1HV_Chapitre 1_C

Programme
Parler et vocabulaire
Corriger les devoirs
Phrases-clés
Vocabulaire

Buts: je kunt een tekst over vakantie begrijpen. Je kent woorden die met vakantie en familie te maken hebben. Je kunt iemand begroeten en jezelf voorstellen.
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Programme
Parler et vocabulaire
Corriger les devoirs
Phrases-clés
Vocabulaire

Buts: je kunt een tekst over vakantie begrijpen. Je kent woorden die met vakantie en familie te maken hebben. Je kunt iemand begroeten en jezelf voorstellen.

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Tekstslide

Ça va?
Comment tu t'appelles?
Tu habites où?
Tu parle français?

Slide 3 - Tekstslide

C'est quoi?
Il est grand ou petit?

Slide 4 - Tekstslide

C'est quoi?
Il est petit ou grand?

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

C'est quoi?
Tu aimes nager?
Lire (p. 26 + 27)

Exercice 10a
A, B, D, E, (F)   

Exercice 10b
1    Ze kennen elkaars naam.
2    Sam, blijft 10 dagen en Lina 7.
3    Omdat ze een grote familie heeft.
4    Voor een baby.
5    Hij vindt worst met chips een vreemde combinatie. / Lina zegt dat worst met chips typisch Frans is.
6    De hond heeft een worstje gestolen.   



Tip:

Je hoeft niet alle woorden te kennen om de vragen te kunnen beantwoorden.

Kijk goed naar de plaatjes!

Sommige woorden lijken op woorden uit andere talen. Probeer verbindingen te leggen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Au travail!
Fais: exercice 12
timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Au travail!
Exercice 19 (p. 35)

Gebruik de woordjes van pagina 52 + 53
Denk aan het lidwoord

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies