1mha 29-11-2023 - H2 TV spelling

Welkom bij Nederlands!
Todo:
  • liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?

Op tafel heb je liggen:
  • lesboek
  • schrift
  • laptop (dicht)
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Nederlands!
Todo:
  • liggen de spullen die je nodig hebt op tafel?

Op tafel heb je liggen:
  • lesboek
  • schrift
  • laptop (dicht)

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we deze les doen
  • Herhaling H2 (TV) SP: over woorden die eindigen op -d of -t en de ik-vorm 
  • Uitleg H3 (TV) SP: over de tegenwoordige tijd van de persoonsvorm (pvtt)
  • Maken huiswerk

Slide 2 - Tekstslide





Na deze lessen kun je
  • persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • woorden met i, ie en y goed spellen.

Doel

Slide 3 - Tekstslide

Welke regel gebruik je wanneer je niet weet of je een woord aan het eind met een -t of een -d schrijft?
A
De tijdproef.
B
De vraagproef.
C
De verlengproef.
D
De ezelsbrugproef.

Slide 4 - Quizvraag

Moet dit woord met een t of een d?
brandwond/brandwont
A
Brandwond
B
Brandwont

Slide 5 - Quizvraag

Moet dit woord met een t of een d?
asfalt/asfald
A
asfalt
B
asfald

Slide 6 - Quizvraag

Moet dit woord met een t of een d?
gewelt/geweld
A
gewelt
B
geweld

Slide 7 - Quizvraag

Wat is de persoonsvorm in deze zin?

Hoe vind je ook alweer de persoonsvorm?
A
Hoe
B
vind
C
je
D
ook

Slide 8 - Quizvraag

Persoonsvorm tt:
(Vinden) ... jij het leuk om deze quiz te doen?
A
Vindt
B
Vind
C
Vond
D
Vondt

Slide 9 - Quizvraag

Spel de persoonsvorm tt:
Ik (branden)........... mezelf aan de kaars
A
brand
B
brandt

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de juiste persoonsvorm tt?
'Hij ..... (maken) vandaag zestien koekjes.'
A
maak
B
maakt
C
maakte
D
gemaakt

Slide 11 - Quizvraag

Welke persoonsvorm is correct?
De onderwijzers ... (besteden, tt) veel tijd aan werkwoordspelling.
A
besteedt
B
besteed
C
besteden
D
besteedden

Slide 12 - Quizvraag

Werkwoordspelling pvtt 

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg tegenwoordige tijd van de persoonsvorm

H3 TV SP (blz. 84)

Slide 14 - Tekstslide

Wat:
Maken:
H3 (TV) SP (blz. 84-85): Opdracht 1  t/m 5
(in je schrift of online)

Hoe:
Alleen of samen met je buurman of buurvrouw.

Klaar:
Pak nog even je leesboek en 
ga lekker lezen.








Hulp nodig?
Kijk naar het stoplicht

rood: stil! 
Vraag het de docent als
je het echt niet meer weet.
geel: fluisterniveau 
Overleg met diegene naast je
groen:  fluisterniveau 
Overleg met diegene naast je of vraag het
de docent  


Aan het werk!
timer
1:00

Slide 15 - Tekstslide






Je kunt
  • persoonsvormen in de tegenwoordige tijd goed spellen.
  • woorden met i, ie en y goed spellen.
Doel

Slide 16 - Tekstslide

Huiswerk voor maandag 4 december
Maken:
H3 TV Spelling (blz. 84): 
opdrachten  1 t/m 5
(online of in je schrift)


Slide 17 - Tekstslide

Uitleg H3 (TV) SP (blz. 84)
over de tegenwoordige tijd van de persoonsvorm
(pvtt)

Slide 18 - Tekstslide