H2.3

H2.1
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

H2.1

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag:

  • Lesdoel
  • Instructie
  • Oefenen
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Placemat
  • Bedenk

Slide 4 - Tekstslide

>
<
=
=
Sleep de begrippen naar de goede tekens
kleiner dan
groter dan

Slide 5 - Sleepvraag

Vul in: groter dan, kleiner dan, gelijk aan
40+23
-28
4-13
61
-52
-3+6
-5,5
23
-82
-8
-81
521
<
=
......
......
......
......
......
......
>

Slide 6 - Sleepvraag

Buiten is het -3℃, binnen is het 18℃.
Wat is het temperatuurverschil?

Slide 7 - Open vraag

Gisteren was het -5℃.
Vandaag is het -12℃
Wat is het temperatuurverschil?

Slide 8 - Open vraag

-20 + 6 =

Slide 9 - Open vraag

-14 + -10 =

Slide 10 - Open vraag

23 - -11 =

Slide 11 - Open vraag

-38 - -39 =

Slide 12 - Open vraag

Begrippen
Negatieve getallen 
Vermenigvuldigen
Delen

Keersom
Negatieve getallen zijn getallen onder nul. Bijboorbeeld -5.

Het tegenovergestelde van negatieve getallen zijn positieve getallen. Positieve getallen zijn boven nul. Bijvoorbeeld 6.
Keersom

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Bij vermenigvuldigen geldt:


Positief x positief = positief
Positief x negatief = negatief
Negatief x positief = negatief
Negatief x negatief = positief

3 x -2 = -6
Bij delen geldt:

Positief : positief = positief
Positief : negatief = negatief
Negatief : positief = negatief
Negatief : negatief = positief

12 : -2 = -6




Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van tegengestelde getallen.

Slide 18 - Open vraag

Tegengestelde getallen.

Slide 19 - Woordweb

Tegengestelde getallen

Slide 20 - Tekstslide

Negatieve getallen vermenigvuldigen

7 x -6 =
A
-42
B
42
C
56
D
-56

Slide 21 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen

2 x -12 =
A
-24
B
24

Slide 22 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen

-2 x 9 =
A
18
B
-18
C
9
D
-9

Slide 23 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen

7 x -5 =
A
-35
B
35
C
56
D
-56

Slide 24 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen

2 x -3 =
A
-6
B
6
C
-5
D
5

Slide 25 - Quizvraag

Negatieve getallen vermenigvuldigen

-3 x -6 =
A
-18
B
18

Slide 26 - Quizvraag

Negatieve getallen delen

-20 : 4 =
A
5
B
-5
C
-80
D
24

Slide 27 - Quizvraag

Negatieve getallen delen

-20 : -4 =
A
5
B
-5
C
-80
D
24

Slide 28 - Quizvraag

Negatieve getallen delen

-12 : -3 =
A
-4
B
-9
C
4
D
-15

Slide 29 - Quizvraag

Negatieve getallen delen

50 : -2 =
A
52
B
-25
C
25
D
-100

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide

Vandaag:

  • Lesdoel
  • Instructie
  • Oefenen
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt vermenigvuldigen met negatieve getallen.
  • Je kunt delen met negatieve getallen.

Slide 33 - Tekstslide

Begrijp je de leerdoelen?
wist dit al
ja
bijna
een beetje
nog niet

Slide 34 - Poll