building.