In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
BONJOUR ET BIENVENUE 1AHA!
Bonjour
et
bienvenue!!
Slide 1 - Tekstslide
Programme
-Parler en français
- Herhaling lidwoorden & getallen
- Bron C
Slide 2 - Tekstslide
Le but d'aujourd'hui
Slide 3 - Tekstslide
Les buts d'aujourd'hui
But 1: Ik kan iets over mezelf in het Frans vertellen.
But 2: Ik begrijp de Franse lidwoorden.
But 3: Ik oefen met de getallen 1-20.
Slide 4 - Tekstslide
Lidwoorden
Slide 5 - Tekstslide
Lidwoorden in het Frans
mannelijk woord
le
le père
de vader
vrouwelijk woord
la
la mère
de moeder
Slide 6 - Tekstslide
Meervoud
Le chien > Les chiens
Le garçon > Les garçons
La fille > Les filles
L'hôtel > Les hôtels
Wat valt je op aan het lidwoord èn aan het zelfstandig naamwoord?
Slide 7 - Tekstslide
Klinker of "stomme h"
mannelijk woord
le hôtel
l'hôtel
het hotel
vrouwelijk woord
la amie
l'amie
de vriendin
Slide 8 - Tekstslide
"Een"
le/l'
un
un garçon
een jongen
la/l'
une
une fille
een meisje
Slide 9 - Tekstslide
Grammaire: lidwoorden
mannelijk
vrouwelijk
klinker, stomme h
meervoud
de, het
le
la
l'
les
een
un
une
des
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het juiste lidwoord voor ___ tante (v)
A
le
B
la
C
l'
Slide 11 - Quizvraag
Wat is het juiste lidwoord voor ___ truc (m) ?
A
le
B
la
C
l'
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het juiste lidwoord voor ___ oncle?
A
le
B
la
C
l'
Slide 13 - Quizvraag
Wat is het meervoud van "la maison" ?
Slide 14 - Open vraag
Wat is het meervoud van "l'ami"?
Slide 15 - Open vraag
Waardoor kun je "la copine" vervangen?
A
un copine
B
une copine
Slide 16 - Quizvraag
Waardoor kun je "le chien" vervangen?
A
un chien
B
une chien
Slide 17 - Quizvraag
Au travail...
Pratiquer avec les chiffres 1-20
Speel het cijferspel. Weet een leerling het niet, dan krijgt hij/zij 5 seconden om het op te zoeken en anders moet hij/zij een beurt overslaan. Wie is als eerste bij de finish?
Faites les exercices
C: 13 & 14 (pages 30 & 31)
Fini? Faites les exercices: D. 16, 17, 18 & 19 à la page 32 ou (of) apprenez pour le test.