H11.2 gravitatie

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 5

11.2 Gravitatie

havo 5 - natuurkunde overal

Na deze les kun je

- berekeningen maken met gravitatiekracht

- uitleggen hoe de valversnelling aan het planeetoppervlak afhangt van de massa en de straal van de planeet

Tweede wet van Newton

F​res​​=m⋅a

F​z​​=m⋅g

waarom?

Algemene gravitatiewet

• twee voorwerpen met een massa oefenen een aantrekkingskracht op elkaar uit. 

F​g​​=G⋅​r​2​​​​m⋅M​​

Let op, de r geeft de afstand weer van zwaartepunt tot zwaartepunt. 

Zoek de gravitatieconstante G op in je binas.
Mét eenheid!

Maak een schatting van de aantrekkingskracht.

Constante G bepalen

Met experiment van Cavendish

Oefensom

Geef je berekening + antwoord in volgende slide

Bereken Fg op het aardoppervlak

Gesnapt?

Een voorwerp op aarde:

g hangt niet af van de massa m van het voorwerp. 

De valversnelling g is dus voor alle voorwerpen gelijk. 

F​g​​=F​z​​

m⋅g=G⋅​R​2​​​​m⋅M​​

g=G⋅​R​2​​​​M​​

Een voorwerp op hoogte:

Als h klein is, dan mag je deze verwaarlozen. 

Dit geldt tot +- 10 km hoogte. 

g=G⋅​(R+h)​2​​​​M​​

Bereken de gravitatiekracht werkende op een persoon van 80 kg in het internationaal ruimtestation
(400 km boven het aardoppervlak).

Bereken de gravitatieversnelling op de maan. Controleer met je binas.

Vragen/opmerkingen?