6. Van politie naar officier

5. Het strafrecht
1 / 15
volgende
Slide 1: Woordweb
MaatschappijkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 15 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

5. Het strafrecht

Slide 1 - Woordweb

Slide 2 - Tekstslide

6. Van politie naar officier
6.1 De politie
6.2 De officier van justitie

Slide 3 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les weet jij welke zes taken de politie heeft
  • Aan het einde van de les weet jij wat de bevoegdheden van de politie zijn 
  • Aan het einde van de les weet jij wat een BOA is en wat hij of zij doet
  • Aan het einde van de les weet jij wat de taken van de officier van justitie zijn
  • Aan het einde van de les weet jij hoe het strafproces verloopt


Slide 4 - Tekstslide

6.1 De politie
Politie heeft zes taken:
  • Handhaven van de openbare orde
  • Hulpverlening
  • Opsporing
  • Preventie
  • Dienstverlening
  • Opstellen proces verbaal: een officieel schriftelijk verslag van het politieonderzoek naar een misdrijf.

Slide 5 - Tekstslide

6.1 De politie

Politie bevoegdheden: 
  • Verdachte staande houden (iemand laten stilstaan, vragen naar zijn persoonlijke gegevens, zoals zijn naam en adres) 
  • Bekeuring geven
  • Aanhouden (arresteren en meenemen naar het politiebureau)
  • Op het bureau vasthouden.
  • Verdachte fouilleren (de kleding van een verdachte onderzoeken)
  • Politie en leger mogen als enige overheidsinstanties wapens dragen en geweld gebruiken om burgers tot bepaald gedrag te dwingen.












Slide 6 - Tekstslide

6.1 De politie

Boa’s:
  • Hulp van politie
  • Buitengewone opsporingsambtenaren
  • Handhaven van de openbare orde en veiligheid.

Slide 7 - Tekstslide

6.1 De politie

Grenzen aan de bevoegdheden
  • Nederland een rechtstaat
  • Bevoegdheden heel precies omschreven in de wet
  • Rechtsbescherming gegarandeerd

Slide 8 - Tekstslide

6.2 De officier van justitie

Slide 9 - Tekstslide

6.2 De officier van justitie

Officier van justitie: 
  • Speciale ambtenaar die namens samenleving bewijzen zoekt tegen verdachte
  • Kan straf eisen 
  • Verantwoordelijk voor opsporen strafbare feiten

Slide 10 - Tekstslide

6.2 De officier van justitie

De officier van justitie:

• Leidt het opsporingsonderzoek
• Beslist of een verdachte naar de rechter gaat
• Eist in een rechtszaak een bepaalde straf
• Zorgt dat die straf ook wordt uitgevoerd

Slide 11 - Tekstslide

6.2 De officier van justitie

Het opsporingsonderzoek
  • Politie maakt een officieel schriftelijk verslag van het politieonderzoek naar een misdrijf. (proces-verbaal)
  • Start van het opsporingsonderzoek

Slide 12 - Tekstslide

6.2 De officier van justitie

Wel of niet naar de rechter?
  • De officier maakt een strafdossier aan.
  • De officier kan de zaak seponeren (afzien van verdere rechtsvervolging)
  • De officier kan ook schikken (een geldboete aanbieden)
  • De officier kan bij lichte misdrijven ook kiezen voor een strafbeschikking.   (De verdachte wordt wél veroordeeld door officier)
  • De officier kan ook besluiten te vervolgen, er komt dan een rechtszaak.

Slide 13 - Tekstslide

Het strafproces- van politie naar rechter 

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk
Paragraaf 6.1 en 6.2. Opdracht 1 t/m 17, blz. 65 t/m 71, begrippenlijst en samenvatting

Slide 15 - Tekstslide