In deze les zitten 13 slides, met tekstslides en 1 video.
Onderdelen in deze les
strip
Slide 1 - Tekstslide
Stripverhaal
Slide 2 - Tekstslide
Weetjes...
Striptekenen is de oudste vorm van literatuur
De eerste Nederlandse Strip kwam uit in 1941.
Het Nederlandse Stripmuseum staat in Groningen.
Wil je graag nog meer oefenen met het maken van striptekeningen?
Kijk dan op www.striptekenschool.nl
Slide 3 - Tekstslide
Er zijn verschillende soorten strips, met verschillend taalgebruik.
- Donald Duck
- Olie B Bommel
- Suske en Wiske
- Kuifje
- Lucky Luck
Slide 4 - Tekstslide
Tekstballon
soorten:
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
Slide 7 - Tekstslide
Opdracht: Een eigen stripverhaal maken
- Strip gaat over jezelf
- Doel; ik leer je hierdoor sneller/beter kennen
- Je kunt dus een strip maken over belangrijke eigenschappen of gebeurtenissen in je leven. Of over je dagelijkse bezigheden/hobby's of een mix daarvan
Slide 8 - Tekstslide
Opdracht: Strip maken
Doel van de strip:
Creatief bezig zijn met schrijven & tekenen
Ik leer je sneller kennen
Slide 9 - Tekstslide
Stappen die je volgt
- Kies een onderwerp/gebeurtenis waarover je een stripverhaal wil maken.
- Schrijf het verhaal en de grap kort in steekwoorden op in je schrift.
- Bedenk hoe je jezelf als hoofdpersoon neerzet.
- Bedenk ook de omgeving, de achtergrond.
Slide 10 - Tekstslide
Stappen die je volgt
- Schets nu alle tekeningen van je stripverhaal. Dit heet een ‘storyboard’. - Begin met het tekenen van de beginsituatie en de eindsituatie. - Schets daarna in stappen de tekeningen ertussen. - Schrijf ook de tekstjes er in klad bij. - Voeg symbolen toe van geluiden of geuren. Kijk in bestaande strips welke symbolen hiervoor gebruikt worden. - Maak nu de definitieve versie van het stripverhaal. Geef je stripverhaal een titel en zet je naam erboven.
Slide 11 - Tekstslide
Slide 12 - Video
Deze basis krijg je om je strip op te maken (twee kantjes)
Morgen gaan we tijdens de les nog verder werken aan de strip.
