In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 45 min
Onderdelen in deze les
Tijd van burgers en stoommachines 1800-1900
Tijd van Wereldoorlogen 1900 - 1950
Tijd van Televisie en computer 1950 - heden
Slide 1 - Tekstslide
2.3 Een verandering in 1 nacht
1815 - 1848
Slide 2 - Tekstslide
Lesdoel
Aan het eind van deze les weet je het verschil tussen conservatief en liberaal. Je weet waarom er een nieuwe grondwet kwam
Slide 3 - Tekstslide
Koning Willem II
1840 - 1849
conservatief= bij het oude laten: de macht aan de koning
liberaal: veranderen, macht bij het volk
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Video
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
parlementaire constitutionele monarchie
WETGEVENDE MACHT
Parlement / Staten-Generaal:
- 2e kamer, gekozen door de bevolking (23+ en belasting betalend) , mag nu ook wetten maken en veranderen. (recht van initiatief en amendement)
- 1e kamer gekozen door de provincies, keurt wetten goed of af.
UITVOERENDE MACHT
Regering: minister, M-P en het staatshoofd. Bedenken de wetten en zien toe op de naleving ervan. Leggen verantwoording af aan het parlement, niet aan de koning.
Slide 10 - Tekstslide
Constitutionele monarchie
WETGEVENDE MACHT
Parlement / Staten-Generaal: 1e en 2e kamer, 'gekozen' volksvertegenwoordiging. Keuren wetsvoorstellen goed of af. (koning kiest de 1e kamer...)
UITVOERENDE MACHT
Regering: minister, M-P en het staatshoofd. Bedenken de wetten en zien toe op de naleving ervan. (de koning benoemt de ministers...)
Slide 11 - Tekstslide
parlementaire constitutionele monarchie
De koning verlies zijn macht.
Hij is ONSCHENDBAAR : wat hij zegt, kan hem niet aangerekend worden.
MINISTERIËLE VERANTWOORDELIJKHEID: de regering is verantwoordelijk voor uitspraken en daden van de koning