4.1 De pruikentijd

Let op!
Lees voordat je aan deze Lessonup begint eerst goed de paragraaf in je leerboek door!

Leer ook goed de begrippen in je leerboek!
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Let op!
Lees voordat je aan deze Lessonup begint eerst goed de paragraaf in je leerboek door!

Leer ook goed de begrippen in je leerboek!

Slide 1 - Tekstslide

Verval en rijkdom
  • In de 18e eeuw nam in de Republiek der Nederlanden de armoede en werkloosheid toe. Het was afgelopen met de Gouden Eeuw!
  • Er waren echter ook zeer rijke families die buitenhuizen lieten bouwen en dure kleding en (vooral mannen) pruiken (symbool van welvaart) droegen. 

Slide 2 - Tekstslide

De Franse standenmaatschappij
  • 85% van de mensen in Frankrijk leefde in de 18eeuw nog op het platteland
  • Boeren moesten een deel van hun opbrengst aan de heer afstaan en gratis voor hen werken (herendiensten)
  • Frankrijk had een standenmaatschappij
  • De derde stand was zeer divers. Er zaten zowel boeren en landarbeiders als rijke burgers (koopmannen) in!
  • De eerste en tweede stand had privileges (voorrechten). 

Slide 3 - Tekstslide

Onvrede binnen de derde stand!
  • De eerste en tweede stand hadden veel voorrechten (privileges):
  • Alleen zij konden hoge baantjes krijgen in het leger
  • Ze werden vrijgesteld van belastingen
  • De derde stand bracht via belastingen het grootste deel van het geld op  dat de koning nodig had voor het voeren van oorlog!
  • De onvrede hierover binnen de derde stand werd steeds heviger! (oorzaak Franse Revolutie paragraaf 4.3)

Slide 4 - Tekstslide

De verlichting
  • Tijdens de wetenschappelijke revolutie van de 17e eeuw waren al veel wetenschappelijke ontdekkingen gedaan
  • In de 18e eeuw ging dit nog verder: door je verstand te gebruiken kon de duisternis van bijgeloof en achterlijkheid worden overwonnen! (verlichting)
  • Het idee ontstond dat alles met het verstand onderzocht moest worden om zo de wereld beter te begrijpen en te verbeteren (vooruitgangsoptimisme)

Slide 5 - Tekstslide

Anders denken over godsdienst
  • Tijdens de verlichting dacht men ook na over godsdienst
  • Er was niet 1 ware godsdienst en verlichte denkers waren voor meer tolerantie op godsdienstig gebied
  • Deïsme: God had wel de wereld geschapen, maar bemoeide zich er verder niet mee (als een klokkenmaker). Rampen en epidemieen waren dus NIET (zoals men dacht in de ME) het werk van een (boze) God, maar werden veroorzaakt door natuurwetten.

Slide 6 - Tekstslide

Anders denken over standen en politiek
  • Tijdens de verlichting ontstond het idee dat alle mensen gelijk waren geboren en dus gelijke rechten (mensenrechten) moesten hebben zoals: vrijheid van godsdienst, vrijheid van meningsuiting
  • De standensamenleving moest worden afgeschaft en iedereen moest gelijk zijn en zich aan de WET houden (rechtsstaat)
  • Onder invloed van deze revolutionaire Ideeën ontstond ook een beweging die de slavernij wilde afschaffen (abolitionisme)

Slide 7 - Tekstslide

Politieke denkers: gevaar voor de koning!
  • John Locke (filosoof) kwam met de gedachte dat de koning niet de macht kreeg van God, maar van het volk! 
  • De Franse filosoof Montesquieu ontwierp een systeem om machtsmisbruik te voorkomen: de driemachtenleer (trias politica). Deze bestond uit de wetgevende macht, de uitvoerende macht en de rechterlijke macht. 
  • Jean Jacques Rousseau vond een koning overbodig. Een parlement was voldoende!

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Noteer de betekenis van de volgende bestuursvormen: a. democratie b. monarchie c. oligarchie

Slide 10 - Open vraag

Noteer de juiste jaartallen: 1. Lodewijk XIV sterft 2. Lodewijk XVI en Marie Antoinette trouwen 3. Lodewijk XVI wordt koning 4. Lodewijk XVI wordt afgezet als koning 5. Lodewijk XVI sterft

Slide 11 - Open vraag

Marie Antoinette werd als koningin het mikpunt van spot en haat in Frankrijk. Geef hiervoor 2 verklaringen

Slide 12 - Open vraag

Is een film zoals die over Marie Antoinette erg betrouwbaar denk je? Geef een argument voor en een argument tegen!

Slide 13 - Open vraag

Waarom droegen mannen pruiken in de 18e eeuw?
A
Dat vonden ze mooi
B
Dat was verplicht
C
Om te laten zien hoe rijk en belangrijk ze waren
D
Het was mode onder alle lagen van de bevolking

Slide 14 - Quizvraag

Vanaf 1614 waren de Franse Staten-Generaal niet meer bijeengekomen omdat?
A
de standen niet wilden praten met de koning
B
koningen geen rekening wilden houden met de standen
C
koningen geld genoeg hadden
D
koningen op een andere manier aan geld kwamen

Slide 15 - Quizvraag

Noem twee voorbeelden van privileges van de eerste en tweede stand

Slide 16 - Open vraag

Noem 4 groepen die hoorden bij de derde stand in Frankrijk. Welke groep was het meest ontevreden?

Slide 17 - Open vraag

Hoort het deïsme meer bij de Verlichting of de Middeleeuwen? Leg uit!

Slide 18 - Open vraag

Lodewijk XIV zal het totaal niet eens zijn geweest met de ideeën van John Locke. Leg uit!

Slide 19 - Open vraag

Tijdens de verlichting ontstond ook het atheïsme. Zoek op wat dit inhield.

Slide 20 - Open vraag

Leg uit hoe in een democratie de macht gescheiden is aan de hand van de trias politica.

Slide 21 - Open vraag

Waarom maakt dit gedichtje goed duidelijk wat ‘verlicht denken’ eigenlijk betekent?

Slide 22 - Open vraag

a. Wie was Adriaan Koerbagh? (Upload ook afbeelding!)
b. Met welke persoon had hij raakvlakken? Leg uit!
c. Wat is er met hem gebeurd?
d. Wat zegt dit over de Verlichting?

Slide 23 - Open vraag

Leg uit welk verband er was tussen de wetenschappelijke revolutie en de verlichting

Slide 24 - Open vraag

Leg uit wat bedoeld wordt met 'deïsme'

Slide 25 - Open vraag

Slide 26 - Tekstslide

Ramp van Lissabon (1755): a. Probeer te bedenken waarom deze ramp op veel verlichte denkers zoveel indruk maakte. b. Gaat continuïteit en verandering hier samen? Leg uit!

Slide 27 - Open vraag