Fitlife - 2.1 Superfit

Fitlife - 2.1 Superfit
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Fitlife - 2.1 Superfit

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

2

Slide 3 - Video

Laat studenten het volgende filmpje kijken ter voorbereiding op de les.
Leven als de Dutch Giant
In deze les starten we het thema met The Dutch Giant. Ga na in hoeverre hij bekend is onder de studenten.
Wie heeft weleens van hem gehoord en kan er meer over vertellen?
Wie weet iets over zijn optredens (o.a. in de nieuwste Black Widow film)?
Geef zo nodig achtergrondinformatie:
Olivier Richters beter bekend als 'The Dutch Giant' is erg lang en daarom was hij al vroeg een opvallende verschijning. Overal waar hij kwam, stak hij er bovenuit. Dat gaf hem onzekerheid over zijn uiterlijk. Totdat hij besloot de grootste bodybuilder van de wereld te worden. Daarvoor had hij structuur en discipline nodig. Maar liefst 8 jaar lang zwoegde Richters dag in dag uit in de sportschool. Tegenwoordig is hij met 2,18 meter en 155 kg de grootste bodybuilder ter wereld. Het leverde hem de bijnaam The Dutch Giant op. Zijn imposante voorkomen blijft niet onopgemerkt en hij is ook te zien in films.
Zijn dieet bestaat inmiddels uit 12 eieren, 200 gram groenten, 500 gram havermout en 800 gram vlees. Olivier eet ruim 6.500 calorieën per dag, verdeeld over zeven maaltijden en traint zich het apezuur. Hoe dat eruitziet, kun je checken in de deze Men's Health-docu: Dutch Giant afvallen dieet
In gesprek
Zou jij de hoeveelheid voeding kunnen eten die hij eet?
Zou jij zijn levensstijl vol kunnen houden?
Zou jij er zo uit willen zien? Of dat je vriend/of vriendin er zo uitziet?
Vind jij dit gezond of ongezond?
The Dutch giant is heel bewust bezig met de hoeveelheid voedingsstoffen en de verhouding tussen deze voedingsstoffen. Daarnaast traint hij dagelijks op topsport niveau.
Deze themales nodigt uit om te reflecteren op goede voeding. Ga het volgende na:
Zijn studenten bewust bezig met voeding?
Houden sommige studenten voedingswaarden bij?
Waarom of wanneer is het handig te weten hoe het zit met voeding en voedingsstoffen?
Denk aan fitheid, gezondheid, herstel na sportieve inspanning
Bij dit thema kan schaamte een rol spelen, houdt daar rekening mee in het gesprek.
Stuur het gesprek zodat het woord calorieën valt.
Leg uit dat voeding energie uitdrukt. De hoeveelheid energie wordt uitgedrukt in kilocalorieën/ calorieën.
Centrale vraag die aan het eind van deze themales door alle studenten beantwoord zou moeten kunnen worden is:
00:21
Heb je weleens gehoord van Oliver Richters - the Dutch Giant?
Ja
Nee

Slide 4 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

03:40
Train jij ook regelmatig in de fitness?
Ja
Nee

Slide 5 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel denk je dat de Dutch Giant eet?
0100

Slide 6 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Waarom wordt hij niet dik?

Slide 7 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Vind jij dit gezond of ongezond?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Grootheden en Eenheden
Bij de verschillende grootheden worden verschillende eenheden gebruikt.







Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lengte
  • Lengte: denk aan km, m, mm
  • de afstand tussen steden meet je in km
  • de lengte van een lokaal meet je in m
  • de lengte van een rijstkorrel meet je in mm

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Je wandelt 2 km naar de dichtstbijzijnde McDonalds. Daarna ga je naar je vriend, die 400 meter verder woont. Hoeveel meter heb je in totaal gelopen?

Slide 11 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Gewicht
Gewicht: denk aan kg, g

het gewicht van een kast meet je in kg
het gewicht van een ingrediënt om te koken meet je in g

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor een recept moet je 300 gr. gehakt in de pan doen. Daarna voeg je 1 kg. tomaten toe. Hoeveel gram zit er in de pan?

Slide 13 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Tijd
Tijd: denk aan maanden, jaren, dagen, uren, seconden

in een dag gaan 24 uur

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Het is 8.30. Over drie kwartier moet je op een afspraak zijn. Hoeveel minuten heb je nog?

Slide 15 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Geld
Geld: denk aan euro's of eurocent

een blikje fris kost 60 eurocent

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Temperatuur
Temperatuur: denk aan °C

de temperatuur van de koelkast is 4 °C

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag is het 12 graden. Morgen wordt het 23 graden. Hoeveel warmer is het morgen?
A
10
B
11
C
20
D
8

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Minder bekende grootheden en eenheden.

Verder zijn er grootheden en eenheden die minder bekend zijn, maar die je ook tegenkomt in het dagelijks leven.

Denk aan:
kcal (ook wel calorieën genoemd): die gebruik je om voedingswaarden aan te geven. Pindakaas bevat bijvoorbeeld 660 kcal per 100 gram.
kB (kilobyte), MB (megabyte) en GB (gigabyte): die gebruik je om de grootte van digitale informatie aan te geven. Op de geheugenkaart hieronder kan bijvoorbeeld 16 GB aan informatie worden opgeslagen.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kees eet een Snickers van 234 kcal en drinkt een milkshake van 301 kcal. Hoeveel kcal heeft hij op?

Slide 20 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Maken: Thema: Fitlife
2.1 Superfit

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies