Persoonsvorm en voltooid deelwoord

Welkom 


Binnen = beginnen 

Pak je boek en ga naar de juiste pagina. 
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom 


Binnen = beginnen 

Pak je boek en ga naar de juiste pagina. 

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
We gaan de komende weken aan de slag met Taalverzorging (zie studiewijzer in Magister).
Vandaag gaan wij het hebben over het volgende onderwerp:

  • Persoonsvorm en voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen. 


Slide 3 - Tekstslide

Leerdoel
Vandaag werk je aan één (of meerdere) leerdoelen: 


  • Ik kan de persoonsvorm in enkelvoudige zinnen benoemen.

  •  Ik kan de persoonsvorm in enkelvoudige zinnen spellen.

  • Ik kan het voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen spellen.

  • Ik kan de persoonsvorm en het voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen spellen. 

Slide 4 - Tekstslide

Onze kennis opfrissen

Slide 5 - Tekstslide

Wat weet je nog?


Ga zelfstandig aan de slag met de opdracht.

Klaar?
  • Checken in duo's 

Slide 6 - Tekstslide

Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Slide 7 - Tekstslide

Persoonsvorm 
Er zijn twee manieren om te bepalen welk werkwoord de persoonsvorm is. 

Manier 1: tijdsproef. Zet de zin in een andere tijd. Maak van de tegenwoordige tijd (nu) de verleden tijd (gisteren) of andersom. Het werkwoord dat verandert, is de persoonsvorm. 

Manier 2: vraagproef. Maak van de zin een vraag met precies dezelfde woorden. Het werkwoord dat vooraan komt te staan, is de persoonsvorm 

Slide 8 - Tekstslide

Persoonsvorm tegenwoordige tijd 


  • STAM (IK)
  • STAM + T (HIJ/ZIJ/U)
  • MEERVOUD : Hele werkwoord (WIJ/JULLIE)





Slide 9 - Tekstslide

Persoonsvorm verleden tijd 

Slide 10 - Tekstslide

PV verleden tijd
Sterke werkwoorden 
Lopen - liepen 
Blijven - bleven 
Schiet - schoot 

Zwakke werkwoorden 
Enkelvoud: stam + de of te
Meervoud: stam + den of ten

  • Maak het woord langer of gebruik het X-kofschip. 

Slide 11 - Tekstslide

Voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen 

Slide 12 - Tekstslide

Voltooid deelwoord



  • Wat zijn voltooid deelwoorden?
  • Bij welke woordsoorten gebruik je het 't X kofschip? 

Slide 13 - Tekstslide

Wat weet je nog?

Kijk nog eens naar jouw antwoorden. Zou, na de uitleg, weer dezelfde antwoorden geven?

Klaar?
  • Checken in duo's 
  • Zo klassikaal nakijken 

Slide 14 - Tekstslide

Ik word een expert! 
Je gaat aan de slag en je kiest zelf met welke opdrachten.

  1. Ik word een expert: persoonsvorm en onderwerp + verdiepende opdrachten (pv in samengestelde zinnen)
  2. Ik word een expert: persoonsvorm tegenwoordige- en verleden tijd 
  3. Ik word een expert: voltooid deelwoord 
  4. Ik ben een expert!: MIX-opdrachten

    Je mag opdracht 1 tot en met 3 deels of geheel maken.

    Voordat je start met opdracht 4 laat je een aantal opdrachten aan mij zien. 

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting
We werken aan het volgende leerdoel:

  • Ik kan de persoonsvorm in enkelvoudige zinnen benoemen.
  •  Ik kan de persoonsvorm in enkelvoudige zinnen spellen.

  • Ik kan het voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen spellen.
  • Ik kan de persoonsvorm en het voltooid deelwoord in enkelvoudige zinnen spellen.


Slide 16 - Tekstslide