1HV Thema 4 Ordening B10 Het indelen van organismen

Determineren
Determineren
organismen herkennen door naar kenmerken te kijken
(engels)Determine = bepalen, vaststellen

Determineren doe je met een determineertabel
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Determineren
Determineren
organismen herkennen door naar kenmerken te kijken
(engels)Determine = bepalen, vaststellen

Determineren doe je met een determineertabel

Slide 1 - Tekstslide

Determineren 
  • Bepalen van de soortnaam
  • zoekkaart
  • determineertabel 

Slide 2 - Tekstslide

Determineren 
  • Bepalen van de soortnaam
  • zoekkaart
  • determineertabel
  • Schrijf altijd je 
      keuzes op
Maak nu de vraag 4 op
blz. 238

Slide 3 - Tekstslide

Determineer tabelen
  • Verschillende soorten tabellen.
  • We gaan er met een paar oefenen.
  • Ik laat zo een dier voor de camera in teams zien.
  • Jij zoekt met behulp van de tabel op bij welke stam dit dier hoort.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Schrijf de stappen en naam van de stam hier op

Slide 6 - Open vraag

Het was een Nautilus en die hoort bij de weekdieren
De stappen waren:
A - B - E - F - G - L - P

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Naam zoeken.
aan de hand van kenmerken kun je een naam van een organisme zoeken. Dit noemen determineren.

Slide 9 - Tekstslide

Waar let je op als je gaat determineren?
A
Kleur
B
Vacht
C
Grootte
D
Kenmerken

Slide 10 - Quizvraag

Welk van de volgende termen hoort niet direct bij determineren?
A
Organisme
B
Werkplan
C
Zoekkaart
D
Kenmerken

Slide 11 - Quizvraag

Determineer de plant in de afbeelding. Noteer de naam

Slide 12 - Open vraag

Determineren 

Slide 13 - Tekstslide

Determineren 

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Dier
Plant
Schimmel
Bacterie

Slide 16 - Sleepvraag

8. Zet de groepen in de juiste volgorde. Boven in de grootste en onderin de kleinste. Onderras komt helemaal onderaan
soort 
ondersoort (ras)
geslacht
familie
orde
klasse
stam
rijk

Slide 17 - Sleepvraag

Sleep de passende stam naar het juiste dier.
Sponsdieren
Neteldieren
Weekdieren
Stekelhuidigen
Geleedpotigen
Gewervelden

Slide 18 - Sleepvraag

Vogel
Vissen
Amfibieën
Reptielen
Zoogdieren

Slide 19 - Sleepvraag

Als ik een organisme ga determineren, gebruik ik een determinatietabel en schrijf ik het volgende op:
A
To welk rijk het organisme behoort.
B
De stappen in de determinatietabel.
C
Alleen de naam van het organisme
D
De stappen in de determinatietabel en het rijk, afdeling of groep

Slide 20 - Quizvraag

Huiswerk:
Lezen: Basisstof 10 van Thema 4 (blz. 146 t/m 149)
Maken: Opdrachten 42 t/m 44

Lees alvast voor de volgende les Basisstof 11 & 12 van Thema 4 door (blz. 150 & 151)

Slide 21 - Tekstslide