Zolang de citroenbomen bloeien.
Salama Kassab was farmaciestudent toen de revolutie in Syrië begon. Ze had haar ouders nog, haar grote broer, haar huis. Nu is ze haar familie kwijt en werkt ze als vrijwilliger in het ziekenhuis van Homs waar de gewonden onophoudelijk binnenstromen. Ze wil weg uit deze oorlog, weg van de ellende en verschrikkingen. Maar ze wil ook blijven, voor alles wat Syrië was – en voor de mensen die haar hulp nodig hebben.
Met haar twijfel groeit ook haar PTSS, in de menselijke gedaante van Khawf, die haar alle verschrikkingen die ze heeft meegemaakt telkens opnieuw laat beleven. Dan ontmoet ze Kenan die haar probeert de kleuren te tonen die allang zijn vervaagd. Hij durft te dromen van een toekomst, en het is aan Salama om te beslissen of ze daarin met hem meegaat.