H9 Internationale hulp

H9 Internationale hulp
Door Femke, Fienne & Jasmijn
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijswetenschappenWOStudiejaar 5

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

H9 Internationale hulp
Door Femke, Fienne & Jasmijn

Slide 1 - Tekstslide

Wat weten jullie al over internationale hulp?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoelen
  • Je weet welke soorten internationale hulpverleners er zijn.
  • Je kent drie soorten internationale hulp.
  • Je kunt voorbeelden noemen van internationale hulpprogramma’s die direct en indirect gericht zijn op de voedselzekerheid en deze beoordelen op effectiviteit.

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Link

Wat vind jij van dit initiatief?

Slide 5 - Open vraag

Soorten hulpverleners
  • Bilaterale hulp
  • Intergouvernementele organisaties (igo’s)
  • Niet-gouvernementele organisaties (ngo’s)
  • Hulp van bedrijven
  • Particuliere initiatieven

Slide 6 - Tekstslide

Bilaterale hulp
  • Hulprogramma’s waarbij alleen het donorland en het ontvangende land betrokken bij zijn
  •  Bijvoorbeeld: Nederland stuurt hulp naar een arm kwetsbaar land

Slide 7 - Tekstslide

ngo’s
(non-gouvernementele organisaties)
igo’s
(inter-gouvernementele organisaties)

Slide 8 - Tekstslide

Andere hulp
  • Hulp van bedrijven: ontwikkelingen van medicijnen, onderzoek en technologieën
  •  Particuliere initiatieven: verbeteren van leefomstandigheden -> sponsorloop op middelbare school

Slide 9 - Tekstslide

Good governance is een vereiste hiervoor

Slide 10 - Tekstslide

Nog meer soorten hulp:
  • Noodhulp
Gericht op voorzien van de levensbehoeften
Voedselhulp, schoon drinkwater en medische zorg
  • Project hulp
Kleine project gericht op verbeteren van levensomstandigheden
irrigatiesystemen of het geven van trainingen
  • Programma hulp
Zijn projecten gericht op het verbeteren van een hele sector


Slide 11 - Tekstslide


Stel je voor dat er een aardbeving heeft plaatsgevonden in een klein dorp. Veel huizen zijn verwoest, de watervoorziening is uitgevallen, en veel mensen hebben medische hulp nodig vanwege verwondingen. Het dorp heeft ook dringend voedselhulp nodig omdat de winkels zijn verwoest.
A
Programma hulp, om de hele watersector in het dorp te verbeteren.
B
Noodhulp, om snel voedsel, schoon drinkwater en medische zorg te bieden.
C
Projecthulp, om trainingen te geven aan de dorpelingen over hoe ze het beste kunnen herstellen van de aardbeving.
D
Noodhulp, om irrigatiesystemen op te zetten voor de landbouw van het dorp.

Slide 12 - Quizvraag

Duurzame ontwikkelingsdoelstellingen
  • September 2015 ondertekend 193 landen
  • Millenniumdoelen
  • Overheden, igo’s en ngo’s werken samen
  • Indicatoren
  • Bereikt in 2030 

Slide 13 - Tekstslide

Hoe beïnvloedt klimaatverandering SDG 2 (Geen honger)?
A
Het verlaagt de voedselprijzen
B
Het veroorzaakt droogten en mislukte oogsten
C
Het maakt landbouw efficiënter
D
Het heeft geen invloed op voedselproductie

Slide 14 - Quizvraag

De FAO - voedsel en landbouworganisatie 
  • Agentschap van de Verenigde Naties
  • Herstellen en voorkomen
  • Zorgt voor voedselzekerheid
  • Projecthulp en programmahulp 

Slide 15 - Tekstslide

Door familyplanning zal de voedselzekerheid in de periferie toenemen. Geef een voor- en tegenargument voor deze stelling

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

Korte praktische opdracht

Slide 18 - Tekstslide

Opdracht:
  • Maak groepjes van drie verdeel de drie soorten ontwikkelingshulp
  • Ieder drietal krijgt een van de zeventien ontwikkelingsdoelstellingen
  • Jullie gaan vanuit jullie rol in gesprek over welke soort hulp het beste is voor de situatie/probleem en schrijven op een whiteboard hun conclusie en welke andere van de zeventien ontwikkelingsdoelstellingen hierbij betrokken zijn
  • Deze conclusies bespreken we kort in de groep

Slide 19 - Tekstslide