Mensbeeld RECHTS: mens is van nature goed, sociaal en gelijkwaardig
Mensbeeld RECHTS
mens is van nature ongelijk(waardig)
Slide 2 - Tekstslide
Op deze dimensie welke ideologie is het meest links en welke het meest rechts?
A
Anarchisme - Fascisme
B
Nazisme - Liberalisme
C
Liberalisme - Fascisme
D
Socialisme - Liberalisme
Slide 3 - Quizvraag
Slide 4 - Tekstslide
Pragmatisme
is eerder tegenovergestelde van ideologie
politici laten zich leiden door 'wat werkt'
maar overtuigingen over wat werkt en niet werkt.... waar komen die vandaan?
vaak blijken ze wel delen van ideologieën aan te hangen maar minder duidelijk zichtbaar
Zo is D'66 begonnen wilden meer invloed voor burgers
Slide 5 - Tekstslide
welke kenmerken van het populisme worden in het filmpje genoemd?
Slide 6 - Open vraag
POPULISME
WELKE PROBLEMEN WORDEN GESIGNALEERD / KRITIEK OP POPULISME:
bieden alleen simpele oplossingen; geen uitgewerkte plannen
verdeeld: ze zeggen namens 'het volk' te spreken maar niet 'het hele volk' stemt op deze (partij-en)
Slide 7 - Tekstslide
AANVULLING
DEFINITIE POPULISME
niet alleen tégen de elite maar beweren ook dat alleen ZIJ het volk vertegenwoordigen
Slide 8 - Tekstslide
In 2013 twitterde Wilders: 'Was net in Ridderzaal, vreselijke multiculti bijeenkomst. We hebben na 200 jaar weer een revolutie nodig, los van multiculti los van de EU!' Welke kenmerken van het populisme vind je in deze tweet?
Slide 9 - Open vraag
Waarom is de Brexit populistisch te noemen?
A
Dan kan de ongelijkheid beter bestreden worden
B
De EU was niet meer populair
C
Idee is dat eigen volk dan meer te zeggen heeft over eigen land
D
De EU wordt beschouwd als de elite
Slide 10 - Quizvraag
Trump zei voor zijn verkiezingen: "America first". Waarom is dat typisch populistisch?
A
Het eigen volk is het belangrijks voor populisten: "eerst Amerika (belangen van VS) daarna de rest"
B
De VS zijn de grootste (first) economie ter wereld
C
De elite komt nu op de eerste (first) plaats
D
Het was tegen Obama en die was een 2e generatie immigrant
Slide 11 - Quizvraag
"You like it or you hate it"
Huidige populistische partijen signaleren een reëel probleem: nl. sociale ongelijkheid (H10.2)
gezond <-> ongezond
rijk <-> arm
stad <-> platteland
hoog opgeleid <-> laag opgeleid
Slide 12 - Tekstslide
Welk kernconcept herken je in deze probleem analyse?
A
Macht
B
Democratisering
C
Politieke socialisatie
D
Representativiteit
Slide 13 - Quizvraag
Representativiteit
De mate waarin de (politieke) besluiten, de standpunten of achtergrondkenmerken van vertegenwoordigers overeenkomen met die van de groep die vertegenwoordigd wordt.
Slide 14 - Tekstslide
STELLING:
POPULISTISCHE PARTIJEN ZIJN EEN ZEGEN VOOR DE ARME, LAAGOPGELEIDE BURGER