9.1 Ongezond

Programma
  • Opening/planning
  • Herhalen stof + bespreken vragen/huiswerk
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
Huiswerk volgende les
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Programma
  • Opening/planning
  • Herhalen stof + bespreken vragen/huiswerk
  • Nieuwe stof
  • Opdracht/werkvorm
  • Klassikale afsluiting
Huiswerk volgende les

Slide 1 - Tekstslide

Huiswerk
Lezen: 9.1
Maken: Opdrachten van 9.1 + nakijken
( zie studiewijzer)

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Slide 4 - Video

Slide 5 - Video

Wat heeft invloed op
je gezondheid?

Slide 6 - Woordweb

Slide 7 - Video

Je gezondheid hangt af van..
1. Je leefstijl
2. Je omgeving.
3. De gezondheidszorg 

Slide 8 - Tekstslide

Hoe zit het met jouw gezondheid?
Kan je antwoord geven
op de drie factoren?

Slide 9 - Open vraag

Wat zijn genotmiddelen?

Slide 10 - Open vraag

Waarom zou je?
1. omdat je het lekker vindt
2. voor de 'gezelligheid', om 'erbij te horen'
3. omdat het een gewoonte is
4. omdat je verslaafd bent
(afhankelijk bent)

Slide 11 - Tekstslide

Verslaafd. 3 manieren:

lichamelijk afhankelijk
geestelijk afhankelijk
sociaal afhankelijk

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Invloed van drugs..
De invloed van drugs is afhankelijk van 4 dingen:

1. de hoeveelheid die je inneemt
2. hoe je je op dat moment voelt
3. de omgeving
4. de soort drugs die je gebruikt

Slide 14 - Tekstslide

Wat doen drugs met je hersens?
Drugs kunnen op verschillende manieren invloed hebben:

  • Stimulerend
  • Verdovend
  • Veranderend van bewustzijn

Slide 15 - Tekstslide

Stimulerende drugs
- snellere hersenwerking
- je hartslag gaat omhoog 
- spieren spannen zich aan
-> actiever -> 'niet te stoppen'
- bloeddruk gaat omhoog
we noemen dit UPPERS 
(cocaine, amfetamine, tabak, koffie)

Slide 16 - Tekstslide

Verdovende drugs
Deze middelen werken kalmerend.
  • Suffer - want werking hersens is trager
  • Ademhaling en hartslag gaan omlaag.

we noemen deze drugs DOWNERS
(wiet, heroine, GHB, alcohol, slaapmiddelen)

Slide 17 - Tekstslide

Bewustzijnsveranderende drugs
Sommige middelen hebben invloed op je bewustzijn.
  • Laten je hersens anders werken  
  • Je neemt dingen anders dan de werkelijkheid waar

Dit soort drugs noemen we TRIPPERS
(denk aan LSD, Hasj, marihuana, paddo's)

Slide 18 - Tekstslide

Nicotine, cafeïne, cocaïne, speed en xtc laten je hersens ..... werken
A
sneller werken
B
anders werken
C
trager werken
D
moeilijker werken

Slide 19 - Quizvraag

Wiet, alcohol, heroïne en slaapmiddelen zijn voorbeelden van..
A
bewustzijns-veranderende middelen
B
verdovende middelen
C
stimulerende middelen
D
vernietigende middelen

Slide 20 - Quizvraag

Wat zijn de gevolgen van roken?

Slide 21 - Woordweb

Gevolgen van roken
Nicotine ->
1. verslavende stof
2. versnelt hartslag
3. vernauwt bloedvaten
   -> huid minder doorbloed ->
koude handen + hoge bloeddruk 
 

Slide 22 - Tekstslide

Gevolgen van roken
Koolstofmonoxide
adem je in als je rookt 
- via longblaasjes -> bloed
-> hecht aan hemoglobine  -> geen vervoer van zuurstof
-> duizelig, slechte conditie, 

Slide 23 - Tekstslide

Teer
kleeft aan binnenkant van longen - later ook buitenkant te zien
- beschadigd slijmvlies luchtwegen-> slijm/vuil/schadelijke stoffen niet afgevoerd -> 'rokershoestje'

Slide 24 - Tekstslide

Hoe noem je de verslavende
stof in tabak?

Slide 25 - Open vraag

Dat je conditie achteruit gaat en vaker duizelig bent, is vooral te danken aan het gas...

Slide 26 - Open vraag

Een 'rokershoestje' waarmee het lichaam de schadelijke stoffen kwijt probeert te raken, is vooral te danken aan de schadelijke stof...

Slide 27 - Open vraag

Ziekten aan luchtwegen (door roken)
1. COPD: 
  • Chronische bronchitis = continu ontstoken bronchiën/slijmvlies maakt extra slijm -> moeilijk ademen
  • longemfyseem = longblaasjes knappen -> minder zuurstofopname 

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Video

Ziekten aan luchtwegen
2. Longkanker 
verhoogde kans door teer in longen

Slide 30 - Tekstslide

Welke gevolgen heeft alcohol?
Alcohol : gifstof.
Verdooft je hersens.
Aangeschoten: je overschat jezelf, 
je ziet, hoort, reageert en beweegt
minder goed
Dronken: nog erger - soms overgeven. 
volgende dag een 'kater'; hoofdpijn, dorst. 

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Video

Welke gevolgen heeft alcohol?
Comazuipen of 'binge-drinking' -
 in korte tijd heel veel alcohol drinken. -> alcoholvergiftiging: je hersens vallen uit en je kan in coma
raken. 
Hoe jonger, hoe gevoeliger je
hersens zijn voor alcohol. 
-> Hersencellen sterven af. 

Slide 33 - Tekstslide

Gevolgen van blowen
Blowen: wiet of hasj roken. Meestal als joint. 
Onder invloed:
stoned = loom, verdoofd gevoel 
high = opgewekt en actief. 
Cannabis laat je hersens anders werken; versterkt je stemming. 
Daarbij: kans op verslaving, want als je stopt krijg je ontwenningsverschijnselen. (angst, zweten, beven, onrust, etc)

Slide 34 - Tekstslide

Wat is het gevaar van cannabis?

Slide 35 - Open vraag

Kan je verslaafd raken aan blowen? Leg uit.

Slide 36 - Open vraag

Vragen?

Slide 37 - Tekstslide

Wat heb je onthouden van de les?

Slide 38 - Woordweb

Aan de bak!
9.1 lezen
9.1 maken
Vergeet niet na te kijken! 

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link