KennisQuiz toetsweek 1

KennisQuiz 
toetsweek 1 - 2ht1
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

KennisQuiz 
toetsweek 1 - 2ht1

Slide 1 - Tekstslide

BY
1) The epiglottes makes sure that food cannot get into your .....
A
oesophages
B
pharynx
C
windpipe
D
larynx

Slide 2 - Quizvraag

NL
2) Wat is goed gespeld (snoozen)?
A
snoost
B
snoozet
C
snoozt
D
snoozed

Slide 3 - Quizvraag

GEO
3) True or false? 

These are the five pillars of islam:
1.Recite a basic statement of faith
2.Praying five times a day facing Mecca
3. Having to read the Quran everyday
4. Fasting in the ramadan
5. Going on pilgrimage to Mecca once in your life time

Slide 4 - Tekstslide

ENG
4) True or false? 

This sentence is written down in the present simple.

Sentence: the sun will shine tomorrow



Slide 5 - Tekstslide

PHY
5) What is it called when water turns into ice?
A
evaporation
B
condensation
C
solidification
D
deposition

Slide 6 - Quizvraag

DU
6) Welke lidwoord is onzijdig?
A
der
B
den
C
die
D
das

Slide 7 - Quizvraag

FR
7) Wat betekent la rentrée?

Slide 8 - Open vraag

By
8) What organ of a bug lets air and o2 in?
A
spinacle
B
bronchus
C
gills
D
none of these

Slide 9 - Quizvraag

NE
9) Welke van deze woorden met tussenletters en samenstellingen is fout?
A
kattenpoep
B
rijstenbrij
C
manestraal
D
hinkepoot

Slide 10 - Quizvraag

DU
10) Wat betekent 'bedeuten'?

Slide 11 - Open vraag

PHY
11) True or false?
The molecules in a gas move freely.

Slide 12 - Open vraag

GEO
12) What are the two main Muslim groups called?

Slide 13 - Open vraag

ENG
13) True or false?

The sentence “I have known him since I was a baby.” Is present perfect.


Slide 14 - Tekstslide

MAT
14) What is the correct way to use the balance method? Left or right?


Slide 15 - Tekstslide

FR
15) Wat is de mannelijke variant van mijn?
A
sa
B
vos
C
mes
D
mon

Slide 16 - Quizvraag

BY
16) What is around the wall of the windpipe?
A
cartilage rings
B
pulmonary capillaries
C
the trachea
D
the larynx

Slide 17 - Quizvraag

NE
17) Wat is de gebiedende wijs?
A
Wil je je beker in de vaatwasser zetten?
B
Ik mag mijn schoenen uit doen.
C
Ga jij het koken?
D
Ga jij koken.

Slide 18 - Quizvraag

FR
18) Waar of niet waar? Bij het kiezen van een vorm van een bezittelijk voornaamwoord, kijk je of het zelfstandig naamwoord mannelijk of vrouwelijk is.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 19 - Quizvraag

MAT
18) 5x - 3 =37
What is the value of x?

A
8
B
-8
C
6
D
2

Slide 20 - Quizvraag

ENG
21) When you need supplies, ____ a request with the office manager.
A
fell
B
fall
C
file
D
filling

Slide 21 - Quizvraag

BY
22) What is nicotine?
A
The substance in ciggaretes that makes people addicted to smoking.
B
An odorless gas.
C
A substance that causes lung cancer.
D
A different word for the nico-flower.

Slide 22 - Quizvraag

NE
23) Waar of niet waar? Het woord 'meëter' is goed gespeld.

Slide 23 - Open vraag

FR
24) Vertaal de volgende zin.
Tu as éte où?

Slide 24 - Open vraag

DU
25) Die, der oder das?
... Buchstabe
A
die
B
der
C
das

Slide 25 - Quizvraag

PHY
26) True or false?

Temperature measures the average kinetic energy of the molecules of a substance and not its heat/warmth.

Slide 26 - Tekstslide

BY
27) What is the right formula?
A
water + carbon dioxide + energy -> glucose + oxygen
B
water + glucose + carbon dioxide -> energy + oxygen

Slide 27 - Quizvraag

NE
28) Wat is de juiste verledentijd van het woord: lezen?
A
leesde
B
las
C
leeste
D
leesdde

Slide 28 - Quizvraag

GEO
29) What is globalisation?
A
A collection of customs and social rules.
B
A process where the world is becomming more interconnected.
C
One culture that can be found all over the world.
D
The existence of many different cultures in an area or society.

Slide 29 - Quizvraag

ENG
30) What is the present simple?
A
infinitive + ing
B
was / were + infinitive + ing
C
infinitive + s
D
infinitive + es

Slide 30 - Quizvraag

BY
31) What makes people addicted to smoking?
A
tar
B
carbon monoxide
C
the smoke
D
nicotine

Slide 31 - Quizvraag

NL
32) Wat is de juiste vorm (schudden)?
................ je haar eens los.
A
Schud
B
Schudt

Slide 32 - Quizvraag

MAT
33) 2x+1/2=6 1/2
What is the value of x?

A
1
B
2
C
3
D
4

Slide 33 - Quizvraag

DU
34) Is januari in het Duits mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
A
mannelijk
B
vrouwelijk
C
onzijdig

Slide 34 - Quizvraag

PHY
35) Which flame does not exist?
A
yellow flame
B
screaming blue flame
C
silent blue flame

Slide 35 - Quizvraag