Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
In de krant - 'Helpende ogen'
In de krant
1 / 17
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Begrijpend lezen
Basisschool
Groep 5-8
Les van
Kidsweek in de Klas
In deze les zitten
17 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
35 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
In de krant
Slide 1 - Tekstslide
Ik weet
wat een
parasporter
is en ik weet wat er bedoeld wordt met een
visuele beperking
.
Ik kan
vertellen hoe bij een aantal sporten de parasporter met een visuele beperking geholpen wordt.
Ik kan
tekstkenmerken
van de
tekstsoort
opnoemen.
Slide 2 - Tekstslide
Bekijk de tekst,
maar lees de tekst nog niet.
Wat valt je op aan de vorm, de kopjes, de titel en de
plaatjes?
Wat is dit voor tekst? Waar zie je dat aan?
Wat denk je dat de bedoeling van de schrijver is met deze tekst?
Hoe ga je deze tekst lezen?
Waar denk je dat het over zal gaan, waarom denk je dat?
Wat weet je er al van?
Slide 3 - Tekstslide
Schrijf je vragen op een post-it (één vraag per blaadje) en plak deze op de vragenmuur
.
Heb je vragen als je naar de tekst kijkt?
Formuleer samen een leesvraag.
Slide 4 - Tekstslide
Woordenschat
:
blind, slechtziend, paar (extra paar ogen), parasporters, visuele beperking, medaille, paraskiërs, slalommen, roetsjen, aanwijzingen, instructies
De leerkracht doet het voor.
Slide 5 - Tekstslide
Woordenschat
:
WK, parawielrennen, koers houden, buddy
We doen het samen.
Slide 6 - Tekstslide
Wat hebben jullie gelezen?
Is er al een antwoord op de leesvraag?
Welk tekstschema past bij de tekst?
Slide 7 - Tekstslide
Vat de tekst per alinea samen...
...en zet je schrap...
...voor de quiz!!
Slide 8 - Tekstslide
Als je een visuele beperking hebt, kun je niet goed:
Als je een visuele beperking hebt, kun je niet goed:
A
horen
B
voelen
C
zien
D
proeven
Slide 9 - Quizvraag
Parasporters zijn sporters:
Parasporters zijn sporters:
A
met een parachute
B
met een beperking
C
met paranormale gaven
D
met veel dorst
Slide 10 - Quizvraag
Paraskiërs hebben een...
Paraskiërs hebben een...
A
piloot die voor hen skiet
B
piloot die voorop de skilatten staat
C
gids die meeskiet
D
gids die vanaf de zijlijn roept
Slide 11 - Quizvraag
Bij het parawielrennen wordt er geracet op:
Bij het parawielrennen wordt er geracet op:
A
tandems
B
wielrenfietsen
C
mountainbikes
D
rolstoelen
Slide 12 - Quizvraag
Een aantikker in het parazwemmen is iemand die:
Een aantikker in het parazwemmen is iemand die:
A
meezwemt met de parasporter
B
de parasporter aantikt bij het keerpunt
C
de parasporter aantikt bij het laatste baantje
D
de parasporter aantikt als hij/zij te dicht bij de lijn komt
Slide 13 - Quizvraag
Een blinde of slechtziende hardloper blijft bij zijn/haar buddy door:
Een blinde of slechtziende hardloper blijft bij zijn/haar buddy door:
A
handen vast te houden
B
te roepen naar elkaar
C
een headset
D
een touwtje vast te houden
Slide 14 - Quizvraag
Hoe ging de quiz?
Is er informatie die op een van de beginpagina’s van
het schrift opgeschreven of getekend kan worden?
Hebben we een antwoord op de leesvraag?
Slide 15 - Tekstslide
Antwoord gevonden op je vraag? Schrijf het antwoord op een andere kleur post-it en plak deze op de vragenmuur.
Zijn er nieuwe vragen ontstaan?
Schrijf ze op post-its.
Heeft de schrijver het beoogde doel bereikt?
Slide 16 - Tekstslide
Tot de
volgende keer!
Slide 17 - Tekstslide