V3 H4 inversie en congruentie

Welkom!
Congruentie en inversie. 
1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

Welkom!
Congruentie en inversie. 

Slide 1 - Tekstslide

Congruentie
Wat is dat? 
PV (persoonsvorm) en O (onderwerp) = zelfde getal. 

*Ik zijn jarig. 
Ik ben jarig. 
Niet zo moeilijk

Moeilijker:
Die groep bejaarden loopt/lopen altijd erg langzaam? (het is: loopt, want 'die groep' is enkelvoud

Slide 2 - Tekstslide


De groep betogers wandelde van het Malieveld naar het Binnenhof. 
1 groep met betogers (is dus enkelvoud, want het is één groep). 

Slide 3 - Tekstslide

Als het onderwerp een verzamelnaam is die uit meerdere personen bestaat, is de persoonsvorm enkelvoudig. 
De jeugd --> 1 jeugd (maar inhoud is meerdere)
De bemanning --> 1 bemanning (maar 1 bemanning bestaat uit meerdere mannen, en vrouwen;) )
De politie --> (meerdere politieagenten, maar één eenheid)

Let op: De media hebben geschreven over het Britste koningshuis
(media is meervoud, want 'medium' is enkelvoud)

Slide 4 - Tekstslide

In de constructie een van de+ meervoudig woord + die volgt in een bijvoeglijke bijzin een meervoudige persoonsvorm

Een van de Winterswijkers die naar Australië emigreerden, was mijn vader. 

Slide 5 - Tekstslide

Bij meervoudige titels van boeken, films enzovoort volgt een enkelvoudige persoonsvorm. 

De Hongerspelen is een bijzondere meeslepende jeugdroman. 
Hongerspelen = mv (spelen). Maar het gaat om één boek. 

Slide 6 - Tekstslide

Na een rekeneenheid volgt een enkelvoudige persoonsvorm 
Rekeneenheid: liter, kilometer, procent, kilo, euro, joule, mol
*Twee liter water zijn heel bijzonder voor iemand die geen toegang heeft tot stromend water (deze zin is dus niet goed)
Twee liter water is niet veel voor iemand die geen toegang heeft tot stromend water.
Veertig procent van de Nederlanders is te dik (deze zin is goed, want procent is enkelvoud)

Slide 7 - Tekstslide

Inversie
De meeste zinnen hebben een standaard opbouw: O (onderwerp),P (persoonsvorm), A (ander zinsdeel) 
Kortweg: OPA 
Ik loop elke dag een rondje om Groenlo. 

Hoeft niet altijd
Met de Aaltense kermis schenken veel cafés alcohol aan minderjarigen. 
ander zinsdeel - persoonsvorm - onderwerp - ander zinsdeel - ander zinsdeel
Inversie 


Slide 8 - Tekstslide

foutieve inversie
Een foutieve inversie is een fout in de woordvolgorde van de zin. De volgorde is meestal onderwerp + persoonsvorm + de rest van de zin. Bij een foutieve inversie verwissel je het onderwerp en de persoonsvorm van plaats, terwijl dit niet zou moeten. 


Zaterdag gaan we vaak uit, maar kon ik vandaag niet mee vanwege een verjaardag. 

Slide 9 - Tekstslide

FOUT:
Vorige week was hij ziek en zijn we daarom nog niet klaar met de opdracht.
Ik heb haar geschreven maar heeft ze nog niet gereageerd.


Na en en maar begint een nieuwe zin met dezelfde volgorde (dus: onderwerp/ persoonsvorm/ander zinsdeel), dus:
en we zijn daarom nog niet klaar met de opdracht. (of: daarom zijn we ...)
maar ze heeft nog niet gereageerd.

Slide 10 - Tekstslide

Inversie mag alleen als..
- een zin vragend is > Maakt hij het niet te bont?
- een zin begint met een ander zinsdeel dan het onderwerp > Morgen ga ik naar de kapper.
- er een bijzin voor de (hoofd)zin staat >  Omdat ik ziek ben, ga ik naar huis.

Slide 11 - Tekstslide

Inversie of niet?

Op zondag maken mijn ouders een rondje in de cabrio.
A
Inversie
B
Geen inversie

Slide 12 - Quizvraag

Wie heeft Marnix die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven?
A
inversie
B
geen inversie

Slide 13 - Quizvraag

Morgen gaat hij naar Limburg.
A
inversie
B
geen inversie

Slide 14 - Quizvraag

Hij gaat daar carnaval vieren.
A
inversie
B
geen inversie

Slide 15 - Quizvraag

Gaat hij dan 's zondags wel naar de kerk?
A
inversie
B
geen inversie

Slide 16 - Quizvraag

Ik denk het niet.
A
inversie
B
geen inversie

Slide 17 - Quizvraag

Maakt hij het niet te bont?
A
inversie
B
geen inversie

Slide 18 - Quizvraag

Thuis houdt hij het altijd rustig.
A
inversie
B
geen inversie

Slide 19 - Quizvraag

Waar gaat het vaak mis?

Bij samengestelde zinnen. Dan is er sprake van een onjuiste inversie.


Bepaal bij de volgende zinnen 
A: of er sprake is van inversie
B: of het mag
C: hoe je het op kunt lossen wanneer het niet mag.

Slide 20 - Tekstslide

Vanochtend stapte hij in de douche en waste hij zich daarna snel.

Slide 21 - Open vraag

Hij poetste zijn tanden en kleedde hij zich aan.

Slide 22 - Open vraag

Zijn moeder maakte het ontbijt, maar hij lustte de pindakaas niet.

Slide 23 - Open vraag

Ontstemd sprong hij op de fiets en trapte hij daarna naar school.

Slide 24 - Open vraag

Daar zag hij zijn meisje, maar zij zag hem niet komen.

Slide 25 - Open vraag

Dubbelzinige zinnen
Wie heeft Marnix die mooie die mooie verzameling postzegels eigenlijk gegeven? 

Marnix kan hier onderwerp zijn. 
Maar 'wie' kan ook het onderwerp zijn ,en marnix = mv. 
Je hebt context nodig. Dus moeilijk te zeggen of er inversie is. 

Slide 26 - Tekstslide

Maak opdracht 2 en 3
H4 - grammatica zinsdelen
Opdracht 2
5 minuten


Slide 27 - Tekstslide

Onjuiste congruentie 
Veel voorkomende oorzaken van incongruentie: 
(samengevat, de regels worden niet goed toegepast). 
1. Het onderwerp is meervoud, maar wordt voor enkelvoud aangezien. 
*De media schrijft veel onzin over deze bekende Nederlander. 
Media = mv
Het moet zijn: de media schrijven... 

Slide 28 - Tekstslide

Onjuiste congruentie 
2. Het onderwerp lijkt meervoud, maar is enkelvoud. 
*Uit de enquête bleek dat de meerderheid van de leerlingen tegen frisdrankautomaten waren. 

meerderheid
....De meerderheid van de leerlingen (de meerderheid is enkelvoud) was tegen frisdrankautomaten (deze zin is goed)

Slide 29 - Tekstslide

Onjuiste congruentie 
3. De persoonsvorm en het onderwerp staan ver uit elkaar en daartussen staan andere zinsdelen waardoor je in de war raakt. 
Je moet dus de zin goed ontleden.
*Het schijnt dat het stadsbestuur de komende jaren binnen de grachten geen nieuwe parkeerplaatsen voor auto's meer willen. 
onderwerp=stadsbestuur (dit is dus enkelvoud),  dus dan is de persoonsvorm ook enkelvoud: 
het stadsbestuur (=onderwerp) wil (=persoonsvorm)

Slide 30 - Tekstslide

Onjuiste congruentie 
Het meewerkend voorwerp wordt ten onrechte voor het onderwerp aangezien. 

Ontleed de volgende zin eens
De kinderen werden gevraagd een boek te lezen in de vakantie. 

Slide 31 - Tekstslide

Onjuiste congruentie 
Het meewerkend voorwerp wordt ten onrechte voor het onderwerp aangezien. 

Ontleed de volgende zin eens
De kinderen(MV) |werd |(wg)gevraagd(wg)| een boek |te lezen (wg)|in de vakantie. (bwb)

Slide 32 - Tekstslide

Tegenwoordig is op alle dancefeesten allerlei synthetische drugs te koop
A
Juist
B
Onjuist

Slide 33 - Quizvraag

Ik vind dat leden van motorclubs de toegang ontzegd moet worden
A
Juist
B
Onjuist

Slide 34 - Quizvraag

Het gros van de Nederlanders zijn volgens de krant blij met het koningshuis.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 35 - Quizvraag

Onder de eerste boeren die naar Canada vertrokken, was ook mijn neef Jos.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 36 - Quizvraag

De gemeente zegt dat de brandweer vrijwilligers in dienst moet nemen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 37 - Quizvraag

Samengestelde zinnen
Zinnen die uit meerdere persoonsvormen bestaan. 

Ik ben aangekomen in gewicht, en dat vind ik niet erg. 

(twee zinnen worden aan elkaar gevoegd door een voegwoord)
Voegwoord: signaalwoorden maar dan voor schrijven

Slide 38 - Tekstslide

Nevenschikking of onderschikking?
Nevenschikking: twee hoofdzinnen naast elkaar
Hoofdzin: pv en ow moeten naast elkaar staan, kan niets tussen. 
Ik kan niet naar school, want ik heb hooikoorts.
Bijzin: pv en ow staan verder uit elkaar.
Omdat ik veelvuldig last heb van pollen, kan ik niet naar school.

Slide 39 - Tekstslide

Slide 40 - Link

Uw bestelling is vandaag verzonden en kunt u via de track-and-tracecode uw pakket volgen.
A
Goed
B
Fout

Slide 41 - Quizvraag

In Utrecht bekeken we eerst het Spoorwegmuseum en bezochten we vervolgens Museum Speelklok
A
Goed
B
Fout

Slide 42 - Quizvraag

Morgenochtend gaat Dirk Jan roeien en wil hij 's middags naar de golfbaan.
A
Goed
B
Fout

Slide 43 - Quizvraag

Volgens mij dateert die zilveren schaal uit de rococoperiode en is hij wel dertigduizend euro waard.
A
Goed
B
Fout

Slide 44 - Quizvraag

In Amsterdam gingen we 's avonds naar een voorstelling en waren we pas laat weer in Meppel.
A
Goed
B
Fout

Slide 45 - Quizvraag

Maak

Slide 46 - Tekstslide

Slide 47 - Link