In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.
Onderdelen in deze les
4.2 Beelddiagram en staafdiagram
Op tafel:
Chromebook + Lessonup + Getal en Ruimte site
Schrift + Potlood/Pen
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Uitleg: 4.2 Beelddiagram
Uitleg: 4.2 Staafdiagram
Zelfstandig aan het werk
Slide 2 - Tekstslide
4.2 Beelddiagram
Slide 3 - Tekstslide
Beelddiagram
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Beelddiagram
In een beelddiagram staan plaatjes!
Meestal staat onder het beelddiagram wat een plaatje voorstelt = de legenda
Slide 6 - Tekstslide
Hoeveel fietsen waren er in totaal?
Slide 7 - Open vraag
Op welke dag werden de meeste posters verkocht?
A
Maandag
B
Woensdag
C
Vrijdag
D
Zaterdag
Slide 8 - Quizvraag
Hoeveel posters zijn er op vrijdag verkocht?
A
7
B
21
C
13
D
70
Slide 9 - Quizvraag
In een beelddiagram maak ik gebruik van:
A
Figuren
B
Staafjes
C
Formules
D
Grafieken
Slide 10 - Quizvraag
Stelling: In een beelddiagram stelt een figuur ALTIJD 1 persoon of ding voor
A
Waar
B
Niet waar
Slide 11 - Quizvraag
Van beelddiagram naar tabel
Om een tabel bij een beelddiagram te maken, moet je per onderdeel het aantal bepalen.
In dit voorbeeld moet je per automerk het aantal auto's berekenen.
Slide 12 - Tekstslide
35 000
26 500
28 750
45 000
32 500
Slide 13 - Sleepvraag
Beelddiagram naar tabel
Slide 14 - Tekstslide
4.2 Staafdiagram
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Kenmerken Staafdiagram
Assenstelsel
Verticale of horizontale staven
Staven staan uit elkaar
Aantallen bij de staven
Vergeet de titel niet!
Slide 18 - Tekstslide
Staafdiagram
Slide 19 - Tekstslide
Een medewerker van de bioscoop heeft bijgehouden hoeveel kaartjes er per genre wordt verkocht. Hoeveel kaartjes worden voor de genre Adventure verkocht?
A
6
B
10
C
8
D
16
Slide 20 - Quizvraag
Een medewerker van de bioscoop heeft bijgehouden hoeveel kaartjes er per genre wordt verkocht. Van welk genre verkoopt hij de meeste kaartjes?
A
Mystery
B
Adventure
C
Cartoon
D
Comedy
Slide 21 - Quizvraag
Bij een staafdiagram moet je de staven:
A
Tegen elkaar aan tekenen.
B
Los van elkaar tekenen, met 1 hokje ertussen.
Slide 22 - Quizvraag
Een staafdiagram wordt gemaakt met:
A
Figuren
B
Staven
C
Formules
D
Grafieken
Slide 23 - Quizvraag
Slide 24 - Video
Staafdiagram bij tabel tekenen
Stel je moet bij onderstaande tabel een staafdiagram tekenen. Wat doe je dan?
Slide 25 - Tekstslide
Al
\
Allereerst teken je een assenstelsel. Let op de namen bij de assen!
Slide 26 - Tekstslide
Teken v
Teken vervolgens de staven. Zet bij elke staaf waar hij over gaat.