haar= wat op je hoofd groeit+ haar neus
hoofd= hoofd van de school, hoofd (lichaam)
neus=van je schoen, neus (lichaam)
oog= oog van de naald, oog (lichaam)
oor= oor van een kopje, oor (lichaam)
lel= klap, schop "iemand een lel verkopen" en oorlel (afhangend stukje huid of vel)
mond=Uitloop van water (monding), mond (lichaam)
kies=ik kies, kies (tanden en kiezen)
rug=bankbiljet van duizend gulden, berg, rug van een boek, rug (lichaam)
borst= boeg van een schip, borst (lichaam)
arm= niet rijk, arm (lichaam)
duim=De duim is een oude lengtemaat, die ongeveer gelijk is aan de breedte van het bovenste kootje van de duim van een volwassen man, duim (lichaam)
pink=kleinste vinger, eenjarig rund (is geen kalf meer), vissersschuit
pols=het gewricht, je hartslag voelen
been=botten, been (lichaam)
kuit=de eitjes van een vis, kuit (lichaam)
enkel=één, enkel (lichaam)
voet=oude lengtemaat, voet (lichaam)
teen=dunne tak , teentje knoflook, deel voet
nagel= schroef, deel teen.