les 24-2-2022


- Mobieltje in de telefoontas!
- Je zit op je plekje en je bent stil!
- Werkboek en schrift op tafel liggen!
- Tas netjes op de grond!

1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


- Mobieltje in de telefoontas!
- Je zit op je plekje en je bent stil!
- Werkboek en schrift op tafel liggen!
- Tas netjes op de grond!

Slide 1 - Tekstslide

Wat staat vandaag op de planning: 

- Start Lektion 4
- zelfstandig werken
- luister opdracht 
- het bepaalde lidwoord 

Slide 2 - Tekstslide

volgende les SO bespreken

Slide 3 - Tekstslide

zelfstandig aan de slag:
pagina 75  opdracht 1 / 2 / 3 / 4

Klaar: woordjes en zinnen leren Lektion 4/5/6 + Redemittel




timer
15:00

Slide 4 - Tekstslide

Luisteropdracht 

blz. 77 in je werkboek opdracht 5
Tip!
Lees de antwoorden door voordat je de video gaat bekijken. Bepaal de kernwoorden (de belangrijkste woorden) in de antwoorden.
Let op deze kernwoorden tijdens het luisteren. Op die manier heb je houvast bij het beantwoorden van de vragen. 

Slide 5 - Tekstslide

Bepaalde lidwoorden

Leerdoel:

- Ik kan vertellen wat een bepaald lidwoord is
- Ik kan de bepaalde lidwoorden der, die en das toepassen

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een lidwoord?
(je mag ook voorbeelden geven)
in het Nederlands

Slide 7 - Woordweb

Lidwoorden
de man           de hond         de tafel
de vrouw        de kat             de muziek
het kind          het paard      het huis

lidwoorden :   de   /    het    (een = onbepaald lidwoord)

Slide 8 - Tekstslide

Lidwoorden in het Duits
de /  het   ->   der  die  das 

In het Duits zijn er 3 lidwoorden. 

Je kan aan een woord niet zien of het mannelijk der, vrouwelijk die of onzijdig das is, dus moet je het lidwoord erbij leren. Meervoud is altijd die.


Slide 9 - Tekstslide

der , die , das
der -> alle mannelijke personen of dieren

die -> alle vrouwelijke personen of dieren

das -> vaak 'het' woorden

die -> meervoud

Slide 10 - Tekstslide

Bepaald lidwoord
Dit overzicht staat op blz. 79 in je boek.

Slide 11 - Tekstslide

Welke 3 Duitse lidwoorden
heb je net geleerd?

Slide 12 - Woordweb

... Schwester
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 13 - Quizvraag

... Mann
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 14 - Quizvraag

... Frau
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 15 - Quizvraag

... Buch (boek)
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 16 - Quizvraag

... Freund (vriend)
A
der
B
die
C
das
D
die (mv)

Slide 17 - Quizvraag

even herhalen
der -> alle mannelijke personen of dieren

die -> alle vrouwelijke personen of dieren

das -> vaak 'het' woorden

die -> meervoud

Slide 18 - Tekstslide

Bepaalde lidwoorden

Leerdoel gehaald?

- Kun je vertellen wat een bepaald lidwoord is?
- Kun je de bepaalde lidwoorden der, die en das toepassen?

Slide 19 - Tekstslide

Huiswerk:
pagina 80 opdracht 7 / 8 / 9 / 10 / 11 / 12

Slide 20 - Tekstslide