Les 2

Grenzen en identiteit - 3vmbo
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 36 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Grenzen en identiteit - 3vmbo

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Binnenkomst + absentie (3 min)
Voorkennis (5 min)
Leerdoelen (2 min)
Uitleg (10 min)
Check (5 min)
Aan het werk (15 min)
Nakijken (10 min)
Afsluiting (10 min)

Slide 2 - Tekstslide

Welke provincie zie je hier?
A
Friesland
B
Groningen
C
Limburg
D
Zeeland

Slide 3 - Quizvraag

Welke twee schaalniveaus zie je op de afbeelding? (Let op: het gaat om de groen gekleurde gebieden.)
A
Regionaal + Mondiaal
B
Mondiaal + Lokaal
C
Nationaal + Continentaal
D
Lokaal + Continentaal

Slide 4 - Quizvraag

Welk van de onderstaande landen is een soevereine staat?
A
Nederland
B
Tibet
C
Palestina
D
Catalonië

Slide 5 - Quizvraag

De Noordzee grenst aan Nederland en is dus eigendom van Nederland.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1.  de verschillende schaalniveaus (nationaal, regionaal en lokaal) herkennen op een kaart; 
2. uitleggen waarom Nederland een soeverein land, een eenheidsstaat en een democratie is;
3. het verschil tussen een provincie en een gemeente uitleggen;
4. de 12 provincies van Nederland noemen + je weet waar zij liggen (topografie);
5. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'territoriale wateren' en deze voor Nederland op een kaart aangeven;

Slide 7 - Tekstslide

Uitleg: geografische schaalniveaus
Mondiaal schaalniveau
    - de hele wereld
Continentaal schaalniveau
    - een werelddeel
Nationaal schaalniveau
    - een land
Regionaal schaalniveau
    - een provincie, streek of landsdeel
Lokaal schaalniveau
    - een gemeente of een plaats

Slide 8 - Tekstslide

Check: hebben we het begrepen?

Slide 9 - Tekstslide

Welk schaalniveau zie je op de afbeelding?
A
Nationaal
B
Regionaal
C
Lokaal
D
Mondiaal

Slide 10 - Quizvraag

Welk schaalniveau zie je op de afbeelding?
A
Nationaal
B
Regionaal
C
Lokaal
D
Mondiaal

Slide 11 - Quizvraag

Welk schaalniveau zie je op de afbeelding?
A
Nationaal
B
Regionaal
C
Lokaal
D
Mondiaal

Slide 12 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1.  de verschillende schaalniveaus (nationaal, regionaal en lokaal) herkennen op een kaart; 
2. uitleggen waarom Nederland een soeverein land, een eenheidsstaat en een democratie is;
3. het verschil tussen een provincie en een gemeente uitleggen;
4. de 12 provincies van Nederland noemen + je weet waar zij liggen (topografie);
5. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'territoriale wateren' en deze voor Nederland op een kaart aangeven;

Slide 13 - Tekstslide

Uitleg: Soevereine staat, eenheidsstaat en democratie
Nederland is een:
- Soevereine staat = een zelfstandig en onafhankelijk land.
- Eenheidsstaat = een gebied met grenzen eromheen en met eigen wetten en afspraken.
- Democratie = een land met een door het volk gekozen regering.


Slide 14 - Tekstslide

Uitleg: Provincies en gemeenten
Nederland heeft 12 provincies.
Een provincie is een bestuursvorm tussen het nationale en lokale schaalniveau in.
Er is weinig direct contact tussen de provincie en haar inwoners.

Nederland heeft 342 gemeenten.
Een gemeente is een lokale bestuursvorm die bestaat uit 1 of meerdere dorpen of steden.
Een gemeente voert taken uit die van direct belang zijn voor haar inwoners. Bijvoorbeeld: het ophalen van vuilnis.

Slide 15 - Tekstslide

Check: hebben we het begrepen?

Slide 16 - Tekstslide

Flevoland is...
A
Een gemeente
B
Een stad
C
Een provincie
D
Een land

Slide 17 - Quizvraag

Utrecht is...
A
Een gemeente
B
Een stad
C
Een provincie
D
Een land

Slide 18 - Quizvraag

Amsterdam is...
A
Een gemeente
B
Een stad
C
Een provincie
D
Een land

Slide 19 - Quizvraag

Wie zorgt voor de straatverlichting?
A
Een gemeente
B
Een provincie

Slide 20 - Quizvraag

Wie zorgt voor het onderhoud van parken?
A
Een gemeente
B
Een provincie

Slide 21 - Quizvraag

Wie zorgt voor de aanleg en het onderhoud van n-wegen?
A
Een gemeente
B
Een provincie

Slide 22 - Quizvraag

Welke provincie zie je hier?
A
Gelderland
B
Zeeland
C
Overijssel
D
Zuid Holland

Slide 23 - Quizvraag

Welke provincie zie je hier?
A
Noord Brabant
B
Zeeland
C
Overijssel
D
Limburg

Slide 24 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1.  de verschillende schaalniveaus (nationaal, regionaal en lokaal) herkennen op een kaart; 
2. uitleggen waarom Nederland een soeverein land, een eenheidsstaat en een democratie is;
3. het verschil tussen een provincie en een gemeente uitleggen;
4. de 12 provincies van Nederland noemen + je weet waar zij liggen (topografie);
5. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'territoriale wateren' en deze voor Nederland op een kaart aangeven;

Slide 25 - Tekstslide

Uitleg: Territoriale wateren
Zeeën grenzen bijna altijd aan 2 of meer landen.
Zo grenst de Noordzee aan Nederland, België, Frankrijk, Verenigd Koninkrijk, Duitsland, Denemarken en Noorwegen!
Maar van wie is zo'n zee dan eigenlijk?

Afgesproken is dat 22 kilometer van de zee (=12 Engelse zeemijl), gemeten vanaf de kust, bij het aangrenzende land hoort.
De rest van de zee is van niemand.


Slide 26 - Tekstslide

Check: hebben we het begrepen?

Slide 27 - Tekstslide

Welke stelling is NIET waar over
territoriale wateren
A
Behoren tot een land.
B
Vallen onder de soevereiniteit van een land.
C
Liggen deels op het land.
D
Bevinden zich ook rond de Nederlands Caribische eilanden.

Slide 28 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1.  de verschillende schaalniveaus (nationaal, regionaal en lokaal) herkennen op een kaart; 
2. uitleggen waarom Nederland een soeverein land, een eenheidsstaat en een democratie is;
3. het verschil tussen een provincie en een gemeente uitleggen;
4. de 12 provincies van Nederland noemen + je weet waar zij liggen (topografie);
5. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'territoriale wateren' en deze voor Nederland op een kaart aangeven;

Slide 29 - Tekstslide

Aan het werk- groep 1

Wat: 
Blz. 152 vraag 1 + 2
Examentrainer blz. 166  vraag 1 + 3 + 8 + 9

Hoe: in tweetallen

Hulp: Tekstboek + groepsgenoten

Tijd: 10 minuten 

Klaar: blz. 148 vraag 6


Aan het werk- groep 2

Wat: 
- Blz. 152 vraag 1 + 2
- Topo oefenen
- Examentrainer blz. 166 vraag 1 + 3 + 8 + 9

Hoe: viertallen

Hulp: docent + tekstboek  + groepsgenoten

Tijd: 2 x 5 min (met docent en zelfstandig)

Klaar: ga topografie oefenen
timer
5:00
2X
Topo oefenen!

Slide 30 - Tekstslide

Nakijken - groep 1

Wat: 
Blz. 152 vraag 1 + 2
Examentrainer blz. 166 vraag 1 + 3 + 8 + 9

Hoe: in drietallen

Hulp: nakijkboek + groepsgenoten + feedback docent





Nakijken - groep 2

Wat: 
Blz. 152 vraag 1 + 2
Examentrainer blz. 166 vraag 1 + 3 + 8 + 9

Hoe: in drietallen

Hulp: nakijkboek + groepsgenoten + docent



2X
timer
5:00

Slide 31 - Tekstslide

Afronding
Wat hebben we geleerd?
Hoe hebben we meegedaan?
Huiswerk

Slide 32 - Tekstslide

Leerdoelen
Aan het einde van deze les kun je:
1.  de verschillende schaalniveaus (nationaal, regionaal en lokaal) herkennen op een kaart; 
2. uitleggen waarom Nederland een soeverein land, een eenheidsstaat en een democratie is;
3. het verschil tussen een provincie en een gemeente uitleggen;
4. de 12 provincies van Nederland noemen + je weet waar zij liggen (topografie);
5. uitleggen wat er bedoeld wordt met het begrip 'territoriale wateren' en deze voor Nederland op een kaart aangeven;

Slide 33 - Tekstslide

Op je wisbordje:
Wat heb je vandaag geleerd?

(Ben precies -> Dus niet: territoriale wateren. Maar: wat zijn territoriale wateren? Wat weet je er allemaal over?

Slide 34 - Open vraag

Hoe heb ik deze les meegedaan?
😒🙁😐🙂😃

Slide 35 - Poll

Huiswerk
Leren: les 1 + 2 in lessonup
Lezen De brug 1 (blz. 138 +139)

Slide 36 - Tekstslide