Les 4 - Straffen 89 - 94 v

Thema 3 les 4 straffen 89

In deze les leer je:

- Dat er verschillende soorten straffen zijn

- wat een taakstraf is.

- wat een rechter doet.

1 / 19

Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 19 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Thema 3 les 4 straffen 89

In deze les leer je:

- Dat er verschillende soorten straffen zijn

- wat een taakstraf is.

- wat een rechter doet.

Slide 1 - Tekstslide

Les 4 straffen 89 tekst

- Wanneer kun je een straf krijgen? (zin 1)

- Waar hangt het vanaf welke straf je krijgt? (zin 2)

- Wat krijg je bij een lichte overtreding? (zin 3)

- Wat is een voorbeeld van een lichte overtreding? (zin 3)

- Wanneer krijg je een zware straf? (zin 4)

- Wat is een voorbeeld van een zware straf? (zin 4).

Slide 2 - Tekstslide

Les 4 straffen 89 tekst vervolg

- Wat krijgen jongeren vaak bij een overtreding? (zin 5)

- Wat is een taakstraf? (zin 6)

- Wat is een voorbeeld van een taakstraf? (zin 7)

Slide 3 - Tekstslide

Les 4 straffen 89

Voorbeeld

Halt 1.24

- Wanneer kan de politie je naar Halt sturen? (zin 1)

- Hoe oud moet je zijn? (zin 1)

- Wat geeft Halt je? (zin 2)

- Wat is het idee achter de straf? (zin 3)

- Wat moet je doen ( 2 voorbeelden)? (zin 4)

Slide 4 - Tekstslide

Les 4 straffen 89 vervolg Halt

- Wat moet je nog meer doen? (zin 5)

- Met wie gaat Halt praten? (zin 6)

Wat gebeurt er na Halt? ( 1.43)

Slide 5 - Tekstslide

Les 4 straffen 90 opdracht 1 a, b, c en d

1 b. Wat zie je op de foto?

Jongeren moeten van Halt het station opruimen.

c. Waarom krijgen jongeren vaak een taakstraf in plaats van een andere straf?

Jongeren leren meer van een taakstraf van Halt.

d. Denk je dat een taakstraf nut of zin heeft?

Ja ik denk wel dat het ze helpt na te denken.

Slide 6 - Tekstslide

Les 4 straffen 91 e + De rechter

e. Wat vind jij een goede straf als jongeren iets stelen of kapot maken?

Opruimen - sorry zeggen - ouders bellen = betalen - opschrijven.

De Rechter en de rechtbank (schoolTV) Kijk rond en 0.44

Slide 7 - Tekstslide

Les 4 straffen 91 Tekst De rechter

De rechter 1.34 (tekst)

- Wanneer kun je voor de rechter komen? (zin 1)

- Wat bepaalt de rechter? (zin 2)

(schuldig of onschuldig )

- Wat bepaalt de rechter als je schuldig bent? (zin 3)

- Wat kan de rechter iemand die een misdrijf heeft gepleegd opleggen (=geven)? (zin 4)

Slide 8 - Tekstslide

Les 4 straffen 91

Voorbeeld

- Waarvan wordt meneer van Dijk van beschuldigd? (plaatje 1)

mishandeling

- Wat heeft hij gedaan? (plaatje 2)

- Waarom deed hij dat? (plaatje 2)

- Welke straf krijgt meneer van Dijk? (plaatje 3)

Slide 9 - Tekstslide

Les 4 straffen 92 a.

a. Lees de tekst.

Jongeren veroordeeld.

Slide 10 - Tekstslide

Les 4 straffen 92 Opdracht 2

- Hoeveel jongeren waren het? (zin 1)

- Hoe oud waren de jongens? (zin 1) gewelddadige overvallen

- Wat hebben ze gedaan (10.21 - 12.38)? (zin 3)

- Wat pakten ze van het slachtoffer? (zin 5)

- Wat dwongen ze het slachtoffer te vertellen? (zin 5)

- Hoeveel namen ze op van zijn rekening? (zin 5)

- Wat deze ze later op de avond? (zin 6)

Slide 11 - Tekstslide

Les 4 straffen 92 vervolg tekst

- Welke straf kreeg de dader van 18? (zin 7)

- Welke straf kregen de andere twee jongens? (zin 8)

jeugdgevangenis

- Waar hield de rechter rekening mee? (zin 9)

Slide 12 - Tekstslide

Les 4 straffen 92 b en c en 93 d

b. Waarom moesten de jongens voor de rechter komen?

c. Wat heeft de rechter besloten?

De rechter heeft besloten (=gezegd) dat de jongens naar de (jeugd)gevangenis moesten.

d. Ben jij het eens met de uitspraak van de rechter?

Ja het is goed dat ze straf hebben gekregen, maar misschien niet zo lang. Dus bijvoorbeeld 6 en 3 maanden.

Slide 13 - Tekstslide

Les 4 straffen 93 opdracht 3

a. De stelling:

De Straffen in Nederland zijn te laag.

b. Ik ben het wel/niet eens met de stelling.

Soms zijn de straffen goed, maar soms ook (te) duur.

Slide 14 - Tekstslide

Les 4 straffen 93 c en 94 e

c. plus 94 e

De stelling

Jongeren ( 12 - 18 jaar) moeten dezelfde straffen krijgen als volwassenen ( 19 jaar >>>>).

Ik ben het wel/niet eens met de stelling.

Antwoord goede zin:

Slide 15 - Tekstslide

Les 4 straffen

Slide 16 - Tekstslide

Hoe hoog is de boete = Hoeveel moet je betalen?

Boetebase

www.boetebaseom.nl

Slide 17 - Tekstslide