In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Inhoud
1. Wat is criminaliteit?
2. Ons beeld van criminaliteit
3. Oorzaken van criminaliteit
4. Nederland is een rechtsstaat
5. (Deze slaan we over)
6. Van politie naar officier
7. Voor de rechter
8. Straf
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Ik voel mij wel eens aangetrokken tot het 'snelle geld'
A
zeker
B
ja, maar ik snap ook wel dat het niet...
C
nee, boeit me niet
D
liever zelf verdienen!
Slide 5 - Quizvraag
1. Wat is criminaliteit?
Vragen aan jullie
Slide 6 - Tekstslide
Je wil 20 euro pinnen. De automaat geeft je zomaar 100 euro (er wordt 20 euro van je rekening afgeschreven). Wat doe je?
A
Ik pak de 100 euro.
Mooi meegenomen!
B
Ik bel de bank.
C
Ik breng het geld naar de bank.
D
Anders
Slide 7 - Quizvraag
Je komt erachter dat de partner van je beste vriend(in) heeft gezoend met een ander. Wat doe je?
A
Ik zeg het tegen mijn vriend(in).
B
Ik dwing de partner het te vertellen.
C
Ik doe niets.
D
Anders
Slide 8 - Quizvraag
Een vriend(in) vraagt of je eerlijk wil zeggen wat je van zijn/haar nieuwe outfit vindt. Je vindt het absoluut niet staan. Wat doe je?
A
Ik zeg eerlijk wat ik vind.
B
Ik zeg vol overtuiging dat het mooi staat.
C
Ik houd mijn mond.
D
Anders
Slide 9 - Quizvraag
Je hebt een groepsopdracht op school gedaan. Jullie krijgen er een groepscijfer voor. Jij hebt niets uitgevoerd. Wat doe je?
A
Ik doe niets.
B
Ik bied mijn groepsgenoten excuses aan. Verder niets.
C
Ik geef het aan bij de docent.
D
Anders
Slide 10 - Quizvraag
In de winkel koop je iets dat volgens het prijskaartje 15 euro kost. Maar dan kom je bij de kassa. De caissière zegt: 10 euro alsjeblieft. Wat doe je?
A
Ik betaal 10 euro
en zeg niets.
B
Ik geef aan dat de prijs niet klopt.
C
Anders
Slide 11 - Quizvraag
Wat is de overeenkomst?
Je wil 20 euro pinnen. De automaat geeft je zomaar 100 euro. Wat doe je?
Je komt erachter dat het draadloze wifi-netwerk van de buren niet beveiligd is. Zo kun je gratis internetten. Wat doe je?
Een vriend(in) vraagt of je eerlijk wil zeggen wat je van zijn/haar nieuwe outfit vindt. Je vindt het absoluut niet staan. Wat doe je?
Je hebt een groepsopdracht op school gedaan. Jullie krijgen er een groepscijfer voor. Jij hebt niets uitgevoerd. Wat doe je?
In de winkel koop je iets dat volgens het prijskaartje bij het product 15 euro kost. Maar dan kom je bij de kassa. De caissière zegt: 10 euro alsjeblieft. Wat doe je?
Slide 12 - Tekstslide
Waarden en normen
Waarde = iets dat jij belangrijk vindt
Norm = de gedragsregel die daar uit voortkomt.
Bijvoorbeeld: w= gezondheid / n= ik sport drie keer per week
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Aan de slag
Lees bladzijde 6 en 7
Maak de vragen bij 1.1 (bladzijde 7)
Hierna: klassikaal bespreken
timer
12:00
Slide 15 - Tekstslide
Wetboek van strafrecht
Bestaat uit geschreven regels. Hierin staan alle strafbare feiten (gedragingen) inclusief bijbehorende maximumstraf.
Slide 16 - Tekstslide
Wetboek van strafrecht
Bestaat uit geschreven regels. Hierin staan alle strafbare feiten (gedragingen) inclusief bijbehorende maximumstraf.
Gebaseerd op onze normen! (en die zijn gebaseerd op onze waarden!)
Slide 17 - Tekstslide
Wetboek van strafrecht
Bestaat uit geschreven regels. Hierin staan alle strafbare feiten (gedragingen) inclusief bijbehorende maximumstraf.
Gebaseerd op onze normen! (en die zijn gebaseerd op onze waarden!)
Wat wij goed en slecht vinden verschilt per plaats (samenleving) en tijd!