5.1 Absolutisme

Deze les: 
Bekijken planner periode 3
Bekijken musea excursie 15 februari
Werken aan het P.O.
1 / 49
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 49 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

Onderdelen in deze les

Deze les: 
Bekijken planner periode 3
Bekijken musea excursie 15 februari
Werken aan het P.O.

Slide 1 - Tekstslide

Deze les: Werken aan PO
Wat ga je doen?
  1. Kiezen opdracht   -->A t/m E (Zie handleiding PO)
  2. Onderwerpskeuze (checken bij mevr. Brouwer)
  3. Naar de mediatheek voor boeken
  4. Starten met logboek (zie handleiding)
  5. Aanmaken document voor PO (Googledrive)

Slide 2 - Tekstslide

Goedemorgen allemaal!
Pak je handboek  geschiedenis en schrift uit je tas

Slide 3 - Tekstslide

Deze les: 
Starten met 5.1 
korte instructie absolutisme
maken Blz. 113: 8/9Blz. 119: 10 t/m 13

Leerdoelen 5.1 Blz. 125 (inleveren via Its)

Slide 4 - Tekstslide

5.1 Het absolutisme blz. 111

Slide 5 - Tekstslide

Kenmerkend Aspect
Absolutisme

Slide 6 - Tekstslide

Leerdoelen 5.1
Bladzijde 125

Slide 7 - Tekstslide

1643- vader sterft --> 5 jaar oud en koning van Frankrijk
Machtigste vorst van Europa

Slide 8 - Tekstslide

Absolutisme

Slide 9 - Tekstslide

absolutisme 

Slide 10 - Tekstslide

Hoe kreeg hij dan alle macht?
politiek: 
Aanstellen van ambtenaren die toezicht hielden en het bestuur voerden
Leger werd een beroepsleger --> grootste en sterkste van Europa
Adel bezig houden zodat ze niet konden klagen--> verplicht een deel van het jaar op Versailles wonen en feest vieren!

cultureel:
Edict van Nantes werd in de prullenbak gegooid. Iedereen moest katholiek worden

economisch:
mercantilisme (minsiter Colbert)

Slide 11 - Tekstslide

Mercantilisme 
Lodewijk wilde genoeg belastinginkomsten hebben voor zijn oorlogen, feesten en hofhouding. 
  • Zijn minister Colbert moest daarvoor zorgen. 

Colberts financiële en economische politiek wordt mercantilisme genoemd. 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Link

AAN DE SLAG
Maken Blz. 113: 8/9Blz. 119: 10 t/m 13 (memo online)
Leerdoelen 5.1Blz. 125 (inleveren via Its)

Slide 14 - Tekstslide

Tijd over?
Marie Antoinette

Slide 15 - Tekstslide

Afsluiting
Deze les:
Je weet wat absolutisme is
Waarom Lodewijk XIV een goed voorbeeld is van een absoluut vorst

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Video

Slechte hoofdvragen:
  • Hoeveel mensen stierven er tijdens de Tweede Wereldoorlog?
  • Wanneer begon de Koude Oorlog?
  • Welke nieuwe wapens werden er gebruikt tijdens de Tweede Wereldoorlog?
  • Wat is het lievelingspaard van Napoleon?


Waarom zijn dit slechte hoofdvragen?

Slide 18 - Tekstslide

Beschrijvende vraag
■ Doel: een verschijnsel in kaart brengen.
■ Antwoord: een beschrijving van kenmerken of onderdelen.
■ Mogelijke formuleringen: Wat zijn de kenmerken? Welke eigenschappen heeft het? Waaruit bestaat het? Wie of wat is erbij betrokken? Hoe ziet het eruit?
■ Voorbeeld: Wat zijn de kenmerken van nazisme ten tijde van Hitler in Duitsland? 

Slide 19 - Tekstslide

Vergelijkende vraag
■ Doel: de verschillen en/of overeenkomsten tussen twee of meer verschijnselen op een rijtje zetten.

■ Voorbeeld: Wat zijn de verschillen en de overeenkomsten tussen de Reformatie en de Contrareformatie?  

Slide 20 - Tekstslide

Verklarende vraag
■ Doel: achterhalen waar een verschijnsel door veroorzaakt wordt.

■ Bijvoorbeeld: 
Hoe komt het dat men lang dacht dat de aarde plat was? 
Wat zijn de belangrijkste oorzaken van het uitbreken van de Russische Revolutie?

Slide 21 - Tekstslide

Hoofdvragen en deelvragen
  • Hoofdvraag: Hoe verliepen de eerste jaren van de Franse Revolutie? 
  • Deelvragen: In hoeverre gingen de drie standen er op een andere manier mee om? 
  • Welke rol had de Verlichting hierin?

Slide 22 - Tekstslide

Hoofdvragen
Wat betekende de vorming van het Duitse keizerrijk voor het machtsevenwicht tussen de Europese grootmachten, 1871-1918?

 Welke factoren leidden tot de ondergang van de Republiek van Weimar?

Slide 23 - Tekstslide

Lodewijk XIV
De zonnekoning

Slide 24 - Woordweb

Lodewijk XIV van Frankrijk 

Bekend als Lodewijk de Grote (Louis le Grand) en de Zonnekoning (Frans: le Roi-Soleil)

Slide 25 - Tekstslide

Afsluiting
Deze les:
Je weet wat absolutisme is
Waarom Lodewijk XIV een goed voorbeeld is van een absoluut vorst

Slide 26 - Tekstslide

LES 2

Slide 27 - Tekstslide

Goedemorgen allemaal
Pak je handboek  geschiedenis en schrift

Slide 28 - Tekstslide

Deze les
5.1 absolutisme

Slide 29 - Tekstslide

Welke koning stond bekend als 'de zonnekoning'
A
Lodewijk XIV
B
Lodewijk XVI
C
Karel II
D
Lodewijk XIII

Slide 30 - Quizvraag

Welk woord past het beste bij koning Lodewijk XIV ?
A
monarchie
B
democratie
C
absolutisme
D
dictatuur

Slide 31 - Quizvraag

samen lezen 
casus: een koninklijke jeugdervaring
bladzijde 110

Slide 32 - Tekstslide

Maak in duo's deze vragen
Lees casus 5.1 (blz. 110) en Het ontstaan van absolutisme (blz.111)
  1.  Wat is de indirecte (diepere) oorzaak van de opstand van 1648-1653?
  2. Waarom wilde Lodewijk XIV absolutistische heerschappij?

Slide 33 - Tekstslide

Wat is de indirecte (diepere) oorzaak van de opstand van 1648-1653?

Slide 34 - Woordweb

Waarom wilde Lodewijk XIV absolutistische heerschappij?

Slide 35 - Open vraag

Macht in de 17e eeuw



In de Republiek hadden de regenten de Spaanse koning afgezworen, de macht van de regenten was hierdoor maximaal.

In Frankrijk daarentegen probeerde de koningen het bestuur van het land steeds verder te centraliseren. 

Slide 36 - Tekstslide

Invloed op vier terreinen
Arceer in het boek (blz 111/112) de vier terreinen 

Slide 37 - Tekstslide

Peter de Grote
  • De Russische tsaar Peter de Grote wilde zijn macht vergroten. 

  • Rusland liep heel erg achter op het westen. 

  • Peter wilde zijn land moderniseren. Dat leerde hij in de Republiek!

Slide 38 - Tekstslide

Slide 39 - Video

Slide 40 - Video

Centralisatie in Pruisen
  • na 30-jarige oorlog 300 staatjes
  • Pruisen belangrijk koninkrijk
  • Frederik Willem (1640-1688)

Slide 41 - Tekstslide

Zelf aan de slag
Lezen 5.3 de Wetenschappelijke revolutie (blz. 120)
Maken vraag 2 en 3    (blz. 120)
timer
1:00

Slide 42 - Tekstslide

Wat doet Niels Stensen anders?

Slide 43 - Woordweb

Welke karaktertrek van Niels Stensen lijkt een rol te spelen?

Slide 44 - Woordweb

Wetenschappelijke Revolutie
fase in de geschiedenis waarin de houding van wetenschappers ingrijpend veranderde.

Wat is waarheid?

logisch redeneren, observeren en experimenteren

Slide 45 - Tekstslide

Empirisme is kennis door onderzoeken met: ????

Slide 46 - Open vraag

Rationalisme?

Slide 47 - Woordweb

Welke twee manieren van onderzoek leidden tot de wetenschappelijke revolutie?
A
empirisme en renaissance
B
empirisme en rationalisme
C
positivisme en renaissance
D
positivisme en rationalisme

Slide 48 - Quizvraag

Morgen--> Woensdag
Zelf aan de slag met dossier KA of met PO
Ik ben online voor vragen

Slide 49 - Tekstslide