H1 Woordraadstrategie

Lesdoel

Aan het einde van deze les:

  • ken je zeven woordraadstrategieën
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken









1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Lesdoel

Aan het einde van deze les:

  • ken je zeven woordraadstrategieën
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken









Slide 1 - Tekstslide


Ik weet wat woordraadstrategieën zijn en ik denk dat ik de betekenis van woorden kan raden met behulp van zo’n strategie.
A
B
C

Slide 2 - Quizvraag

Wat zijn woordraadstrategieën?
A
Woordspelletjes
B
Manier om de woordbetekenis te vinden
C
Spelling van woorden
D
Woorden samenstellen

Slide 3 - Quizvraag

Waarom zijn woordraadstrategieën belangrijk?
A
Ze verbeteren de spellingvaardigheden van de lezers.
B
Ze zorgen ervoor dat lezers snel kunnen lezen zonder woorden te raden.
C
Ze vergroten de woordenschat van de lezers.
D
Ze helpen lezers om betekenis uit de tekst te halen, zelfs als ze niet alle woorden kennen.

Slide 4 - Quizvraag

Woordraadstrategie

Een woordraadstrategie is een handige manier om achter de betekenis van een woord te komen:

  • synoniem
  • omschrijving
  •  definitie
  • voorbeeld

  • tegenstelling
  • bekend woorddeel
  •  illustratie

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een 'synoniem' en
hoe vind je die in een tekst?

Slide 6 - Woordweb

Woordraadstrategie synoniem
Zoek naar een synoniem: een ander woord met dezelfde betekenis.
  • Exact - Precies
  • vreemde snuiter - rare snijboon - zonderling

Vaak vind je als je even verder leest in de tekst een synoniem voor een moeilijk woord dat je niet weet.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is een synoniem voor beduidend?
A
Onbeduidend
B
Belangrijk
C
Aanduiden
D
Onbelangrijk

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een synoniem?
A
bank - bank
B
oma - grootmoeder
C
voetbalschoen

Slide 9 - Quizvraag

Wat is een tegenstelling van 'altijd'?
A
af en toe
B
soms
C
vaak
D
nooit

Slide 10 - Quizvraag

Wat is een tegenstelling?
A
Warm en heet
B
Warm en koud
C
Politie en agent
D
vlug en gauw

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een woord met een voorvoegsel?
A
hergebruiken
B
smakeloos

Slide 12 - Quizvraag

Wat is een woord met een achtervoegsel?
A
fietstocht
B
smaakvol

Slide 13 - Quizvraag

Een voorbeeld van achtervoegsels zijn:
A
ongevaarlijk
B
monoloog
C
wantrouwen
D
vindingrijk

Slide 14 - Quizvraag

Wat wordt er bedoeld met
'zoek naar een omschrijving of definitie'?
Hoe vind je die in een tekst?

Slide 15 - Woordweb

Woordraadstrategie omschrijving:
De schrijver geeft al een omschrijving (definitie) van het woord.

  • Mijn oma is geholpen aan staar, een aandoening waarbij de lens is vertroebeld.
  • Misofonie, mensen die zich ergeren aan bepaalde, op zich onschuldige, geluiden, zoals luid ademen en harde muziek uit oordopjes.

Slide 16 - Tekstslide

Wat het verschil tussen een synoniem en een omschrijving?

Slide 17 - Open vraag

Werk voor deze les:
LEES NN BLADZIJDE 24 THEORIE OVER WOORDRAADSTRATEGIEEN.
Maak dan blz. 24-25, opdracht 1.

Opdracht 2 op blz. 25-26 doen we samen.

Maken: opdracht 3, 4, 5, 6, 7 op blz. 26-27.



timer
15:00

Slide 18 - Tekstslide

Woordraadstrategie: een voorbeeld zoeken:
Soms staan er in een tekst voorbeelden om onbekende woorden uit te leggen. Je weet dan meteen wat de schrijver bedoelt.
  • Bij een voorbeeld vind je vaak de volgende woorden: bijvoorbeeld, zo is er..., zoals, denk maar aan..., neem
  • Ook een dubbele punt kan aangeven dat er voorbeelden volgen: 'zij houden van balsporten: voetbal, volleybal, korfbal.'


Slide 19 - Tekstslide

'Ik heb drie biljetten van 50 euro.'
Wat denk je dat het woord 'biljet' betekent?
A
bon
B
briefje
C
munt

Slide 20 - Quizvraag

Wat is een woordraadstrategie?
A
woordenboek opzoeken
B
synoniem zoeken in de tekst
C
teruglezen
D
op google zoeken

Slide 21 - Quizvraag

Werk voor deze les:
LEES NN BLADZIJDE 24 THEORIE OVER WOORDRAADSTRATEGIEEN.
Maak dan blz. 24-25, opdracht 1.

Opdracht 2 op blz. 25-26 doen we samen.

Maken: opdracht 3, 4, 5, 6, 7 op blz. 26-27.



timer
15:00

Slide 22 - Tekstslide

Lesdoel

Aan het einde van deze les:

  • ken je zeven woordraadstrategieën
  • kun je uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken
  • kun je bij voorbeelden herkennen en uitleggen welke woordraadstrategie je in moet zetten
  • kun je bij het lezen van een tekst de betekenis van lastige woorden achterhalen door woordraadstrategieën te gebruiken











Slide 23 - Tekstslide

Ik ken zeven woordraadstrategieën en
kan uitleggen hoe je verschillende woordraadstrategieën moet gebruiken.
😒🙁😐🙂😃

Slide 24 - Poll

Reflectie:
Wat ging bij jou goed tijdens deze les?
Wat kan nog iets beter?

Slide 25 - Open vraag

Mooie Woorden
Mooie woorden
beroeren in de regel
onze zinnen
en in zekere zin
zijn zij de reden
dat wij onze
Taal zo beminnen.

Slide 26 - Tekstslide

Wat vind jij een mooi woord?
Je mag er maximaal drie opschrijven.

Slide 27 - Woordweb

Maak met een van de woorden die je hebt opgeschreven een zin.

Slide 28 - Open vraag