Week 16, les 2, 2e klas

1 / 17
volgende
Slide 1: Video
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 3

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Bonjour et bienvenue 
Aujourd'hui  nous sommes 
......
semaine 16
cours 2

Slide 2 - Tekstslide

aanwijz vnw (révision)
Parler (partie C)

Slide 3 - Tekstslide

Départ
  1. Plan du cours/période

  2. Révision  aanwijz vnw'
  3. Au travail
    -Aanwijzen vnw
    - Chap 6: tm Partie C
    -Présentations
  4. Fin du cours (réflexion)






(05m)

(20min)

(10 min)
(15min)

(05min)

Slide 4 - Tekstslide

BUT
Je comprends (begrijp) 'AANWIJZEND VNW' et je peux (kan) l'utiliser (gebruiken)

Slide 5 - Tekstslide

Wat is een aanwijzend voornaamwoord in het Nederlands?
A
de / het / een
B
mijn / jouw / onze / zijn
C
voor / na / tijdens / tegelijk
D
dit / dat / die / deze

Slide 6 - Quizvraag

Et en français, c'est quoi (wat)?
A
mon/ma/mes
B
le/la/les
C
ce/cet/cette/ces
D
un/une/des

Slide 7 - Quizvraag

sleep de regel naar het juiste aanwijzend vnw 
ce
cet
cette
ces
meervoud (s)
vrouwelijk (e)
als 2e checken
mannelijk met klinker/stomme h
als 4e checken
mannelijk 
als 1e checken
als 3e checken

Slide 8 - Sleepvraag

sleep de woorden naar het juiste aanwijzend vnw 
ce
cet
cette
ces
baskets
chemise
jupe
objet (m)
jean 
t-shirt 
lunettes

Slide 9 - Sleepvraag

_____ t-shirt
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 10 - Quizvraag

______ jupe
A
cette
B
cet
C
ce
D
ces

Slide 11 - Quizvraag

…….chaussures
A
Ce
B
Cet
C
Cette
D
Ces

Slide 12 - Quizvraag

Hoe goed ken je het aanwijzend vnw?
😒🙁😐🙂😃

Slide 13 - Poll

Au travail


- Page 21 + 22
- Chapitre 6 - tm Partie C

- Presentations
      

timer
15:00

Slide 14 - Tekstslide

Comment était le cours?
Vul de lesreflectie in je Studiewijzer in....
😒🙁😐🙂😃

Slide 15 - Poll

au prochain cours!
DEVOIRS
  • Chapitre 6: Partie C
    ( 13 tm 16
  • Apprendre Partie A, B, C
  • être, avoir, -er
  • bezittelijk vnw, bijv nw, aanwijzend vnw

Slide 16 - Tekstslide

BINGO

1. Horizontale/verticale/
diagonale = BINGO!
2. Tout complèt (vol)
3. Faux = jij trakteert! ;)

Slide 17 - Tekstslide