ProcentRekenen

Wat betekent procent?
Voor vandaag:
Pak een blaadje en een pen, niet veel ruimte nodig!
Je beantwoord alle vragen, tijdens de les kun je niet van lessonup weggaan. Val je uit de les dan wordt dit genoteerd!

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Wat betekent procent?
Voor vandaag:
Pak een blaadje en een pen, niet veel ruimte nodig!
Je beantwoord alle vragen, tijdens de les kun je niet van lessonup weggaan. Val je uit de les dan wordt dit genoteerd!

Slide 1 - Tekstslide

alle vragen beantwoord je!
Doe goed mee, dan duurt de les geen uur.

Slide 2 - Tekstslide

5 van de 100 is hoeveel in procenten?
A
50%
B
25%
C
20%
D
5%

Slide 3 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Wat zet je linksboven in de tabel?
A
100
B
299
C
50
D
16

Slide 4 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Wat zet je linkonder in de tabel?
100                       
        
A
100
B
299
C
50
D
16

Slide 5 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Wat zet je rechtsboven in de tabel?
100                       

299           
A
1
B
x
C
1,6
D
16

Slide 6 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Wat zet je tussen de 100 en de 16?
100                       16

299           
A
x
B
1
C
niks
D
100

Slide 7 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Wat zet je onder de 1?
100          1           16

299           
A
x
B
1
C
niks
D
100

Slide 8 - Quizvraag

✍ Een stoel kost €299. Je krijgt 16% korting.
Hoeveel euro korting krijg je?
Hoe bereken je nu het aantal korting?
100          1           16

299           x
A
299 delen door 100 keer 16
B
Dat weet ik niet
C
100 delen door 299 keer 16
D
16 delen door 100 keer 299.

Slide 9 - Quizvraag

Grote getallen

Slide 10 - Tekstslide

3

Slide 11 - Video

02:26
Hoeveel plaatsen verschuift de nul bij miljoenen?

Slide 12 - Open vraag

02:44
Schrijf 115.760.000 in miljoenen, gebruik 2 getallen achter de 0.

Slide 13 - Open vraag

04:26
Wie kan het getal: 230 320 120 uitspreken?
A
Ik wel
B
Ik niet

Slide 14 - Quizvraag

Pak een blad, ik spreek zo 5 getallen uit, vervolgens schrijven jullie ze op!

Slide 15 - Open vraag

HUISWERK: 77 - 79

Slide 16 - Tekstslide