woensdag 20 januari 3Havo formatieve toets

Formatieve toets
VOORAF:
- je hebt je boek dicht
- je mobiel leg je aan de kant
- je opent geen andere tabbladen om iets op te zoeken
- je maakt de toets eerlijk en dus zonder te spieken
- ik vertrouw erop dat je deze toets ook eerlijk wilt maken
- Doe je best en succes!
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
DuitsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Formatieve toets
VOORAF:
- je hebt je boek dicht
- je mobiel leg je aan de kant
- je opent geen andere tabbladen om iets op te zoeken
- je maakt de toets eerlijk en dus zonder te spieken
- ik vertrouw erop dat je deze toets ook eerlijk wilt maken
- Doe je best en succes!

Slide 1 - Tekstslide

Lernliste
Je krijgt verschillende soorten vragen
over de woordjes uit de Lernliste.
Succes!

Slide 2 - Tekstslide

Vertalen NL-D:
fietsen

Slide 3 - Open vraag

Vertalen NL-D:
duizelig

Slide 4 - Open vraag

Vertalen NL-D:
de handen

Slide 5 - Open vraag

Vertalen NL-D:
moe

Slide 6 - Open vraag

Vertalen NL-D:
de griep

Slide 7 - Open vraag

Vertalen NL-D:
vanavond

Slide 8 - Open vraag

Sleep de woorden op de juiste zin.
1. Hast du gut _____________?
2. Peter ist schon seit Freitag __________.
3. Haben Sie Allergien? Ja, ich habe _____.
4. Ich hatte ____ einen Termin beim Arzt.
geschlafen
krank
Heuschnupfen
vorige Woche

Slide 9 - Sleepvraag

Wir hoffen, dass es klappt.
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: klappt?
A
lukt
B
trilt

Slide 10 - Quizvraag

Ich brauche noch eine Weile.
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: Weile
A
poging
B
poos

Slide 11 - Quizvraag

Vielleicht gelingt es dir irgendwann
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: irgendwann
A
net
B
ooit

Slide 12 - Quizvraag

Sind Sie schon einmal ohnmächtig geworden?
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: ohnmächtig
A
flauwgevallen
B
eraan gewend

Slide 13 - Quizvraag

Wie war dein Auftritt?
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: Auftritt

Slide 14 - Open vraag

Ich wünsche dir viel Erfolg.
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: Erfolg

Slide 15 - Open vraag

Wir helfen uns gegenseitig.
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: gegenseitig

Slide 16 - Open vraag

Wo kann man das anwenden?
Vraag: wat betekent in deze zin het woord: anwenden

Slide 17 - Open vraag

Grammatik
Bij het volgende onderdeel mag je 
het naamvallenstencil gebruiken

Slide 18 - Tekstslide

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Ich höre (hem) _________ nicht.

Slide 19 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Kannst du (haar) _____ verstehen?

Slide 20 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Wir wollen (jou)___ am Samstag besuchen

Slide 21 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Er hat (haar) ____ ein Geschenk gebracht

Slide 22 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Er geht mit (mij)____ in die Schule.

Slide 23 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Ich fühle mich ohne (hem)___ ganz alleine.

Slide 24 - Open vraag

Vul het persoonlijk voornaamwoord in de juiste naamval in:
Er kann (u)___ die Medikamente bringen.

Slide 25 - Open vraag

Einde Grammatica
Je gaat nu verder met het onderdeel: Schreiben.
Je krijgt een e-mail te zien met 5 lege genummerde plekken.
Je moet bij elk nummer iets in het Duits invullen.
Let op hoofdletters en punten op de juiste plekken!
Je krijgt vóór elke vraag de brief weer even te zien.
Succes!

Slide 26 - Tekstslide

TeAn: termine@krankenhaus-frankfurt.de
Betreff: neuen Termin vereinbaren 


___________(1)____________ Frau Dr. Ochenbruch,


_______(2)___________ um 10:00 Uhr habe ich bei Ihnen einen Termin für eine Nachuntersuchung.
Leider bin ich verhindert, ____(3)_____ ich da zu einer Hochzeit eingeladen bin. 


Können Sie bitte einen neuen Termin vorschlagen? Ich kann zum Beispiel _____(4)_______.


_____________(5)_______________

Frau Drost
Bekijk de e-mail en vul in de volgende dia de vraag in.

Slide 27 - Tekstslide

Wat komt er op de plek van nummer 1 in de e-mail te staan? Typ in het Duits en let op hoofdlettergebruik en spelling.

Slide 28 - Open vraag

TeAn: termine@krankenhaus-frankfurt.de
Betreff: neuen Termin vereinbaren 


___________(1)____________ Frau Dr. Ochenbruch,


_______(2)___________ um 10:00 Uhr habe ich bei Ihnen einen Termin für eine Nachuntersuchung.
Leider bin ich verhindert, ____(3)_____ ich da zu einer Hochzeit eingeladen bin. 


Können Sie bitte einen neuen Termin vorschlagen? Ich kann zum Beispiel _____(4)_______.


_____________(5)_______________

Frau Drost
Bekijk de e-mail en vul in de volgende dia de vraag in.

Slide 29 - Tekstslide

Op nummer 2 moet komen te staan:
op 16 oktober

Typ dat in het Duits en let op de spelling.

Slide 30 - Open vraag

TeAn: termine@krankenhaus-frankfurt.de
Betreff: neuen Termin vereinbaren 


___________(1)____________ Frau Dr. Ochenbruch,


_______(2)___________ um 10:00 Uhr habe ich bei Ihnen einen Termin für eine Nachuntersuchung.
Leider bin ich verhindert, ____(3)_____ ich da zu einer Hochzeit eingeladen bin. 


Können Sie bitte einen neuen Termin vorschlagen? Ich kann zum Beispiel _____(4)_______.


_____________(5)_______________

Frau Drost
Bekijk de e-mail en vul in de volgende dia de vraag in.

Slide 31 - Tekstslide

Wat moet er op nummer 3 in
de e-mail worden ingevuld?

A
denn
B
weil

Slide 32 - Quizvraag

TeAn: termine@krankenhaus-frankfurt.de
Betreff: neuen Termin vereinbaren 


___________(1)____________ Frau Dr. Ochenbruch,


_______(2)___________ um 10:00 Uhr habe ich bei Ihnen einen Termin für eine Nachuntersuchung.
Leider bin ich verhindert, ____(3)_____ ich da zu einer Hochzeit eingeladen bin. 


Können Sie bitte einen neuen Termin vorschlagen? Ich kann zum Beispiel _____(4)_______.


_____________(5)_______________

Frau Drost
Bekijk de e-mail en vul in de volgende dia de vraag in.

Slide 33 - Tekstslide

Wat moet er op nummer 4 in de e-mail worden ingevuld?
A
auf 18. Oktober
B
auf 18. oktober
C
am 18. oktober
D
am 18. Oktober

Slide 34 - Quizvraag

TeAn: termine@krankenhaus-frankfurt.de
Betreff: neuen Termin vereinbaren 


___________(1)____________ Frau Dr. Ochenbruch,


_______(2)___________ um 10:00 Uhr habe ich bei Ihnen einen Termin für eine Nachuntersuchung.
Leider bin ich verhindert, ____(3)_____ ich da zu einer Hochzeit eingeladen bin. 


Können Sie bitte einen neuen Termin vorschlagen? Ich kann zum Beispiel _____(4)_______.


_____________(5)_______________

Frau Drost
Bekijk de e-mail en vul in de volgende dia de vraag in.

Slide 35 - Tekstslide

Op nummer 5 komt een passende aufsluiting. Wat typ je dan in het Duits?

Slide 36 - Open vraag

einde onderdeel Schreiben
We gaan nu verder met het laatste onderdeel:
Sprachmittel

Succes!

Slide 37 - Tekstslide

Vertaal de zin naar het Duits en vul ook iets in
op de ... :
Ik heb ... hoofdpijn.

Slide 38 - Open vraag

Vertaal de zin naar het Duits en vul ook iets in op de ... :
... ben je gewond geraakt?

Slide 39 - Open vraag

Hoe zeg je dat je iets nodig hebt tegen de spierpijn?
A
Ich will etwas gegen Spierpein.
B
Ich möchte etwas gegen Schmetterlinge.
C
Ich habe etwas gegen den Kater nötig
D
Ich brauche etwas gegen den Muskelkater.

Slide 40 - Quizvraag

Welk woord past niet op de ...?
Mir ist ... schwindlig.
A
etwas
B
gestern
C
sehr
D
seit

Slide 41 - Quizvraag

Wens iemand beterschap in het Duits:
vertaal: Beterschap!

Slide 42 - Open vraag

Einde van de toets!
Ik hoop dat het gelukt is en dat het meeviel!

Ik wens je nog een fijne dag,
en heel veel succes deze week!

Volgende week starten we met Kapitel 3:
"Unterwegs"

Slide 43 - Tekstslide