MV - Wie we ook zijn, we maken samen de samenleving

Maatschappelijk vorming
H1: 'Wie we ook zijn, we maken samen de samenleving'
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
MVSecundair onderwijs

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Maatschappelijk vorming
H1: 'Wie we ook zijn, we maken samen de samenleving'

Slide 1 - Tekstslide

Bij welk protest zou jij meelopen?

Slide 2 - Poll

Waar haal je die mening vandaan?
Ouders
Vrienden
Internet
Andere

Slide 3 - Poll

Welke uitspraak past het best bij jou?
A
De samenleving maakt wie ik ben.
B
Ik ontwikkel en maak mezelf.

Slide 4 - Quizvraag

Welke uitspraak past het best bij jou?
De samenleving maakt wie ik ben
Ik ontwikkel en maak mezelf

Slide 5 - Poll

Zijn identiteit en persoonlijkheid
A
hetzelfde
B
iets anders

Slide 6 - Quizvraag

Identiteit

= resultaat van (al dan niet expliciete) keuzes die je maakt
Persoonlijkheid

= vrij stabiel gegeven. Het maakt je uniek en het is herkenbaar in uiteenlopende situaties.

Slide 7 - Tekstslide

Test
https://www.onderhuids.nl/test-jezelf/ (huidskleur)
https://tests.quest.nl/psychologie/ben-jij-een-hokjesdenker
(algemeen)


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Link

Vooroordelen en stereotypen zijn
A
Hetzelfde
B
Iets anders
C
Geen idee

Slide 10 - Quizvraag

Vooroordeel

Een oordeel dat je over iemand velt zonder dat je deze persoon kent, wat leidt tot een verkeerde en negatieve conclusie
Stereotype

Een overdreven, simpel en meestal negatief beeld van een bepaalde groep

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

Slide 12 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

'Blank zijn is maatschappelijk beter'

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

Slide 14 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?


'Vrouwen zijn minder sterk'

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

Slide 16 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

'Vegetariërs eten enkel konijnenvoer'

Slide 17 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?

Slide 18 - Tekstslide

Wat is het vooroordeel?


Nationaliteiten worden gereduceerd tot enkele kenmerken en staan symbool voor een bepaalde cultuur.
(In dit geval; een Fransman heeft een baguette onder de arm, drinkt enkel wijn en draagt steeds streepjes)

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Wat hoort bij jouw identiteit?

Slide 21 - Open vraag

Samenvatting
Vooroordelen //  Stereotypen // Identiteit

Slide 22 - Tekstslide

1. Vooroordeel
= oordeel dat je hebt over iemand zonder dat je die persoon kent.
= een gevoel dat je gevorm hebt over een bepaalde groep.
= foute manier van denken

-> 1 kenmerk wordt veralgemeend (bv Duitsers zijn bierdrinkers)
-> vooroordeel leidt tot oordelen (positief of negatief)

Slide 23 - Tekstslide

Ontstaan van vooroordelen
- Primacy effect: informatie die je eerst waarneemt zal je het beste onthouden.

- Neiging tot vereenvoudigen (simpele vuistregels ipv moeilijke redeneringen)

Slide 24 - Tekstslide

2. Stereotype
= overdreven, simpel beeld over een bepaalde groep
= opvattingen over de eigenschappen van die groep

- Constructie van ons denken: wat je verwacht en waar je van overtuigd bent over die andere groep

Slide 25 - Tekstslide

Onderscheid stereotypen
- Auto stereotype : over de eigen groep -> positief
- Hetero stereotype: over de andere groep -> meestal negatief

Reden? Snel handelen
MAAR; foutieve manier van denken (geen rekening met individuele verschillen)

Slide 26 - Tekstslide

3. Identiteit
Vanuit: leeftijd, geslacht, regio, land, werelddeel, vriendengroep, hobbygroep, levensbeschouwing

= veranderlijk
= antwoord op wie ben ik en hoe merk je dat?
= manier waarop we onszelf definiëren en beschrijven

Slide 27 - Tekstslide

3 soorten identiteit
- Persoonlijke identiteit: op basis van biologische + psychologische eigenschappen

- Sociale identiteit / groepsidentiteit: houding tov anderen + belang van de groep waartoe je wil behoren/behoort
Groep: gezin, klas, hobbygroep, nationaliteit, cultuur, ....

Slide 28 - Tekstslide

OEFENINGEN

Slide 29 - Tekstslide

Hoort deze uitspraak bij persoonlijke/sociale identiteit?
'Ik ben een Europeaan'
A
Persoonlijke identiteit
B
Sociale identiteit

Slide 30 - Quizvraag

Hoort deze uitspraak bij persoonlijke/sociale identiteit?
'Ik ben een vegetariër'
A
Persoonlijke
B
Sociale

Slide 31 - Quizvraag

Hoort deze uitspraak bij persoonlijke/sociale identiteit?
'Lize is kapitein bij de voetbalclub'
A
Persoonlijke
B
Sociale

Slide 32 - Quizvraag

Hoort deze uitspraak bij persoonlijke/sociale identiteit?
'Ik ben bij de scouts'
A
Persoonlijke
B
Sociale

Slide 33 - Quizvraag

Volgende les:
TOETS H1 p

Slide 34 - Tekstslide