2122- Procenten - 1MH-H6

H6
P
R
O
C
E
N
T
E
N

1 / 52
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo g, t, mavoLeerjaar 1

In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 9 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

H6
P
R
O
C
E
N
T
E
N

Slide 1 - Tekstslide

Breuken en procenten


  • 100%  van iets  -  is alles =  1
  • 50% is de helft van 100. (100:2 = 50) = 0,5 =1/2
  • 20% is een vijfde deel van 100%. (100:5 = 20) = 1/5
  • Een aantal standaardbreuken die je moet weten:
  • Hoeveel procent is 3/5?
  • Welke breuk hoort bij 80%?

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Link

WEET JE DIT NOG?

Dit moet je eigenlijk uit je hoofd LEREN!

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

is hetzelfde als
21
 is hetzelfde als
A
2%
B
5%
C
20%
D
50%

Slide 11 - Quizvraag

is hetzelfde als
41
 is hetzelfde als
A
4%
B
40%
C
25%
D
20%

Slide 12 - Quizvraag

is hetzelfde als
81
 is hetzelfde als
A
8%
B
12,5%
C
80%
D
25%

Slide 13 - Quizvraag

24,8 % is ongeveer:
 28,4 % is ongeveer hetzelfde als
A
7/10
B
3/10
C
1/4
D
1/2

Slide 14 - Quizvraag

wat is meer
Wat is meer?
A
40%
B
1/2

Slide 15 - Quizvraag

wat is meer
Wat is meer?
A
3/4
B
80%

Slide 16 - Quizvraag

wat is meer
Wat is meer?
A
1/4
B
4%

Slide 17 - Quizvraag

Korting in procenten

Een broek kost €80, er zit 40% korting op. Wat moet ik betalen?

  • 40% = 0,40
  • 0,40 x 80 = 32 (dat gaat er dus vanaf)
  • 80 - 32 = 48
  • Ik betaal €48 voor de broek

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Video




Voorbeeldvraag:

In een park hangen 240 nestkastjes,
In 76,4 % broeden  vogels
Hoeveel nestkastjes zijn dat?


6.2 Rekenen met procenten

Slide 20 - Tekstslide

Percentage uitrekenen met een verhoudingstabel

Slide 21 - Tekstslide



  1. 100% invullen
  2. Wat weet je?
  3. Wat moet je weten?
  4. 1 en X invullen
  5. Uitrekenen!
        (boven beginnen want 
         daar  heb je alle 3 getallen)

Stappenplan voor rekenen met procenten
100 %
1
wat weet je
2
wat moet je weten
3
1 en /// invullen
4
uitrekenen
5
%
100
1
76,4
aantal
240
X
......
Terug naar voorbeeldvraag:
In een park hangen 240 nestkastjes,
In 76,4 % broeden vogels
Hoeveel nestkastjes zijn dat?
: 100.             x 76,4
: 100.             x 76,4
LEREN!

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video



Een armband kost €15,
je krijgt 40% korting.
Hoeveel kost de armband nu?


Rekenen met procenten: nieuwe prijs
%
100
1
.40..
15
..X.
9
:100   X 40

Slide 24 - Tekstslide



Een zwemkaart kostte € 35, de prijs is met 8% verhoogd.
Hoeveel kost de kaart nu?


Rekenen met procenten
%
100
...

Slide 25 - Tekstslide

6.3 Percentage berekenen

Slide 26 - Tekstslide

Je weet het totaal aantal vogels en je wilt het percentage berekenen.

Slide 27 - Tekstslide

uitwerking (zie theorie boek blz. 26 & 27)

Slide 28 - Tekstslide

goed onthouden!

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Video

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

6.4/ 6.5 Negatieve breuken
Je leert dat je een deling (met negatieve getallen) met een deelstreep kunt schrijven en deze uitrekenen.
Je leert een negatieve breuk vereenvoudigen.
Je leert negatieve breuken optellen en aftrekken.
Je leert negatieve breuken vermenigvuldigen.
Je kan een breuk en een decimaal getal op je rekenmachine maken.

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Tekstslide

Slide 41 - Tekstslide

Slide 42 - Video

Slide 43 - Tekstslide

Slide 44 - Tekstslide

Slide 45 - Video

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Tekstslide

Slide 48 - Tekstslide

Slide 49 - Tekstslide

Slide 50 - Video

Slide 51 - Tekstslide

Slide 52 - Tekstslide