les-informatie; extra oefening met de wds van p.55
beheren - concluderen - indienen - verdrijven
lesdoel uitleggen / oefenen / toetsen
past bij Nu Nederlands 1F-2F boek A / B
auteur MB
datum jan. 2022
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
Nederlands voor anderstaligenMBOStudiejaar 1
In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
les-informatie; extra oefening met de wds van p.55
beheren - concluderen - indienen - verdrijven
lesdoel uitleggen / oefenen / toetsen
past bij Nu Nederlands 1F-2F boek A / B
auteur MB
datum jan. 2022
Slide 1 - Tekstslide
1 Vul het goede woord in op de open plek. De komische film ..... mijn sombere gedachten
timer
1:00
A
beheert
B
concludeert
C
dient in
D
verdrijft
Slide 2 - Quizvraag
2. Vul het goede woord in op de open plek. Ik ben niet tevreden over de service. Ik ga een klacht ...
timer
1:00
A
beheren
B
concluderen
C
indienen
D
verdrijven
Slide 3 - Quizvraag
3. Zij ..... het geld van de club heel zorgvuldig. Wanneer je iets gekocht hebt, krijg je alleen geld terug als je een kassabon hebt.
timer
1:00
A
beheert
B
concludeert
C
dient in
D
verdrijft
Slide 4 - Quizvraag
4. Ik heb spullen voor mijn club gekocht. Ik ga mijn kassabonnen op tijd ....., want ik wil mijn geld snel terughebben.
timer
1:00
A
beheren
B
concluderen
C
indienen
D
verdrijven
Slide 5 - Quizvraag
5. Als we naar de resultaten kijken, kunnen we ..... dat drie toetsen maken op één dag voor de studenten te zwaar is.
timer
1:00
A
beheren
B
concluderen
C
indienen
D
verdrijven
Slide 6 - Quizvraag
6. Bij ons op de locatie ... de conciërges de kantoor-artikelen. Als een docent mapjes nodig heeft, moet zij die gaan vragen bij een conciërge.
timer
1:00
A
beheren
B
concluderen
C
indienen
D
verdrijven
Slide 7 - Quizvraag
7. Een toiletverfrisser moet de stank .....
timer
1:00
A
beheren
B
concluderen
C
indienen
D
verdrijven
Slide 8 - Quizvraag
8. Als je niet binnen één minuut het antwoord kunt vinden, ..... ik dat je de woorden nog niet goed kent.
timer
1:00
A
beheer
B
concludeer
C
dien in
D
verdrijf
Slide 9 - Quizvraag
het tegengestelde = de tegenstelling
De volgende opdracht is een sleepvraag. Je moet de rechter woorden naar een woord aan de linkerkant slepen. De koppelingen zijn ongeveer tegenstellingen.