7.3 zuur-base reacties

Wie heeft gelijk? 
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScheikundeMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Wie heeft gelijk? 

Slide 1 - Tekstslide

Aanstippen dat de notatie zeer belangrijk is. Het zit hem in de details. 
Lesdoelen deze les

  • Je kan een zuur-base-reactie herkennen als een reactie waarbij een
       proton (H+) overgdragen wordt van een zuur aan een base.  
  • Je kan een zuur-base-reactie opstellen.  

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verband tussen zout - zuur/base
Sommige zouten kunnen als ze in water oplossen zure eigenschappen (ammonium = NH4+) of basische eigenschappen hebben (de negatieve ionen). Wanneer je weet dat je natronloog hebt, wat bestaat uit natriumionen en hydroxide-ionen, weet je dat als de notatie van de oplossing geweest wordt dat je dit opschrijft: Na+ (aq) + OH- (aq)
 ipv ze aan elkaar te schrijven ! 

Je weet namelijk dat natriumzouten altijd goed oplossen!

Slide 3 - Tekstslide

Onderwijsleergesprek

Voorbeeld met bariumoxide
  • De meeste zouten lossen eerst op in water en kunnen dan zuren of basische eigenschappen hebben maar er zijn ook een aantal vaste zouten die met water reageren (zie Binas T45 dan staat er een r). Een voorbeeld hiervan is bariumoxide (BaO). 
     BaO is een zout en  bestaat uit Ba2+ en O2- ionen.
  • O2- is een sterke base (zie T49), dus zal volledig omgezet worden in OH-.
  • H2O kan zowel als zuur en als base reageren (zie T49).
  • In dit geval reageert het als zuur omdat O2- een sterke base is: hij staat dus een H+ af, waarbij OH- overblijft                                     ==> BaO (s)  + H2O (l) --> Ba2+ (aq) + 2 OH- (aq)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuur-base reacties 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuur-base reacties 

  • Een zuur kan een H+ afstaan (H+ donor)
  • Een base kan een H+ opnemen  (H+ acceptor) 
  • Als ze elkaar tegenkomen kunnen ze een reactie aangaan
  • Dan heb je een zuur-base reactie waarbij een H+ overgedragen wordt van een zuur aan een base.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Neutraliseren
Zure oplossing: H3O+ (aq)
Basische oplossing: OH (aq)

Deze kunnen reageren:
H3O+(aq) + OH(aq) → 2 H2O(l)

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zuur-base-reactie
Altijd een reactie van H+ met een base
Je moet de reacties kennen met de  bekendste basen
Bij een slecht oplosbaar zout, komt na de reactie het metaalion vrij (sowieso alle oxide-zouten, kijk in je BINAS T45!)

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zoutzuur en natronloog
1. Namen en formules:             zoutzuur: H3O+ (aq) + Cl (aq)
                                                        natronloog: Na+ (aq) + OH (aq)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vb1: zoutzuur en natronloog
1. Namen en formules:         zoutzuur: H3O+ (aq) + Cl (aq)
                                                        natronloog: Na+ (aq) + OH (aq)
2. Wat is het basische deeltje?                              OH (aq)
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
                  H3O+ (aq) + OH (aq) → 2 H2O (l)

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Salpeterzuur en magnesiumoxide
1. Namen en formules:          salpeterzuur: H3O+ (aq) + NO3 (aq)
                                               magnesiumoxide: MgO (s)

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vb2: salpeterzuur en magnesiumoxide
1. Namen en formules: salpeterzuur: H3O+ (aq) + NO3 (aq)
                                               magnesiumoxide: MgO (s) 

2. Wat is het basische deeltje?                        O2–  in MgO
3. Schrijf de zuur-base-reactie op
                  H3O+ (aq) + MgO (s) → Mg2+ (aq) + H2O (l)
              2 H3O+ (aq) + MgO (s) → Mg2+ (aq) + 3 H2O (l)

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Base + zuur =

(in een juiste verhouding)
A
Nog steeds zuur
B
Nog steeds basisch
C
Neutraal
D
Er zal niets gebeuren

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij een zuur-base reactie wordt een...
A
H+ overgedragen.
B
OH- overgedragen.

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zuurbase reacties
Bij een reactie tussen een zuur en een base 
geeft het zuur H+ af aan de base
Je herkent een zuurbase-reactie dus aan 
het verplaatsen van H+ ionen
Voorbeeld:
CH3COOH + OH- --> CH3COO- + HOH (=H2O)

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


BaO + H2O -> Ba2+ + 2 OH-
Is dit een zuurbase reactie?
A
Ja, O2- in BaO reageert als zuur, neemt H+ op.
B
Ja, O2- in BaO reageert als base, neemt H+ op.
C
Ja, O2- in H2O reageert als base, neemt H+ op.
D
Nee, dit is geen zuurbase reactie.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen deze les

  • De leerling kan het verband leggen van een zwak zuur, wanneer deze gekoppeld is aan een goed zout. 
  • De leerling kan een zuur-base-reactie herkennen.  
  • De leerling kan een zuur-base-reactie opstellen.  
  • De leerling kan de notatie geven van een oplossing waar een zuur-base-reactie heeft plaatsgevonden.  

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aan de slag!

H: 43
B: 36 t/m 42
V: 44

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies