Samenvatting

Samenvatting
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NaSk2Middelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Samenvatting

Slide 1 - Tekstslide

11.1 Fossiele brandstoffen
  • Aardgas, aardolie en steenkool zijn fossiele brandstoffen. 
  • Aardolie is een mengsel van veel verschillende koolwaterstoffen. 
  • Aardolie wordt gescheiden met gefractioneerde destillatie. De verschillende fracties kennen hun eigen toepassingen. 
  • In Binas kun je zien welke fractie waar in de destillatiekolom condenseert. 
  • Nafta is een grondstof voor veel processen in de petrochemie

Slide 2 - Tekstslide

11.2 Alkanen en alkenen
  • Alkanen en alkenen zijn koolwaterstoffen. 
  • Koolwaterstoffen zijn stoffen die uitsluitend uit C en H bestaan.
  • Alkanen zijn verzadigde verbindingen en hebben als algemene formule CnH2n+2
  • Alnenen zijn onverzadigde verbindingen (hebben een dubbele binding) en hebben als algemene formule CnH2n

Slide 3 - Tekstslide

11.2 Naamgeving
  • De naamgeving van alkanen en alkenen is gebaseerd op het aantal koolstofatomen. 
  • 1 = meth, 2 = eth, 3 = prop, 4 = but, 5 = pent
  • Een C atoom heeft altijd 4 bindingen. 

Slide 4 - Tekstslide

11.2 Kraken
  • Kraken is een proces waarbij koolwaterstoffen worden ontleed in een verzadigde en een onverzadigde binding. 
  • Je kunt alleen verzadigde koolwaterstoffen kraken. 
  • alkanen --> alkeen + alkaan. 
  • Graden Celcius + 273 = K
  • K = 273 - Graden Celcius

Slide 5 - Tekstslide

11.3 Kunststoffen maken
  • Moleculen met een dubbele binding kun je aan elkaar koppelen. Bij dit proces ontstaan de lange moleculen van een kunststof. 
  • De kleine moleculen vormen samen een polymeer, de kleine moleculen noem je monomeer. 
  • De meest gebruikte plastic is polyetheen. 
  • Plastics zijn allemaal polymeren. Je noemt ze ook wel kunststoffen. 

Slide 6 - Tekstslide

11.3 Reactievergelijking
  • De reactievergelijking van een polymeer geef je weer door een n te noteren, zoals bij de vorming van polyetheen: 
  • n C2H4 --> (C2H4)n

Slide 7 - Tekstslide

11.4 Eigenschappen van kusntstoffen
  • Er bestaan veel verschillende plastics. Kies een soort plastic op basis van de eigenschappen die een plastic nodig heeft. 
  • De belangrijkste positieve eigenschappen van plastics zijn:
  • Ze zijn gemakkelijk te vormen. 
  • Ze worden niet snel aangetast door water en lucht. 
  • Ze geleiden geen warmte en elektriciteit
  • Ze zijn sterk

Slide 8 - Tekstslide

11.4 Thermoplast en thermoharder
  • Plastics die je kunt omsemtlen noem je een thermoplast. 
  • De koolstofketens van thermoplasten zijn onderling niet met elkaar verbonden. 
  • Plastics die je niet kunt smelten noem je een thermoharder. 
  • De polymeerketens van een thermoharder zijn onderling met elkaar verbonden (cross-link)

Slide 9 - Tekstslide

11.4 Composiet
  • Je kunt de eigenschappen van plastics verbeteren door er een composiet van te maken. 
  • Een composiet is een samenstelling van vezel en een plastic en heeft betere eigenschappen dan de stoffen waaruit hij bestaat. 

Slide 10 - Tekstslide

11.5 Koolstofchemie en het milieu
  • Aardolie mag niet in de natuur terechtkomen omdat het allerlei schadelijke stoffen bevat.
  • Enkele schadelijke stoffen, zoals zwavel worden bij raffinage uit de olie verwijderd. 
  • Het winnen van een fossiele brandstof brengt schade aan het milieu. Zo raakt het grondwater vervuild. 

Slide 11 - Tekstslide

11.5 Koolstofchemie en het milieu
  • Polymeren worden in de natuur niet afgebroken. Door slijtage worden de brokjes plastic wel gemakkelijk kleiner (micro-plastic)
  • Micro plastic blijven in het milieu aanwezig en komen zo in de voedselketen terecht. 
  • Er zijn delen van de oceaan zodanig vervuild met plastic dat je spreekt van plasticsoep. 
  • Het plastic dat wordt ingezameld heeft een lagere kwaliteit. Daardoor is het moeilijk te recyclen (downcyclen)

Slide 12 - Tekstslide