In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Herhaling vorige keer
Slide 1 - Tekstslide
Bij een bepaalde reactie geldt ΔE = +15,3*10⁵ Joule per mol. Wat voor een reactie is dit?
A
Een ontledingsreactie
B
Een verbrandingsreactie
C
Een exotherme reactie
D
Een endotherme reactie
Slide 2 - Quizvraag
Bij een endotherme reactie wordt de temperatuur (van de directe omgeving) voor en na de reactie gemeten. Voor de reactie is de temperatuur 20°C, wat is de temperatuur van de omgeving na de reactie?
A
Dat is afhankelijk van de soort stof
B
20°C
C
Hoger dan 20°C
D
Lager dan 20°C
Slide 3 - Quizvraag
Vaak worden exotherme reacties in het lab gekoeld met ijswater. Waarom?
A
Omdat deze reacties alleen verlopen als het ijskoud is.
B
Omdat de temperatuur zo kan oplopen dat een vloeistof gaat koken.
C
Omdat de opbrengst van de
reactie dan hoger wordt.
D
Om de reactie sneller te laten verlopen.
Slide 4 - Quizvraag
8.2 Rekenen met reactiewarmte
Herhaling!
Slide 5 - Tekstslide
Deze les
Nogmaals: uitleg vormingswarmte en reactiewarmte
Maken 19, 21 t/m 24 behalve opgave 22
Slide 6 - Tekstslide
Leerdoelen
Je leert nogmaals de begrippen vormingswarmte, ontledingswarmte, verbrandingswarmte kennen.
Je leert om de reactiewarmte te berekenen van een reactie uit de vormingswarmten (en andersom).
Slide 7 - Tekstslide
Reactie-energie berekenen
Soms is het niet mogelijk om via een experiment de reactie-energie te berekenen, bijvoorbeeld omdat er ook nevenreacties verlopen en bijproducten ontstaan.
Ook verlies je vaak warmte aan de omgeving, omdat de meetopstelling niet 100% geïsoleerd is.
Dan kan je de theoretische reactiewarmte uitrekenen m.b.v. binas tabel 57
Slide 8 - Tekstslide
8.2
Slide 9 - Tekstslide
8.2
Slide 10 - Tekstslide
VB1: vormingswarmte methaan
Methaan wordt gevormd uit de elementen waterstof en koolstof.
Bij het vormen van methaan komt dus 0,75*105 J per mol methaan vrij (chemische energie --> warmte).
Voor het ontleden van methaan is dus 0,75*105 J per mol nodig.
Slide 11 - Tekstslide
Reactiewarmte berekenen Noteren
De reactiewarmte kan worden berekend door te bepalen hoeveel energie nodig is om een binding te verbreken (ontledingswarmte) en hoeveel energie er vrijkomt bij het vormen van een nieuwe binding (vormingswarmte).
Reactiewarmte E = E eind +E begin
E <0 = exotherm
E>0 = endotherm
Slide 12 - Tekstslide
stappenplan berekenen ΔE
Noteer de kloppende reactievergelijking
Noteer onder elke stof de ontledingswarmte uit Binas 57 en de vormingswarmte uit Binas 57 en houd rekening met - en +, en het aantal mol (bijv 3 H₂O = 3x vormings-warmte H₂O)
Tel de energie van de beginstoffen op (Ebegin) en van de reactieproducten op (Eeind)
Bereken ΔE met: ΔE = (Eeind) + (Ebegin) Gebruik haakjes!
Controleer of je ΔE nog moet omrekenen naar J per 1 mol
Slide 13 - Tekstslide
Let op!
Vergeet niet het juiste teken over te nemen (+ of -).
Let op de fase van de stoffen, bijv. waterdamp of vloeibaar water.
Vergeet niet de factor 105 in de berekening.
Kijk naar de coëfficiënten in de reactievergelijking of je de reactiewarmte voor 1 mol hebt berekend of meer.
Gebruik haakjes bij het uitrekenen met je rekenmachine.
Slide 14 - Tekstslide
Bereken de reactiewarmte voor de verbranding van ethaan..
timer
5:00
Slide 15 - Open vraag
Diwaterstofsulfide (H₂S) reageert met zuurstof tot water en zwaveldioxide. Alle stoffen zijn gassen. Bereken de reactiewarmte van de reactie in J/mol
timer
5:00
Slide 16 - Open vraag
Antwoord
Reactievergelijking:
2 H2S (g) + 3 O2 (g) --> 2 H2O (g) + 2 SO2 (g)
Zie voor vormingsenergieën (Binas 57)
2x + 0,206x10⁵ 3x02x -2,42x10⁵2x -2,97x10⁵
Dus alles bij elkaar opgeteld: -10,4 x 10⁵ J/2 mol