Je gebruikt de present continuous als je wilt zeggen dat iets nu aan de gang is. Je gebruikt am/are/is gevolgd door het werkwoord + -ing.
I am walking. - Ik ben aan het lopen (zo vertaal je de zin)
Vaak gebruik je woorden als now, right now, at the moment bij iets wat nu aan de gang is. Je kunt present continuous ook gebruiken als je je ergert aan iets. Dan gebruik je vaak woorden als always, still, again.