Fuente E + F

Wat moet je leren?
1. Vocabulairelijst 1.1 en 1.2 (pág. 27)
2. Bron D (Leerblad)
timer
2:00
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpaansMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat moet je leren?
1. Vocabulairelijst 1.1 en 1.2 (pág. 27)
2. Bron D (Leerblad)
timer
2:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

El ejercicio 8, 9, 10 y 11 en la página 13-15 en tu libro de trabajo.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling & (lid)woorden
Zijn deze woorden mannelijk of vrouwelijk? 
  1. Chica.
  2. Hotel.
  3. Canción.
  4. Camping.
  5. Amigo. 
  6. Amistad.
  7. Coche.
timer
2:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling & (lid)woorden
Zet het juiste lidwoord (de, het) in. 
  1. __________ chica.
  2. __________ hotel.
  3. __________ canción.
  4. __________ camping.
  5. __________ amigo. 
  6. __________ amistad.
  7. __________ coche.
timer
1:00

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling & (lid)woorden
Zet de volgende woorden in het meervoud
  1. Chica.
  2. Hotel.
  3. Canción.
  4. Camping.
  5. Amigo. 
  6. Amistad.
  7. Coche.
timer
2:00

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling & (lid)woorden
Zet het juiste lidwoord (een) in. 
  1. __________ chicas.
  2. __________ hoteles.
  3. __________ canciones.
  4. __________ campings.
  5. __________ amigos. 
  6. __________ amistades.
  7. __________ coches.
timer
1:00

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Haz el ejercicio 12BC+13AB
en la página 15-16 en tu libro de trabajo.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat moet je leren?
1. Vocabulairelijst 1.1 en 1.2 (pág. 27)
2. Blad over (lid)woorden 
Volgende les: SO

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ejemplo...
Chico 
Hermana
Hotel
Canción
Amistad

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
2:00

Slide 13 - Tekstslide

Tekst voorlezen en opdracht 14 maken. 
Haz el ejercicio 15 en la página 17 
en tu libro de trabajo.
timer
5:00

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies



¡A traducir! 
  1.  ¡Buenas noches!
  2. Me llamo Alejandro.
  3. Soy el presentador
  4. ¿Dónde vives?
  5. Vivo en ...
  6. ¿Cuántos años tienes?
  7. Tengo ... años.
  8. ¡Gracias, Lucía!
  9. ¿De dónde eres?
  10. ¡Bien hecho! 
timer
3:00
Voorbereiding
Ben je klaar? 
Pak je tekstboek en lees bron F. 
Zoek de woorden die je al (her)kent. 
#voorkennis 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

¿Qué tal?
¿Cómo te llamas?
¿Cuántos años tienes?
¿Dónde vives?
¿Hablas español?
¿Eres español / española?

Slide 16 - Tekstslide

Wat denk je dat deze vraagzinnen betekenen? Wat voor antwoorden zou je geven? 
EXTRA
Extra lesonderdelen.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling & (lid)woorden
Welke lidwoorden hebben we in het Spaans?
Welke woorden zijn vrouwelijk en welke mannelijk?
timer
1:00

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Español & tips om beter te leren

  1. Leer minstens op vier verschillende momenten.
  2. Leer max. 15 minuten per keer.
  3. Overlezen is niet genoeg, schrijf het op.
  4. Let op accenten, mannelijk-vrouwelijk en
enkelvoud-meervoud.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Manieren om zinnen te leren

  1. Zinnen opschrijven
  2. Via Quizlet/ WRTS oefenen
  3. Ezelbruggetje bedenken
  4. Flexkaarten gebruiken 
  5. Eerst de woordjes leren,
    dan de zinnen.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

timer
5:00

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zinnentjes leren
  1. Zinnen bedekken met papier en zinnen opschrijven.
  2. Zinnen op WRTS/Quizlet zetten en overhoren.
  3. Iemand anders overhoort je en jij schrift zinnen op.

Tip: schrijf het op! 

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Quizlet 
https://quizlet.com/_by2ofy?x=1qqt&i=4i8w3w

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies