Basiszorg Les 3.3 Uitscheiding, feces

Uitscheiding - Feces
Boek; Pers. Verzorging MZ
Thema 4
Hoofdstuk 16
16.1 inleiding
16.2 Feces
16.3 Feces observeren
16.4 Ondersteuning bieden bij defecatie
16.5 Defecatieproblemen
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pers. VerzorgingMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Uitscheiding - Feces
Boek; Pers. Verzorging MZ
Thema 4
Hoofdstuk 16
16.1 inleiding
16.2 Feces
16.3 Feces observeren
16.4 Ondersteuning bieden bij defecatie
16.5 Defecatieproblemen

Slide 1 - Tekstslide

Herhalen

Slide 2 - Tekstslide

Normale urine kan bestaan uit negentig procent water en tien procent afvalstoffen en overbodige stoffen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Per etmaal scheidt het menselijk lichaam gemiddeld twee liter vocht uit.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 4 - Quizvraag

Normale urine bevat kleurstof.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 5 - Quizvraag

Als urine naar ammoniak ruikt dan heeft de cliënt een blaasontsteking.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Het zoutgehalte in je lichaam bepaalt mee hoeveel je plast.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 7 - Quizvraag

De rechternier ligt lager dan de linkernier.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

De bijnieren helpen de nieren bij het filteren van het bloed.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Bij braken en diarree ga je ook vaker plassen.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

16.1 Feces
Ontlasting bestaat uit:
  • water, (ong. 75% )
  • afgeschilferd darmslijmvlies
  • zouten en slijm
  • bacteriën
  • afvalproducten van de voeding (ong. 10 %
  • galkleurstof

Slide 11 - Tekstslide

16.3 Feces observeren
Observatiepunten;
  • frequentie, 
  • hoeveelheid, 
  • kleur, 
  • consistentie,
  • geur
  • samenstelling

Slide 12 - Tekstslide

Frequentie
verschilt per persoon, vraag altijd wat gebruikelijk is.
Verhoogde frequentie
Verminderde frequentie
- laxerende voeding
- maag-darm stoornis
- psychische oorzaken
- laxeermiddelen

- cellulosearme voeding
- weinig lichaamsbeweging
- neurologische aandoening
- medicijnen
- te weinig vochtopname

Slide 13 - Tekstslide

Hoeveelheid
afhankelijk hoeveel en wat men eet,
Normale hoeveelheid van een volwassenen is ong. 
100 - 200 gr. per dag
Vezelrijke/Celluloserijke voeding geeft meer ontlasting.

Slide 14 - Tekstslide

Kleur
Kleur afwijkingen
Oorzaak 
stopverfkleur
- afsluiting in de galwegen
zwart
- bep. medicijnen, Norit en ijzer preperaten
- Bij bloeding hoog in spijsverteringskanaal
helder rood
- bloeding in laatste deel Spijsverteringskanaal
andere kleur
- kleurstoffen in voeding, rode biet of drop

Slide 15 - Tekstslide

Consistentie
de vastheid van ontlasting.
Normaal is halfvast, 
hangt ook af van wat iemand eet.
Bij obstipatie is de ontlasting hard, verminderde frequentie
Bij diarree is de ontlasting vloeibaar, hoge frequentie

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Geur
zeer onaangenaam
is niet objectief, 
door geur ontlasting vermijd je verspreiding van ziekten
door gisting en bloed in ontlasting wordt de geur zeer onaangenaam
door veel alcohol en peper versterkt de gisting in de ontlasting.

Slide 18 - Tekstslide

Samenstelling
Afwijkende samenstelling van de ontlasting
blote oog
m.b.v. microscoop
- wormen, maden
-ingeslikte onverteerbare voorwerpen
- ziekteverwekkende micro-organismen
- sporen van bloed

Slide 19 - Tekstslide

Rapporteren
bij;
  • te vaak of te weinig ontlasting,
  • om medische redenen
  • op verzoek van een arts
  • bij geheugenstoornis van cliënt
op een defecatie lijst.

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Feces bestaat voor het merendeel uit water.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 22 - Quizvraag

Afvalproducten van de voeding vormen ongeveer 5 procent van de feces.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 23 - Quizvraag

Als je feces observeert, let je op de frequentie, hoeveelheid, kleur, vastheid, geur en samenstelling
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Zwarte feces is altijd ongezond.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quizvraag

Feces is een ander woord voor ontlasting.
Welke relatie heeft feces tot de spijsvertering?
A
Er is geen relatie tussen feces en spijsvertering.
B
Feces is het eindproduct van de spijsvertering.
C
Feces is het product dat in de maag gevormd wordt tijdens de spijsvertering.
D
Feces wordt gevormd aan het begin van de spijsvertering.

Slide 26 - Quizvraag

16.4 Ondersteuning bieden bij defecatie
Een beroepskracht MZ kan meewerken aan het opstellen en uitvoeren van zelfredzaamheidsprogramma's,
b.v. een cliënt te leren zindelijk te zijn.
- cliënt informeren en adviseren, relatie voeding - ontlasting
- helpen bewaken v/d gezondheid
- de zelfredzaamheid v/d cliënt stimuleren en/of behouden,
- begeleiden tijdens de toiletgang,
- zorgen voor vold. hygiëne en/of verzorging van het genitale gebied, 
- verschonen van een cliënt, b.v. incontinentiemateriaal

Slide 27 - Tekstslide

16.4 Ondersteuning bieden bij defecatie
Zelfredzaamheid behouden door inzetten van hulpmiddelen.
Hulpmiddelen voor; - houding en bewegen, - aankleden, - lichamelijke verzorging
postoel, die je over de toiletpot kunt schuiven
toiletverhoger, problemen om op te lage toilet te zitten
draaiplank, wanneer iemand slecht ter been is
sta-oplift,  Po in bed,
klittebandsluitingen, ritsen met grote ringen, broekje of panty met klep,

Slide 28 - Tekstslide

Verzorging bij Fecesincontinentie
gevolg van;- Neurologische stoornissen, dementie, bewusteloosheid en beschadiging van de sluitspieren.
-minder mogelijkheden om de ontlasting op te vangen.
-onmogelijk om de onaangename geur op te vangen.
-gebruik van absorberende verbanden, 
-gebruik van incontinentieonderleggers.

Slide 29 - Tekstslide

16.5 Defecatieproblemen
Veel voorkomende Darmklachten;
- diarree,
- obstipatie,
- winderigheid,
- prikkelbaredarmsyndroom,
- aambeien, en aarsmaden

Slide 30 - Tekstslide

Diarree

- te vaak een brijachtige tot waterige ontlasting, veroorzaakt door:
  • spanningen en emoties - verhoogde peristaltiek
  • irritatie van het maag-darmkanaal - ontstekingen
  • darminfectie,
  • medicijnen - antibiotica
  • laxerende voeding 


Slide 31 - Tekstslide

Diarree
Uitdrogingsverschijnselen
- verminderde aandacht en spierkracht, - droge mond, tong, lippen en huid, - ,groeven in de tong -> eerder verslikken 
Schakel arts in bij;
- bloed of slijm in ontlasting, - weinig plassen, - hevige aanhoudende buikkramp, - hoge koorts, - sufheid, - klachten die na 48 uur niet afnemen.

Slide 32 - Tekstslide

Obstipatie
minder dan 3 keer per week ontlasting of bij hard persen.
Oorzaak;
Leefstijl, - te weinig bewegen, bij bedlegerige, oudere, of clienten met ernstige lichamelijke beperking is dat een uitdaging
Voeding. - te weinig vocht en vezels
Ziektes, Diabetes, CVA, ziekte van Parkison
Zwangerschap
Medicijnen

Slide 33 - Tekstslide

Winderigheid (flatulentie)
Oorzaak;
- aandoening, - prikkelbare darm
- overbelaste maag, (indigestie)
- veel lucht naar binnen happen, 
- stress,
- bepaalde voedingsstoffen

Slide 34 - Tekstslide

Prikkelbaredarmsyndroom PDS
Chronische aandoening
Klachten; aanvalsgewijs of continu
Buikpijn met onregelmatige ontlasting, verstopping, diarree of combinatie van beide.
Syndroom, omdat het om meerdere ziekteverschijnselen gaan
- buikpijn, - hevige krampen, - een opgeblazen gevoel, - winderigheid, - problemen met de stoelgang.

Slide 35 - Tekstslide

Darmkolieken
zijn krampen van het gladde spierweefsel van de wand van de holle organen, zoals de slokdarm, maag, darmen, galwegen, en galblaas, urinewegen en urineblaas.
- krampen worden ook wel spasmen genoemd
- koliekpijn gaat gepaard met bewegingsdrang, kronkelt letterlijk van de pijn, kan leiden tot misselijkheid braken,
- vooral nierstenen of galstenen geven kolieken.
- In combinatie met diarree geen koliek, maar andere aandoening

Slide 36 - Tekstslide

Aambeien (hemorroïden)
Knobbelachtige, opzwellingen van de aderen rond de anus, onderste gedeelte van de endeldarm
Oorzaak, persen bij ontlasten, bij obstipatie
Klachten, jeuk, pijn, bloeden, ontstoken raken
Behandeling, Koude kompressen kunnen verlichting geven, ontlasting zacht houden
Arts kan zalf en zetpillen voorschrijven.

Slide 37 - Tekstslide

Aarsmaden
- witte puntjes in de ontlasting, 1 cm lang en bewegen
- kind/cliënt met laag verstandelijk niveau, kan besmet raken door eitjes van aarsmaden in de mond, via speelgoed, zand, eigen vinger of die van een ander in de mond te stoppen.
- Klachten, jeuk in het gebied van de anus, vooral 's nachts, slapeloosheid, prikkelbaarheid, buikpijn, (bij meisjes) ontsteking vande vagina
-behandelen met medicijnen en hygiëne - korte nagels, regelmatig handen wassen met zeep, eigen handdoeken, nauwsluitende onderbroek, wassen op 60 graden, ,

Slide 38 - Tekstslide

Een zelfredzaamheidsprogramma kan bruikbaar zijn om een cliënt te leren zindelijk te zijn.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 39 - Quizvraag

Veel drinken geeft een zachtere ontlasting. Bij diarree moet je daarom minder drinken dan normaal.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 40 - Quizvraag

Schrokken tijdens het eten en te veel lucht naar binnen happen kunnen leiden tot winderigheid.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 41 - Quizvraag

Wanneer is het nodig om bij diarree een arts in te schakelen?
A
Als de cliënt weinig plast
B
Als de klachten na 24 uur niet afnemen
C
Bij verhoging
D
Bij hevige, aanhoudende rugpijn

Slide 42 - Quizvraag

Aambeien zijn ....................(1)
bloedvaten die voorkomen aan de anus of aan het onderste gedeelte van de ...............(2) .
.
A
1 afgeknapte 2 dikke darm
B
1 uitgezette 2 endeldarm
C
1 afgestorven 2 dikke darm
D
1 ingegroeide 2 endeldarm

Slide 43 - Quizvraag

Huiswerk
Maak uit boek
Pers, Verzorging MZ
Thema 4
Hoofdstuk 16
De verwerkingsopdrachten  1 - 5c

Slide 44 - Tekstslide