3,2 Crisis en ontevredenheid

Welkom in de geschiedenisles!
H3 - Het Interbellum


3,2 - Crisis en ontevredenheid
1 / 36
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 36 slides, met tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de geschiedenisles!
H3 - Het Interbellum


3,2 - Crisis en ontevredenheid

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Video

Wat gaan we doen vandaag?
  • Lesdoelen
  • Herhaling 
  • Crisis en ontevredenheid
  • Opdrachten 
  • Afsluiting  

Slide 4 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
  • Lesdoelen
  • Herhaling 
  • Fascisme
  • Opdrachten 
  • Afsluiting  

Slide 5 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Je kunt uitleggen waarom de bevolking van de republiek van Weimar boos was op hun regering.

  • Je kunt uitleggen waarom Hitler faalde in het grijpen van de macht in 1923.

  • Je kunt in je eigen woorden het Dawesplan uitleggen.

  • Je kunt uitleggen hoe de economische crisis in Amerika in 1929 verliep en welk aandeel de beurskrach hierin had.






Slide 6 - Tekstslide

Lesdoelen
Aan het eind van deze les kun je:

  • Je kunt de kenmerken van Italiaans fascisme benoemen.

  • Je kunt uitleggen waarom mensen zich aangetrokken voelden tot het fascisme.







Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Herhaling
  • Waar staat het 'interbellum'' voor?

  • Beschrijf wat een totalitaire staat is en noem er een voorbeeld van.

  • Hoe was het leven in de Sovjet-Unie tijdens het interbellum? (noem kenmerken)

Slide 9 - Tekstslide

Herhaling

  •     Je kunt in je eigen woorden het Dawesplan uitleggen

  •     Je kunt omschrijven hoe de beurskrach ontstond

  •     Je kunt omschrijven hoe de crisis van 1929 verliep

Slide 10 - Tekstslide

De republiek van Weimar






  • De Duitse keizer vluchtte naar Nederland na WO1.
  • Duitsland werd een republiek: de Republiek van Weimar.
  • Veel onrust onder de bevolking (Dolkstootlegende)
  • Om de herstelbetalingen te kunnen bekostigen werd er meer geld gedrukt --> inflatie
De Duitse keizer in Nederland

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Hulp voor Duitsland

het Dawesplan


  • Door Dawesplan ging het weer beter met Duitsland.

  • Door opbloeiende welvaart weer politiek vertrouwen tot 1929.



Slide 13 - Tekstslide

Roaring Twenties
  • In de VS ging het geweldig in de jaren '20. 

  • Veel mensen kochten spullen met een lening. 
  • Ook aandelen 

Slide 14 - Tekstslide


Beurskrach
'Black tuesday' 1929



  • De oorzaak voor de economische crisis noemen we de 'beurkrach'
  • De aandelenmarkt stortte in, veel aandelen waren meer waard dan het bedrijf zelf.

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Banken failliet
  • Banken hadden veel geld uitgeleend aan bedrijven en mensen

  • Door de crisis kregen ze veel van dat geleende geld niet terug

  • Daardoor gingen ook veel banken failliet

  • Mensen met aandelen verloren het vertrouwen en gingen hun aandelen snel verkopen!

Slide 17 - Tekstslide

Armoede door crisis
1932:   
  • Het inkomen van de Amerikanen
     50% lager dan in 1929.
  • Waarde aandelen gedaald met
     88%!
  • 15.000.000 Amerikanen werkloos

In Europa: Vooral Engeland en Duitsland getroffen door de crisis.

Slide 18 - Tekstslide

Duitsland na de Eerste Wereldoorlog 
  • Eerste democratie in Duitsland: Republiek van Weimar (1919)

  • De herstelbetalingen zijn niet op te brengen door de regering, en de inflatie is groot.

  • De crisis van 1929 slaat in als een bom...

Slide 19 - Tekstslide

Crisis in Nederland
  • Nederland wordt zwaar door de crisis geraakt: de handel met de VS en Duitsland komt vrijwel stil te staan.

  • Bedrijven en fabrieken moeten de deuren sluiten.

  • Tussen 1929 en 1935 stijgt de werkloosheid van 22.000 naar 500.000

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Video
Clipphanger: Wat is fascisme?

Slide 22 - Tekstslide

0

Slide 23 - Video


Fascisme

Fascisme is een politieke stroming, 
en wordt ook wel extreem-rechts genoemd

De naam komt van het voorwerp dat je hier ziet: een fasces
Dit voorwerp, een bijl met takken, stond symbool voor
de macht van bestuurders in het Romeinse Rijk.

Slide 24 - Tekstslide


Benito Mussolini


Leider, of 'Il Duce',  van Italië (1922-1943)
Oprichter van de Fasci di Combattimento (Zwarthemden, knokploegen)

Na de Eerste Wereldoorlog en de Vrede van Versailles was er veel onvrede, 
en dat kwam door de onderhandelingen van de 'slechte' Italiaanse regering.

Slide 25 - Tekstslide

Fascisme in Europa
  • 'Oplossing voor de crisis'

  • Populair in de jaren ’20 en ’30 van de 20e eeuw

  • Antwoord op slecht beleid van de democratische regeringen

  • Niet alleen in Italië of Duitsland (NSDAP), ook in Engeland (BUF) en Nederland (NSB)

Slide 26 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (1)
  • Fascisme is overal tegen: vooral dingen die vreemd zijn en andere culturen

  • Fascisme is anti-democratisch: het volk hoeft niet mee te praten

  • Er is één leider. Hij bepaalt wat goed is. (Leidersbeginsel/Führerbeginsel)

Slide 27 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (2)

  • Fascisme is nationalistisch: de eigen staat boven alles

  • Fascisme gaat uit van ongelijkheid tussen mensen: de hoogontwikkelden moeten de laagontwikkelden leiden. (Het recht van de sterkste: Sociaal-Darwinisme)


Slide 28 - Tekstslide

Kenmerken van fascisme (3)

  • Niet denken maar doen. Gevoel is belangrijker dan denken.

  • Geweld is goed: geen woorden maar daden

  • De vrouw is ondergeschikt: haar taak is het krijgen van kinderen.

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Controle
Paragraaf 3,1 - Leven in de Sovjet-Unie
Blz. 70 t/m 74
Opdrachten: 2, 3, 4, 5, 8, 11,




Slide 31 - Tekstslide

Opdrachten
Paragraaf 3,2 - crisis en ontevredenheid
Blz. 75 t/m 80
Opdrachten: 3, 4, 5, 6, 8, 9, 10



Schrijf dit in je Plenda!
timer
5:00

Slide 32 - Tekstslide

Afsluiting
Aan het eind van deze les kun je:

  • Je kunt uitleggen waarom de bevolking van de republiek van Weimar boos was op hun regering.

  • Je kunt uitleggen waarom Hitler faalde in het grijpen van de macht in 1923.

  • Je kunt in je eigen woorden het Dawesplan uitleggen.

  • Je kunt uitleggen hoe de economische crisis in Amerika in 1929 verliep en welk aandeel de beurskrach hierin had.






Slide 33 - Tekstslide

Afsluiting
Aan het eind van deze les kun je:

  • Je kunt de kenmerken van Italiaans fascisme benoemen.

  • Je kunt uitleggen waarom mensen zich aangetrokken voelden tot het fascisme.







Slide 34 - Tekstslide

Fijne dag!

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Video