1e les - V3 - Conversacion y repetir gustar

VWO 3 - español

Empezar con el tema nuevo / hablar mucho español/ decir lo que te gusta y lo que no te gusta
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

VWO 3 - español

Empezar con el tema nuevo / hablar mucho español/ decir lo que te gusta y lo que no te gusta

Slide 1 - Tekstslide

¿Qué cosas has hecho esta semana? Apunta 3 cosas, usa el perfecto
timer
2:00

Slide 2 - Open vraag

En la clase de hoy
La frase de la clase
El nuevo tema
Hablar mucho español
Repetimos: el verbo gustar
Evaluamos
Los deberes para la próxima clase

Slide 3 - Tekstslide

La frase de clase:
'trabajamos en parejas'

Una pareja son dos personas - ¿Qué significa esta frase?

Apúntalo en cuaderno

Slide 4 - Tekstslide

¡Arrancamos!
Mira este video con atención
1. ¿Cuál es el tema de la unidad 2? 
2. ¿Qué piensas que necesitas saber y hacer al final de la unidad 2?
3. Apunta 5 palabras nuevas y la traducción al holandés



Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

1. ¿Cuál es el tema de la unidad 2?
2. ¿Qué piensas que necesitas saber y hacer al final de la unidad 2?

Slide 7 - Open vraag

¿Cuáles son tus 5 palabras nuevas y su traducción al holandés?

Slide 8 - Open vraag

el nuevo tema
* reader el miércoles
* la rutina diaria
* projecto: un video sobre tu rutina diaria

Slide 9 - Tekstslide

Nunca en mi vida he comido una comida en Burger King -->
A
Ik heb vaak een maaltijd bij Burger King gegeten
B
Ik heb nog nooit een maaltijd bij Burger King gegeten
C
Ik heb ooit een bijbaantje gehad bij Burger King
D
Ik heb geen idee wat hier staat

Slide 10 - Quizvraag

Un juego
En grupos de cuatro
Usa el dado
Solo se habla español 

Completa los huecos con formas correctas del Pretérito Perfecto  
En los marcadores temporales --> íuna experiencia tuya!  🙂
Por ejemplo: NUNCA he probado la paella valenciana/ 

Haz una lista de los marcadores con traducción en tu cuaderno

Slide 11 - Tekstslide

Nunca en mi vida he....

Slide 12 - Woordweb

¿Qué significa 'gustar' en holandés?

Slide 13 - Open vraag

¿Qué te gusta? Menciona 3 cosas, en una frase completa

Slide 14 - Open vraag

Trabajamos en parejas:
Con tu vecino/a: apunta todo lo que te acuerdas del verbo 'gustar'. Maak hier een net overzicht van!



timer
3:00

Slide 15 - Tekstslide

Controlamos
Vamos a ver un video
Verifica tus apuntes y añade la información que falta

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

0

Slide 18 - Video

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Maak de juiste keuze:

* (A mí) me...………... el color rojo.


A
gustan
B
gusta
C
gusto
D
gustas

Slide 21 - Quizvraag

Maak de juiste keuze:

(A Armando).........................gusta cantar.


A
me
B
le
C
les
D
nos

Slide 22 - Quizvraag

Maak de juiste keuze:

(A nosotros) nos……………...los animales


A
gustamos
B
gusta
C
gustáis
D
gustan

Slide 23 - Quizvraag

Wij houden van dansen.
A
Nos gustan bailar
B
Nos gusta bailar
C
Gustamos bailar
D
nos gustar bailar

Slide 24 - Quizvraag

Vul de juiste vorm in van 'gustar':

(a ti).............el deporte.
A
te gustas
B
te gusta
C
te gustan
D
te gusto

Slide 25 - Quizvraag

We vinden jouw jurk leuk
A
Os gustan tu vestido
B
Os gustais tu vestido
C
Nos gustan tus vestidos
D
Nos gusta tu vestido

Slide 26 - Quizvraag

En resúmen
Nu je weet hoe je het werkwoord gustar moet gebruiken, is de volgende stap: het oefenen. De volgende twee oefeningen van het internet, zijn invuloefeningen. Maak alle twee de oefeningen. Open de website om naar de oefening te gaan, vul de zinnen in, controleer je antwoorden en ga na wat goed of fout is gegaan. 

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Link

Slide 29 - Link

Producto final: un poster

Kies een programma om een poster mee te maken. 
Dit kun je via smore doen, maar je bent vrij in je keuze. 
Je gaat een poster over dingen die je wel en niet bevalt/leuk vindt. Hiervoor gebruik je natuurlijk het werkwoord ‘’gustar’’.   


Slide 30 - Tekstslide

Producto final: un poster
Wat moet er allemaal in de poster staan?
• Minimaal 6 kopjes
• Per kopje gebruik je minimaal 12 woorden. Naast het aangeven waar je (niet) van houdt, vertel je er ook iets over. Bijvoorbeeld waarom je iets leuk vindt.
• Gebruik zowel gustar in de meervoudsvorm als de enkelvoudsvorm, zoals me gusta en me gustan
• Vertel ook over wat je niet, een beetje of heel erg leuk vindt
• Vertel over een klasgenoot/vriend(in)/famililid wat hij of zij leuk/niet leuk vindt
• Vertel over wat jullie alle twee leuk/niet leuk vinden
Jouw eindproduct moet woensdag aan het einde van de dag klaar zijn, 
Ga naar de volgende dia voor de link naar de voorbeeld-poster van Smore

Slide 31 - Tekstslide

Entiendo como funciona el verbo 'gustar' ....
A
mucho mejor
B
igual de mal que antes
C
más o menos bien
D
un poco mejor que antes

Slide 32 - Quizvraag

Slide 33 - Link

Los deberes
Estudiar: herhalen: de perfecto (regelmatig en onregelmatig)
Nieuw: el verbo gustar (jouw aantekeningen)
Leuke foto's uitzoeken voor jouw poster (met dingen die je wel en niet leuk vindt!)


Slide 34 - Tekstslide