In deze les zitten 19 slides, met tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
spullen:
Dit lesuur:
Lezen
HW bespreken (5)
Start 4.3: (10) - Noodstop
Aantekening en opdrachten (15)
Slide 1 - Tekstslide
Lezen
stopwatch
00:00
Slide 2 - Tekstslide
Aantekening
Aantekening vorige les:
Er is sprake van negatieve arbeid
wanneer een kracht de beweging tegenwerkt.
Gewone arbeid wordt omgezet in bewegingsenergie
Negatieve arbeid wordt omgezet in warmte.
m = mili = gedeeld door 1000
c = centi = gedeeld door 100
k = kilo = keer 1000
M = mega =keer 1 000 000
Slide 3 - Tekstslide
F⋅sW
Slide 4 - Tekstslide
Antwoord 22a
Gegeven: s = 1,0 m F = 200 N
Gevraagd: Bewegingsenergie = Arbeid = W
Formule: W = F x s
Berekening: 200 x 1 = 200
Antwoord: W = 200 J
F⋅sW
Gegeven:
Gevraagd:
Formule:
Berekening:
Antwoord:
Slide 5 - Tekstslide
Antwoord 22b
Tijdens het duwen is er 200 J aan arbeid en dus bewegingsenergie de steen in gegaan. Tijdens het verder glijden tot stilstand wordt al deze energie er weer uit gehaald.
Dus moet de hoeveelheid arbeid die de wrijvingskracht verricht is -200 J zijn.
F⋅sW
Slide 6 - Tekstslide
Antwoord 22c
Gegeven: s = 30 m W = 200 N
Gevraagd: Wrijvingskracht = F
Formule: F = W / s
Berekening: 200 / 30 = 6,67
Antwoord: F = 6,67 N
F⋅sW
Gegeven:
Gevraagd:
Formule:
Berekening:
Antwoord:
Slide 7 - Tekstslide
Antwoord 22d
Door het vegen smelt de bovenste laag van het ijs waardoor de steen makkelijk glijdt.
Hiermee kan het pad van de steen worden bijgestuurd.
F⋅sW
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht 27
Slide 9 - Tekstslide
Opdracht 27
Werkt een kracht in de richting van de beweging?
⇨ Positieve arbeid
Werkt een kracht tegen de richting van de beweging in?
⇨ Negatieve arbeid
Staan de kracht en de beweging loodrecht op elkaar?
⇨ Geen arbeid
Slide 10 - Tekstslide
Hoe kan je ervoor zorgen dat je zo snel mogelijk stilstaat?
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Noodstop
Twee factoren die invloed hebben op hoe snel je stil kan staan.
De bestuurder, bijv:
De omgeving, bijv:
Slide 15 - Tekstslide
Noodstop
Twee factoren die invloed hebben op hoe snel je stil kan staan.
De bestuurder, bijv:
- opletten/afleiding
- alcohol
- medicijnen
- slechte ogen
De omgeving, bijv:
- gladheid van de weg
- banden van de auto
- mist
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Noodstop
- Reactietijd
- Reactieafstand
- Remweg
Reactieafstand + Remweg = Stopafstand
Er gebeurt iets op de weg.
Je begint met remmen
Slide 18 - Tekstslide
Werk aan:
Neem de aantekening over.
Kracht in de richting van de beweging? ⇨ Positieve arbeid
Kracht tegen de richting van de beweging in? ⇨ Negatieve arbeid